De daling van de leegstand van de huurwoningen van de woningcorporaties in Friesland zet door: Berichtte de Leeuwarder Courant op 5-2-2000 dat de gezamenlijke corporaties in deze provincie op 1-1-2000 nog 818 lege huizen hadden tegen 1326 een jaar eerder (Gegevens kwamen uit een rapport van Aedes-Friesland, de organisatie van de gezamenlijke woningcorporaties zelf), nu zijn dit er volgens Aedes nog maar 759 van de in totaal 85.744 huurwoningen.
Uit de Leeuwarder Courant van 17-10-2000:


Van de voorpagina:

MINIMALE LEEGSTAND FRIESE HUURHUIZEN

LEEUWARDEN - In Friesland staat amper 1 procent van de huurwoningen leeg.
Het betreft slechts 759 van de 85.744 huurwoningen. De belanggstelling voor huur is groot, nu de koophuizen voor velen te duur zijn.

Meer hierover op pagina 15.


HUIZENPRIJZEN HOUDEN FRIEZEN IN HUURWONING

LEEUWARDEN - In Friesland is amper leegstand in de huurwoningen. De fors gestegen prijzen van koopwoningen houden de bewoners in de huurhuizen.
Er staat nog geen 1 procent leeg van het huurwoningenbestand, de huizen die korter dan twee weken vrij zijn niet meegerekend. Het betreft slechts 759 van de 85.744 huurwoningen. Ook de belangstelling voor het kopen van de eigen of een andere huurwoning lijkt tot stilstand gekomen.
Al een jaar lang hebben de Friese woningbouwcorporaties gezamenlijk zo'n 180 woningen in de aanbieding.
[Vermoedelijk gaat dit om 'losse' woningen die worden aangeboden tegen een fikse prijs. Waren bv. de Leeuwarder corporaties aanvankelijk vrij schappelijk qua prijs met hun huurwoningen die te koop kwamen in Camminghaburen, Westeinde en Aldlân, later vroegen ze aanzienlijk meer.
Ook bij het plan dat nog steeds in de molen zit om de laagbouwhuizen in het Rode Dorp te verkopen, zal het erg van de prijs afhangen of de huurders kunnen/willen kopen.]

De opmerkelijk hoge bezetting van huurhuizen is, naast de fikse prijzen van koopwoningen, ook een gevolg van de sloop en herstructurering van de huurhuizen in tal van Friese gemeenten.
[Uit het eerdere LC-bericht van 5-2-2000 viel op te maken dat het totale woningbestand in 1999 met 1694 stuks afnam tot 86.146 huizen en nu gaat het om een totaal van 85.744 woningen, opnieuw een afname met 402 woningen. Dat wil echter niet zeggen dat die huizen allemaal zijn gesloopt: Het gaat zowel om verkochte als om gesloopte huizen.
Dat zijn m.i. in feite geen 'heftige' aantallen en daarom biedt het verhaal over herstructurering en sloop geen afdoende verklaring voor de lage leegstand. Bovendien gebeurt er qua vraag/aanbod verhouding in feite niets als 1 woningzoekend huishouden 1 aangeboden huurwoning van een corporatie koopt. Er gebeurt wel iets als er nieuwe, jonge woningzoekenden bij komen met te weinig geld om te kopen: Zij proberen het op de huurmarkt en verhogen de druk daarop.]

De leden van de provinciale commissie voor wonen en stedelijke vernieuwing waren het er gisteren met elkaar over eens, dat deze ontwikkeling verrassend is. Volgens Henk Deinum van de corporatiekoepel Aedes is er een behoorlijke kentering opgetreden ten opzichte van de woningmarktonderzoeken van vier jaar geleden.
[Henk Deinum zit tegenwoordig ook in het bestuur van Aedes Friesland. Geruchten dat hij geen directeur meer zou zijn van BWL, zijn onjuist: Hij is momenteel zowel directeur van 'Woonbedrijf BWL' als van 'Woonbedrijf Patrimonium', die beide deel uitmaken van Corporatieholding Friesland. Tevens is hij een van de bestuursleden van de holding (CHF).]

Ook de Leeuwarder wethouder Bearn Bilker erkende dat de huidige geringe leegstandscijfers zelfs twee jaar geleden nog niet te voorspellen waren.
Toch is de hoge bezetting van de huurhuizen geen reden de stedelijke vernieuwing, met sloop en verbetering van minder gewilde huurcomplexen, stil te zetten. "Zonder sloop en verkoop zouden de cijfers wel rampzalig zijn."
[Maar wat zijn de sloopaantallen dan tot nog toe in Leeuwarden: Twee maal 98 flats is 196 flatwoningen, t.w. de 2 7-hoog flats aan Hooidollen en Jokse.
Hoewel hierdoor het huurwoningenbestand met 196 woningen daalde, is het totaal ongeloofwaardig dat dit gebeuren een dergelijk fors effect zou hebben. Als dat zo is, wat moet dan wel niet het effect zijn bij onverkorte uitvoering van alle sloopvoornemens?!
Tweede punt: Het onderdeel 'verbetering' bij stedelijke vernieuwing kan ik niet terugvinden bij de plannen, of het moet slaan op de in het recente verleden door de corporaties uitgevoerde opknapbeurt/facelift van vrij veel laagbouwwoningen in Bilgaard; maar dat is al gebeurd. Tot nu toe is de planvorming zwaar gefocust op sloop en nieuwbouw, niet op renovatie, opknappen, upgraden ed. van bestaande woningen.
Derde punt: Uit diverse bronnen valt op te maken dat er een toenemende druk is onstaan, zo pakweg vanaf 1999 en dan vooral vanaf de tweede helft van dat jaar, op de goedkopere huurwoningen. Ook uit de enorme waardestijging van bv. portiekflatjes die voor de WOZ (Wet Waardering Onroerende Zaken) in 1994 waren getaxeerd op ¦50.000,- en nu zijn getaxeerd op ¦106.000,- ; een stijging van 112%., valt op te maken dat er vanuit 'de markt' veel vraag naar is.
Gemiddeld stegen de woningen met 71% qua taxatie WOZ-waarde. De goedkoopste woningen (m.n. portiekflats) stegen het meest. Als wethouder Bilker dan nog onverkort wil vasthouden aan zijn sloopplannen voor de komende jaren, dan heb je ofwel geen verstand ofwel dan gaat het om heel andere doeleinden dan bv. het z.g. 'overschot' aan goedkopere huurwoningen uit de markt te halen.
Dan maak je het de mensen met weinig geld, bv. mensen met een uitkering of een WIW-baantje of ander lager betaald werk onmogelijk om te wonen met redelijke en dragelijke woonlasten. En dat is a-sociaal. Het zal bovendien leiden tot veel armoedeproblemen. De armoede zal dan uiteindelijk zijn te vinden in de wijken met de dure huurwoningen, want andere woningen zullen er dan nauwelijks meer zijn...
Conclusie: Het College zou haar Stedelijke Vernieuwingsplannen moeten bijsturen op basis van de realiteit. D.w.z.: Minder sloop, meer renovatie, goed en strak beheer van de woonomgeving en voorzover de woningmarkt het toelaat: Complexgewijze verkoop van huurwoningen door de corporatie aan de zittende huurders.]

Einde LC-bericht. Commentaar tussen [].