Op 18-2 jl. stond in de Leeuwarder Courant een verhaal van wethouder Bilker van volkshuisvesting over de 'noodzaak' van stedelijke vernieuwing.
Hieronder de tekst van een reactie zoals verzonden naar de Te Gast rubriek van deze krant met het verzoek om dit te plaatsen:


In de LC van 18-2 jl. heeft wethouder Bilker van de gemeente Leeuwarden een betoog gehouden onder de titel: "Sociale woningbouw blijft nodig". Stedelijke vernieuwing kent vele aspecten en een daarvan is 'sloop'. Gesteld wordt dat er geen 'evenwicht' is op de woningmarkt en dat er een overschot aan vooral oudere huurwoningen zou zijn.
Wij hebben altijd betoogd dat dit gewoon onjuist is, zoals iedereen met eigen ogen kan zien. Onlangs bleek uit cijfers van Aedes-Friesland, dat de leegstand in Leeuwarden was gezakt naar 0,75% en directeur Deinum van BWL meldde dat men 'voor het eerst in twintig jaar' bij hen beneden de 1% zat. Opmerkelijk is dan, dat het leegstandsargument pakweg 15 jaar geleden niet werd gehoord en dat de wethouder het lage leegstandscijfer nu toeschrijft aan het beleid dat zijn effecten zou beginnen te krijgen.
Hoezo? Heeft de sloop van 2 flatblokken aan de Hooidollen/Jokse (196 flats) dan al dergelijk resultaat? Hoe wordt het dan indien de geplande sloopaantallen gerealiseerd zijn? Forse tekorten in de goedkopere huursector?

Wij geloven niet dat het leegstandsverhaal een echt argument is bij de gemeente; het was meer agit-prop naar buiten toe. De wethouder heeft zich vastgepind op sloopaantallen die koste wat het kost gehaald moeten worden.
Bij de Vegelinbuurt heette het bijv.:
"Als ik hier niet mag slopen, waar mag ik het dan wel?"
Kortom: Aantallen verheven tot dogma en je sloopcijfers halen, alsof de economische hoogconjunctuur voortaan altijd door zal gaan, i.t.t. de historische realiteit. In het jargon heet sloop nu: "Inzetten op kwaliteit" ofwel hakken en slopen in bestaande wijken en hier nieuwbouw koopwoningen neerzetten. Meer 'kwaliteit' of alleen 'duurder'?
Beoogd resultaat: Gebrek aan goedkopere huurwoningen, zodat de "instroom" van mensen met weinig geld wordt afgeremd en via dure koopwoningen bouwen de rijkeren naar Leeuwarden lokken, zodat de bevolkingssamenstelling op termijn wordt getransformeerd van een stad waar veel mensen wonen met weinig geld tot een stad met een overwegend duur woningaanbod voor de rijkeren.

Een ander aspect is de fixatie op het aanbieden van huurwoningen "zoveel mogelijk verspreid over stad en dorp". Dit gevoegd bij de geplande sloop en nieuwbouw in bestaande na-oorlogse wijken betekent in feite een versluierd spreidingsbeleid voor mensen met weinig geld, ter verwezenlijking van een hoofddoel: "Een evenwichtige bevolkingsopbouw"; in de optiek van B&W gelijk aan: Blanke middle-class gezinnen met kinderen.

In feite is dat idee ontwikkeld na 1988 toen het Rijk een spreidings- of een concentratiebeleid middels woningtoewijzing verbood in een nog steeds van kracht zijnde circulaire.
In hun essay: "De gedroomde wijk" hebben hoogleraar Duyvendak en Roelof Hortulanus op dit punt "zeven mythen over de wijkaanpak" lekgeprikt, waaronder de 'oplossing van sociale ongelijkheid' middels de 'verdunning' van 'probleemgroepen'.
Armoede, sociale achterstand en 'verloedering' kleeft niet aan de muren van woningen! Een strakker en beter beheer in de wijken en echte banen naar Leeuwarden halen, helpt meer.

Stedelijke vernieuwing zou niet betekenen: "Wijken voor de rijken", waarop gesteld wordt dat ook in de nieuw te bouwen wijken huurwoningen gebouwd moeten worden. Sociale woningbouw kan dat gezien de bouwprijzen en het ontbreken van objectsubsidies niet worden, terwijl bovendien de leegstand altijd v.nl. heeft gezeten bij de dure huurwoningen, waarvan de corporaties inmiddels al vele hebben verkocht. Kortom: Niet erg realistisch.

In plaats van in bestaande wijken fors te slopen, kiezen wij voor het per blok of complex bekijken wat de mogelijkheden zijn mocht de verhuur slecht lopen: ofwel verbouw tot ouderenhuisvesting (bijv. flatcomplexen in de midden-prijsklasse) of verkoop onder voorwaarden, waarbij het gaat om het juiste evenwicht tussen enerzijds het voorkomen van 'ongelukken' versus constructies waarbij de woningcorporatie na verkoop in feite nog steeds de baas is. Het zou een uitdaging voor de gemeente moeten zijn daar goede plannen voor te maken, samen met huurders die hun woning willen kopen en om de goed verhuurbare woningen niet op te offeren voor de stedebouwkundige waan van de dag. Dan pas hoeft niemand te wijken voor de rijken.

secretaris Ver. P.E.L.