Forse kritiek op Woonplan 2008-2013 van gemeente Leeuwarden:
Huurdersclub Nieuw Elan:
woonplan Leeuwarden gebouwd op drijfzand
Huurdersclub De Bewonersraad:
te weinig betaalbare huurhuizen gebouwd
Vergadering commissie Stadsontwikkeling 9/6/2008:
Sluiter gevergd op sociale woningbouw
Persbericht SP 11/6/2008:
SP: sterke vraag naar goedkope woningen in Leeuwarden
PEL in brief aan gemeenteraad:
Voorraad sociale huurwoningen te klein: behoud voorraad door sloop- en verkoopstop en uitbreiden met meer nieuwbouw.
LC over Raadsvergadering 23/6/08:
Zeker 400 sociale huurwoningen erbij
Verhaal CDA-raadslid Drewel op website Liwwadders:
Boze reacties op afkeer CDA van sociale woningbouw


'Te weinig betaalbare huurhuizen gebouwd'
Uit de Leeuwarder Courant van maandag 9/6/2008 plus:
"Sluiter gevergd op sociale woningbouw"
Uit de Leeuwarder Courant van dinsdag 10/6/2008 plus:
"Boze reacties op afkeer CDA van sociale woningbouw"
Verhaal CDA-raadslid Drewel op website Liwwadders plus reactie secretaris PEL.


Meteen naar brief PEL van 21/6/2008 aan gemeenteraad:
Voorraad sociale huurwoningen te klein: behoud voorraad door sloop- en verkoopstop en uitbreiden met meer nieuwbouw.
Meteen naar verslag van de Raadsbehandeling op 23/6/08:
"Zeker 400 sociale huurwoningen erbij" plus tekst amendementen en commentaar.
Meteen naar verhaal CDA-raadslid Drewel plus reactie:
"Boze reacties op afkeer CDA van sociale woningbouw"


Door de huurdersorganisaties Nieuw Elan en De Bewonersraad en in de vergadering van de commissie Stadsontwikkeling is forse kritiek geuit op het gemeentelijke Woonplan 2008-2013.
Daarin worden de hoofdlijnen vastgelegd van het gemeentelijke volkshuisvestingsbeleid voor deze periode van vijf jaar. In de commissie Stadsontwikkeling was ruimte voor maximaal 3 minuten inspreektijd voor elke inspreker. Daarin kun je niet zoveel: het PEL heeft daarom over het Woonplan een brief naar de Raad gestuurd. Deze vergadert op 23/6/08 over het Woonplan.

Via een persbericht had huurdersorganisatie Nieuw Elan de volgende opmerkingen gegeven over het Woonplan. Zij gingen tevens inspreken.

Nieuw Elan: woonplan Leeuwarden gebouwd op drijfzand

Persbericht.

Vol verwachting heeft Huurdersplatform Nieuw Elan uitgekeken naar het nieuwe woonplan van de gemeente Leeuwarden 2008-2013: “Eltsenien syn hûs”.
Na bestudering komt zij echter tot de conclusie dat het slechts oude wijn in nieuwe zakken is t.o.v. de laatste woonvisie. Vorig jaar hebben de gezamenlijke huurdersorganisaties kanttekeningen geplaatst bij dit beleid, waarbij zij de nadruk hebben gelegd op aandacht voor de mensen met een laag inkomen. Na het lezen van het woonplan moet Huurdersplatform Nieuw Elan helaas constateren dat de gemeente deze doelgroep nog steeds in de kou laat staan.

Naar de mening van Huurdersplatform Nieuw Elan kan een woonplan pas worden geschreven nadat er eerst een duidelijke stads- en wijkvisie op tafel ligt. Nu sluit het woonplan niet aan op de bovenstaande visies. Daardoor wordt er geen structurele oplossing geboden om te komen tot gevarieerde wijken waar iedereen zijn of haar wooncarrière kan maken. Daarnaast lopen de afspraken met de Provincie Fryslân in 2010 af. We kunnen ons niet voorstellen dat omliggende gemeentes voetstoots akkoord zullen gaan met het leegzuigen van hun gemeentes.

[Waarom *moet* toch iedereen per se in "zijn eigen buurt" wooncarrière maken? Je bent toch niet verplicht van de wieg tot het graf in één bepaalde wijk te blijven wonen? Uiteraard zit hier het idee achter dat gemengde wijken met rijk en arm beter zijn dan wijken zonder deze mix. Die stelling is echter al diverse malen weerlegd in onderzoeksrapporten waarbij is gekeken wat er gebeurde na gedeeltelijke sloop van een "arme" wijk waarbij een deel van de huizen door duurdere (koop)huizen werd vervangen. Het resultaat was alleen "duurteeilanden" en arm en rijk gingen niet of nauwelijks met elkaar om. Gevarieerde wijken meer dan nu maken in de bestaande bouw betekent onherroepelijk sloop om grond vrij te krijgen: de nog te benutten lege hoekjes (verdichting) zijn vaak schaars en groene open plaatsen in een wijk moeten er ook zijn en die worden dan vaak opgeofferd. Dat hele idee dat de meeste mensen binding hebben aan "hun" buurt geldt wellicht voor sommige ouderen, maar niet voor het gros van de bewoners. Natuurlijk is het hen niet om het even waar ze wonen: bekend is de voorkeur voor of binnenstedelijk wonen of in een buitenwijk en het verschil tussen laagbouw voorkeur of flatvoorkeur, maar dat kan in verschillende wijken waargemaakt worden.]

De gemeente heeft samen met de corporaties de opdracht om de doelgroep van beleid te formuleren. Dit doet zij middels het stellen van o.a. inkomensgrenzen. Huurdersplatform Nieuw Elan is verbaasd dat de gemeente hiervoor verschillende maatstaven hanteert. Zo wordt als het gaat om huurwoningen er een grens gehanteerd van € 25.000,-, terwijl in de koopmarkt een grens wordt gehanteerd van € 33.500,- (koopprijs € 160.000,-). De groep die aangewezen is op de goedkope koopmarkt is dus beduidend groter. Huurdersplatform Nieuw Elan begrijpt niet waarom de gemeente de grens van de goedkope koopmarkt met 33% heeft opgetrokken. Dit staat niet in verhouding tot de inkomensstijgingen.

[Deze conclusie is terecht. De bedoeling van twee verschillende afbakeningen van de inkomsten van de doelgroep is om koophuizen met een koopprijs tot 160.000 euro te presenteren als "sociale koopwoning". Dat is een bedenksel van de gemeente om het aantal "sociale" woningen op papier te vergroten om te verbloemen dat er te weinig sociale huurwoningen zijn. Uiteraard bestaan er geen sociale koopwoningen omdat de koopprijs gewoon marktconform is. Bovendien kan men bij inkomsten van 25.000 bruto geen huis kopen van 160.000 euro omdat "vergeten" is de kosten koper, geschat op 10 tot 12 procent ook mee te rekenen. Dat huis kopen kan alleen als men beschikt over het nodige spaargeld en dat gebruikt om minder te hoeven lenen.]

Uit de cijfers blijkt dat de vraag naar woningen in het goedkope segment onverminderd groot blijft. Het woonplan bevestigt dit ook. Desondanks komt de gemeente tot de conclusie dat er aan de onderkant op jaarbasis minimaal 80 woningen kunnen worden gesloopt en er maximaal 50 woningen (10%) worden meegenomen in de bouw. Kortom een afname van 30 woningen op jaarbasis. Daarnaast zullen er door transformatie ook de nodige woningen aan het goedkope segment worden onttrokken. Dit zal de vraagdruk op de markt in het goedkope segment alleen maar doen toenemen, ofschoon die nu al beduidend hoger ligt dan voor de huren boven €526. De vraag naar portiekflats en gezinswoningen is en blijft onaanvaardbaar hoog.

[Die 526 euro os de hoge aftoppingsgrens voor de huurtoeslag. Die geldt voor huishoudens met 3 of meer personen. Voor de een- en tweepersoonshuishoudens geldt de lage aftoppingsgrens van pakweg 490 euro waarboven met niet zonder meer huurtoeslag kan krijgen, uitzonderingen (passendheidstoets) daargelaten. Voor kleine huishoudens die huurtoeslag nodig hebben is de huurmarkt met huren tussen de pakweg 490 en 526 euro dus ook niet toegankelijk.]

Het woonplan geeft aan dat de gemeente de toegankelijkheid tot de woningmarkt voor de lagere inkomens garandeert. Op geen enkele wijze wordt in het woonplan aangegeven hoe men denkt dit te kunnen bewerkstelligen. Het beleid is er op gericht te bouwen voor het midden en hoger segment waarbij de mensen met lage inkomens afhankelijk worden van de achtergelaten restanten.
Structureel vindt er aan de onderkant van de markt geen enkele toevoeging plaats, terwijl er een grote groep mensen is die op deze woningen is aangewezen. Wat er nu gebeurt, is dat mensen met een lagere inkomen gedwongen worden woningen te accepteren in een hoger segment en de gemeente daardoor misbruik maakt van de huurtoeslag. Dit laatste is wettelijk verboden.

[Dat laatste is waar, maar helaas is er geen haan die daar naar kraait. De huurtoeslag en vroeger de huursubsidie is in feite nog nooit de huurders zelf ten goede gekomen, maar de verhuurders die dit inpikten door hun eeuwige huurverhogingen!]

Daarnaast is er geen enkele aandacht voor speciale doelgroepen, zoals ouderen, studenten en allochtonen. Huurdersplatform Nieuw Elan is teleurgesteld dat de gemeente deze groepen erkent, maar geen onderzoek heeft gedaan naar de consequenties.
De gemeente zet zich de komende jaren in voor duurzaamheid. Wij kunnen ons daar helemaal in vinden, maar er mag niet worden vergeten dat deze kwaliteitsingrepen op te brengen moeten zijn door de betrokkenen.

[Vooralsnog ben ik tegenstander van warmte-terugwin ventilatiesystemen ofwel balansventilatie. Daarin ben ik niet de enige: hoe energiezuiniger het huis, des te meer gezondheidsklachten. Er zijn nogal wat klachten over balansventilatie en ook de Vereniging Eigen Huis is sceptisch over dat systeem. Gelukkig schijnt er een maatregel op komst te zijn van het Rijk waar in staat, dat ook bij deze huizen er ramen open moeten kunnen.]

Huurdersplatform Nieuw Elan heeft verwacht dat de gemeente, ondersteund door haar raadsfracties, bij monde van haar wethouder duidelijk het voortouw zou nemen, maar zij moet helaas constateren dat de toekomstige ontwikkelingen worden overgelaten aan de marktpartijen. De gemeente zet hierbij in op het binnenhalen van nieuwe inwoners en let daarbij meer op hun belangen en wensen dan die van de huidige inwoners van de stad. Ook de woonkwaliteit van deze groep moet worden gegarandeerd.

Datum: Dinsdag, 20 Mei 2008


Einde tekst persbericht Nieuw Elan. Hun inspraakverhaal kwam min of meer overeen met hun persbericht.

Hieronder een paar reacties van de website van Liwwadders:

Freek Munniksma woensdag 21 mei 11:19
Dit is helaas landelijk beleid. Het woning aanbod van de Sloopvereniging (Bouwvereniging) Harlingen van deze week bestaat uit 12 huurwoningen. 1 wordt "geherstruktureerd" , lees gesloopt. 6 zitten al boven de huursubsidiegrens! Die zijn dus niet meer haalbaar voor de doelgroep. NW Fryslan is een van de armste en meest vergrijsde gebieden van Nederland. Plan Zuid wordt gesloopt, Rooie Dorp wordt het volgende slachtoffer en het Oosterpark wordt onbetaalbaar. Waar wil je dan met al die MENSEN naar toe?

[Opmerking: m.i. interesseert dat de gemeente en de corporatie daar net als hier geen barst. Mensen met weinig geld zijn UIT en moeten maar "weg". DAT is de trend en verder niets.]

bel bel dinsdag 20 mei 22:41
De betrokken wethouder heeft zelf verklaard dat het beleid er op gericht is om meer in Leeuwarden werkende mensen binnen de gemeentegrenzen te krijgen. Vooral duurdere koopwoningen. Sociale woningbouw is volgens hem geen probleem omdat er genoeg woningen beschikbaar zijn. De reden zou kunnen zijn dat veel mensen niet in bepaalde wijken willen wonen en daardoor langer ingeschreven staan, zodat het weer schijnt alsof er woningnood is.

[Onzin: Juist voor de goedkopere huizen in de armere wijken zijn er enorm veel reracties. Deze persoon vergeet dat het een aktief woonruimteverdeelsysteem is, waarbij men ZELF moet reageren op een bepaalde woning in een bepaalde wijk. Zou het kloppen wat hij schrijft, dan zouden er juist bij bepaalde woningen in armere wijken heel weinig reacties moetenm zijn. En dat is juist andersom.]

Aan de andere kant weet iedereen dat er seniorenflats (huur boven recht op toeslag )worden gebouwd in elk deel van de stad en gezinnen vergeten worden.

[Het gaat hier niet om seniorenflats maar om dure koopflats die je kunt kopen als je veel geld hebt en kunt lenen, hoe jong of oud je ook bent. In de praktijk zijn dat vaak de rijkere senioren. Maar dat is wat anders dan het hier wordt gesteld.]

Er worden bijvoorbeeld te weinig startwoningen gebouwd, zodat mensen niet kunnen doorstromen. Wat een tweede reden voor een scheefgang in het woningaanbod. De derde reden is duidelijk de regie van de gemeente die in handen is gekomen van de markt. En dat zien we elke dag weer letterlijk.

Uitgeburgerd dinsdag 20 mei 22:09
Goede analyse, al zou het wel wat scherper geformuleerd mogen worden door een belangenvereniging.


Einde tekst reacties op persbericht Nieuw Elan.

Op maandag 9/6/2008 stond de volgende reactie van huurdersclub De Bewonersraad in de Leeuwarder Courant:

'Te weinig betaalbare huurhuizen gebouwd'

LEEUWARDEN - De behoefte aan goede en betaalbare huurwoningen is veel groter dan de corporaties en de gemeente inschatten. Dit zegt huurdersvereniging De Bewonersraad, die opkomt voor de zesduizend huurders van WoonFriesland in Leeuwarden. Zij dringt er bij PvdA-wethouder Roei Sluiter op aan om zijn woonplan voor de komende jaren hierop aan te passen.

"Op een aangeboden huurwoning wordt nu gemiddeld 55 keer gereageerd. Er zijn uitschieters tot boven de honderd. Op een woning bij de Bosboomstraat kwamen afgelopen week zelfs 270 reacties", zegt voorzitter Gea Herz van de Leeuwarder Bewonersraad. Dit wijst er volgens haar op dat steeds meer mensen met weinig inkomen slechts met moeite een geschikt huis kunnen vinden.
Voorts vreest de vereniging dat nieuwe wijken zeer eenzijdig zullen bestaan uit duurdere koophuizen, terwijl Leeuwarden tegelijkertijd enkele van de armste buurten van het land herbergt. Het zou veel beter zijn wanneer de gemeente gemengde wijken bouwt, vindt Herz. De huurdersvereniging van de andere corporatie Nieuw Wonen Friesland leverde onlangs vergelijkbare kritiek op het woonplan van Sluiter.

[Je moet m.i. alleen in de nieuwbouw overgaan tot het bouwen van 'gemengde wijken', niet om sociale redenen omdat het mixen van rijk en arm iets zou opleveren, want dat doet het niet of nauwelijks, maar omdat je zoals wij willen niet wil slopen in goedkopere oudere wijken en je toch sociale huurwoningen wilt toevoegen. Daar is dan maar een plaats voor: nieuw in het weiland.]


Einde eerste LC-bericht. Commentaar tusesen blokhaken. []

Op 9 juni 2008 vond de behandeling plaats van het Woonplan in de commissie Stadsontwikkeling. Uit de Leeuwarder Courant van dinsdag 10/6/2008:

Sluiter gevergd op sociale woningbouw

LEEUWARDEN - PvdA-wethouder RoeI Sluiter moet de komende jaren zijn uiterste best doen om het aantal sociale huurwoningen op peil te houden. PAL/Groenlinks zet hierover harde eisen op papier, die waarschijnlijk zullen worden gesteund door een raadsmeerderheid. Liefst willen de partijen nu al vaststellen waar nieuwe goedkope huizen de komende jaren moeten verrijzen, maar dit is volgens Sluiter niet mogelijk.

[Maar wat je wel kunt doen, is het type woningen wat moet worden bijgebouwd als sociale huurwoning, nader aangeven. Dat was namelijk de manco bij de eerder ingediende motie van PAL/GL plus PvdA waarin werd geeist dat sloop van sociale huurwoningen in de nieuwbouw door dezelfde aantallen zou worden gecompenseerd. Vervolgens ontwikkelde zich een slepende discussie tussen wethouder Sluiter en Piet van der Wal van PAL/GL of die motie nu was uitgevoerd of niet. De gemeente telde bv. als er 50 eengezinswoningen waren gesloopt, alle soorten en maten woningen in de nieuwbouw ter compensatie mee in haar cijfers. Bijvoorbeeld 3 mini-appartementjes telde dan voor 3 stuks. Maar dat was natuurlijk niet zoals de motie bedoeld was. Of de gemeente telde ook woningen mee die via indicatie en een instelling alleen toegankelijk waren voor specifieke doelgroepen, zoals gehandicapten die begeleid woonden. Nu is er niets mis om voor hen te bouwen, maar eerlijk tellen is dit niet: deze huizen niet niet toegankelijk voor het gros van de mensen die een woning zoeken. Eerder is in een overleg tussen de huurdersclubs plus PEL enerzijds en de gemeente anderzijds, deze woningaantallen niet mee te tellen, maar in een aparte lijst te zetten. Wel zo eerlijk.]

De twee Leeuwarder huurdersverenigingen wezen Sluiter er gisteren in de raadscommissie stadsontwikkeling nog eens op dat de sociale huurmarkt in hun ogen onder druk staat. De SP en NLP delen dit gevoel nadrukkelijk. De rijkere Leeuwarders worden in de watten gelegd met grootschalige woningbouw, terwijl voor mensen met weinig inkomen veel te weinig nieuw verrijst, vinden zij. Volgens Sluiter is er echter geen tekort aan goedkope huizen.

[Ik heb nog nooit een goede verklaring gehoord voor het enorme aantal reacties van woningzoekenden op vrijkomende sociale huurwoningen. Natuurlijk zijn dat deels dezelfde mensen die, omdat ze geen toewijzing kregen, het week na week opnieuw proberen. Maar het verhaal bv. dat mensen niet willen wonen in de goedkopere wijken zoals Heechterp of Valeriuskwartier, is onzin: zou dat waar zijn, dan zou er zowat niet worden gereageerd op vrijkomende huizen in die wijken. En dat klopt niet. Bovendien: ook in de goedkope flatjes is er niet sprake van leegstand, wat zou gebeuren als daar meer aanbod zat dan er vraag naar was.]

PAL/Groenlinks dwong eerder met hulp van de PvdA al af dat Sluiter sloopwoningen in de sociale sector ruim zou compenseren, maar is ontevreden over de wijze waarop de wethouder dit heeft uitgevoerd. Daarom wil Piet van der Wal (PAL) duidelijker vastleggen hoeveel en wat voor soort woningen als compensatie mogen dienen.

Sluiter zal volgens zijn woonplan de komende jaren honderden sociale huurwoningen bouwen. Hij kon echter niet zeggen waar dit gebeurt en wie deze huizen zal betalen. De bouweisen zal hij wel vastleggen in afspraken met de woningcorporaties, maar "u zult mij er achteraf op moeten afrekenen", sprak hij tegen Van der Wal.

[Volgens het Woonplan gaat het om ongeveer 400 woningen die de komende vijf jaar worden gesloopt en jaarlijks gemiddeld 80 woningen om deze afname te compenseren. De nieuwbouwproductie ligt volgens het Woonplan tussen de 400-640 huizen per jaar en 10% daarvan zouden sociale huurwoningen moeten zijn, dus maximaal 10% van 640 is 64 woningen en bij een achterblijvende nieuwbouwproductie 40 woningen... Sluiter kan weer eens niet rekenen...
En achteraf "afrekenen" op niet gehaalde aantallen? Ook onzin, want tegen die tijd zijn er raadsverkiezingen en komt er een nieuw College...]

Wyb Feddema van de VVD toonde zich tevreden met het woonbeleid van de afgelopen jaren. Heel erg lang werden er te veel goedkope huurwoningen gebouwd en om de balans te herstellen is nu juist het tegenovergestelde noodzakelijk, vindt hij: "Dit beleid moet 25 jaar doorwerken." "Straks verdwijnen de mensen met lagere inkomens naar Stiens", zei John Stoelinga (NLP), verwijzend naar de buurgemeente, waar nu relatief veel huurwoningen verrijzen.

[Wat ook precies de bedoeling is van de VVD: alleen bouwen voor de rijken en de armen de stad niet in omdat er voor hen geen huis te vinden is, dat is het VVD-verhaal in het kort.]

Maar Leeuwarderadeel bouwt juist voor eigen bewoners, volgens de wethouder: "In Stiens is in twintig jaar niet één woning in dat segment gebouwd."

[M.i. ligt dat wel even anders: juist de laatste tijd bouwde men in Stiens eindelijk ook eens huizen waarop huurtoeslag te krijgen was en diversen die hier tevergeefs wachtten, vertrokken naar Stiens. In de 70-er jaren is er overigens ook zo'n trend geweest: Leeuwarden was met haar fiattering huursubsidie toen erg streng, Stiens niet. Menigeen is toen al naar Stiens verhuisd.]

Veel partijen vroegen de wethouder om het zogenoemde scheefwonen aan te pakken: te veel mensen met een aardig inkomen bezetten ten onrechte goedkope huurwoningen. "We kunnen ze alleen verleiden. Meer is niet mogelijk", zei Sluiter. Addy Stoker (Christenunie) nam het op voor de scheefwoners. Veel van deze mensen hebben volgens hem extra waarde voor hun buurt en de bijbehorende winkels.

[Het PEL heeft altijd het volgende standpunt ingenomen: alleen naar de huur/inkomensverhoudingen kijken bij woningtoewijzing. Daarna moet je zeker kunnen zijn van huren zolang als je wilt. Het moet niet zo zijn dat het wordt: "Wat een pech, ik ga meer verdienen, maar nu kost het me mijn huis..." Dat is een ondermijning van het huurrecht.
Bovendien zal niemand dan ook nog maar iets binnen uitvoeren om zijn huurhuis wat te verfraaien. Overigens gaan mensen vaak zelf wel op zoek naar iets duurders als ze meer gaan verdienen.
Ook wordt het scheef wonen verhaal tegenwoordig gewoon misbruikt als propaganda tegen huurders om de zwarte piet voor het gebrek aan beschikbare sociale huurwoningen bij hen te leggen in plaats van bij het beleid! Dat deed men door scheef wonen al scheef wonen te noemen als je net niet in aanmerking kwam voor huurtoeslag omdat je bv. 50 of 100 euro per maand "teveel" verdiende. Kom eerst eens met een eerlijker en realistischer definitie van wat scheef wonen eigenlijk is, zou ik zeggen. Gelukkig is dat zogenaamde scheef wonen waar bovengenoemde twee partijen op doelden, niet wettelijk "aan te pakken".]


Einde Tweede LC-bericht. Commentaar tussen blokhaken. []

Op 11/6/2008 verscheen er een persbericht van de SP op de website van Liwwadders. Hieronder de complete tekst:

SP: sterke vraag naar goedkope woningen in Leeuwarden

(tekst: persbericht SP)

Op 9 juni 2008 is in de Commissie Stadsontwikkeling het woonplan “Eltsenien syn Hûs” besproken. In ons verkiezingsprogramma hebben wij gesteld dat betaalbaar wonen en het aanpakken van de woningnood een speerpunt van ons beleid is.

“De afgelopen jaren is de hoeveelheid betaalbare huurwoningen in Leeuwarden drastisch afgenomen. Het gevolg daarvan is, dat woningzoekenden veel langer op een wachtlijst staan. De SP wil dat er gestopt wordt met het slopen en verkopen van betaalbare huurwoningen. Daarnaast zal er weer volop sociaal gebouwd moeten worden om een eind te maken aan de woningnood onder mensen met een laag inkomen”

Met dit als uitgangspunt is onze inzet in de commissie vergadering naar voren gebracht.

Nog voor dat wij in het bezit waren van het Woonplan Leeuwarden “Eltsenien syn Hûs” verschenen er in de media al een aantal commentaren op dat woonplan.

Zowel de overkoepelende huurdervereniging “Nieuw Elan” als de “Bewonersraad Friesland” gaven hun visie op het woonplan.

Het woonplan is op 9 april 2008 besproken op een conferentie. De opmerking dat onder de partners, onder andere de corporaties en de huurderorganisaties, draagvlak was, staat haaks op het commentaar van de beide genoemde organisaties.

In de Staatscourant van 3 januari 2008 een artikel met de kop:
Sociale huursector presteerde in 2006 beneden de maat.
In dat artikel signaleert de VROM inspectie met zorg dat het aantal huurwoningen snel afneemt onder invloed van sloop, verkoop en een lage nieuwbouwproductie in dit segment.

Daarnaast hebben onderzoekers het CBP ( centraal plan bureau ) midden mei al aangegeven dat de “Huurmarkt ernstig ontwricht is”
Veel mensen met een hoger inkomen profiteren van het sociale huurbeleid, niet de laagbetaalden voor wie het is bedoeld, maar vooral mensen met een hoger inkomen profiteren van het sociale huurbeleid.

[Dit is onzin: dat zogenaamde scheef wonen is een smoes van de beleidsmakers om de zwarte piet van het tekort aan sociale huurhuizen bij de huurders zelf te leggen. Verdeel en heers heet dat. De SP wil hier toch niet beweren dat de hogere inkomens de sociale huurwoningen bezet houden of meegaan in de bewering die ik ook ergens las, dat zij huurtoeslag verbruiken? Wat pas echt een stomme opmerking was: de huurtoeslag voor bijvoorbeeld alleenstaanden stopt al als men even boven bijstandsniveau zit qua inkomsten!]

Helaas kan de SP niet anders concluderen dan dat met de intentie en waarschuwingen in deze publicaties geen rekening is gehouden in dit woonplan.

[Wat de VROM-inspectie stelt klopt m.i. *wel*: door sloop en verkoop en een veel te lage nieuwbouwproductie worden de aantallen zelfs niet gecompenseerd, maar daalt het aandeel sociale huurwoningen qua percentage van het totaal aantal huizen in Nederland jaar na jaar. En dat is doelbewust beleid, of het College er nu aan de haren de "sociale koopwoning" bijsleept om dat wat te maskeren zoals in Leeuwarden, of niet.]

Met de door het college gehanteerde methodiek , een inkomensgrens van 25.000 euro in plaats van 33.000 euro, om de doelgroep (de gebruikers van de sociale huur-woningen) te bepalen, wordt de doelgroep bewust klein gehouden om de stelling dat er voor de midden en hogere inkomens gebouwd moet worden te ondersteunen. De gehanteerde methode wijkt af van het VROM advies en wat in den lande over het algemeen gebruikelijk is.

[Zeer juist! Hier slaat men de spijker op de kop.]

Het bevreemd ons dan ook in hoge mate dat opnieuw in het woonplan van deze afwijkende methodiek gebruik gemaakt wordt.
De VROM raad heeft in haar advies “Tijd voor Keuzes“ aangegeven dat de lage middeninkomens (inkomens tot de voormalige ziekenfondsgrens 33.000 euro ) tot de doelgroep van de gereguleerde huursector gerekend wordt.

[Hier reageerde Sluiter schamper op bij gebrek aan argumenten: "Ach wat is nu die VROM raad" of woorden van gelijke strekking.]

In de samenvatting van de nota lezen wij: “Leeuwarden telt veel huishoudens met een lager inkomen, 18.400 huishouden of te wel 41 %."
In de tabel (woningvoorraad) in de samenvatting staat achter sociale huur 38 %. Dit houdt geen gelijke tred met de zojuist genoemde 41 %.
Dit lijkt op zich een gering verschil: echter indien de doelgroep op basis van het advies van VROM berekend wordt is het verschil aanmerkelijk groter.

[Dat laatste klopt en daarom wil Sluiter daar niet aan. Dan zouden de echte tekorten aan het licht komen qua sociale huurwoningen.]

Woningzoekenden in de sociale woonsector merken dan ook dagelijks de schaarste. In de raadsbrief staat te lezen dat er potentiële overschotten zijn in de gestapelde bouw zonder lift.

Deze bewering staat in schril contrast met de gegevens uit de “verantwoording van de toewijzing “ van woningen. Hieruit blijkt zonneklaar dat per advertentie op dit soort woningen verreweg de meeste reacties komen. Het aantal reacties op dergelijke woningen ligt tussen de 100 en 150 per aangeboden woning. Het aantal reacties op deze woningen is in het laatste jaar sterk gestegen.

[En zoals gesteld, dan zouden die zogenaamde overschotten zich op een gegeven moment toch moeten uiten door leegstand. Maar die is er niet in dat marktsegment.]

De druk op- en de wachttijd met betrekking tot betaalbare huurwoningen is hoog en wordt ook als zodanig ervaren door de mensen die op deze woningen zijn aangewezen.
De doorstroom van sociale huurwoningen naar goedkope koopwoningen, voor zover die er al is zal in de nabije toekomst, mede onder de stijgende hypotheekrente, de sterk stijgende energiekosten ( gerelateerd aan de olieprijs ) en de onzekerheid met betrekking tot de economie ,een verwaarloosbare factor worden.

[De energieprijzen zullen door de naar verwachting steeds verder stijgende olieprijzen de pan uit rijzen. Per 1 juli verhogen zowel Essent als NUON hun prijzen voor gas (gekoppeld aan de olieprijs; een idioot systeem overigens) en elektra. En dat zal doorgaan...]

Sloop van huurwoningen uit de sociale woningvoorraad is voor de SP in feite een onbegaanbare weg is tenzij er minimaal een zelfde aantal huurwoningen binnen die categorie aan de voorraad wordt toegevoegd met een zodanige huur dat ze niet bij een volgende huurstijging weer net boven de aftoppinggrens zitten.

[En wat mij betreft tenzij ze na 10 jaar weer verkocht worden, want zulke sociale huurwoningen stonden ook vermeld in eerdere convenanten tussen gemeente en corporatie... Recente convenanten staan op onze website. Men kan ze vinden via de interne zoekmachine 1 of 2.]

Onze inzet is en blijft gericht op een ruimer aanbod, in overeenstemming met de VROM norm, van sociale huur en koopwoningen.

Namens de Leeuwarder gemeenteraadsfractie
A.H. ( Bert ) Bisschop
Fractievoorzitter

Datum: Woensdag, 11 Juni 2008


Einde SP-persbericht. Commentaar tussen blokhaken. []

Reacties op website Liwwadders:

secretaris PEL woensdag 11 juni 12:58
Eens met standpunt dat er meer nieuwbouw sociale huurwoningen gebouwd moeten komen. Dat percentage blijft in het Woonplan steken op 10%. En "sociale koopwoningen" waarvan het Woonplan ook uitgaat, bestaan niet: koopwoningen worden verkocht voor een marktconforme prijs, niet voor een "sociale" prijs. Oneens met het verhaal over "te goedkoop scheef wonen". Dit is een definitiekwestie: in de optiek van de gemeente woont iedereen scheef in een sociale huurwoning, die net geen huurtoeslag krijgt: zit je net bv. per maand 100 euro te hoog om huurtoeslag te krijgen, dan woon je al scheef...
Strikt genomen woont iedereen scheef in de zin van "te duur scheef" die huurtoeslag krijgt, want zonder huurtoeslag kon hij/zij die woning niet betalen.. Maar dat kan niet anders. Men moet ook eens kijken naar diegenen die eigenlijk in een sociale huurwoning zouden moeten wonen, maar nu in duurdere woningen zitten in de huursector. Van de doelgroep - volgens definitie Woonplan - wonen 600 huishoudens te duur scheef in de duurdere corporatiehuizen. Dwz. met een huur boven de EUR 520,00
Eens met de SP dat de definitie van de doelgroep veel te krap is gedefinieerd: Namelijk 20.300 euro bruto.jaar voor een eenpersoonshuishouden en 24.275 euro bruto/jaar voor een meerpersoonshuishouden. Eens met standpunt dat er een stop moet komen op sloop en verkoop van betaalbare huurwoningen.
De verkoop van huurwoningen door de corporaties holt sluipenderwijs de kernvoorraad betaalbare huurwoningen uit, al jarenlang!
En voor de rest gaat het sloop- en verkoopbeleid van gemeente en corporaties gewoon door: zo maken ze de stad doelbewust ontoegankelijk voor lagerbetaalden. Binnenkort de foprmele beslissing - wat we al lang zagen aankomen - ong. 170 laagbouwhuizen plat in de Mondriaanbuurt (Meenthe) en verder een gemiddelde sloop van 80 huizen per jaar. Het ontbreekt het Woonplan aan een visie op renovatie in de bestaande wijken. Ze slopen liever... secretaris PEL

huurhuisbewoner woensdag 11 juni 11:10
O ja, waar liggen de knelpunten. Mensen met een hoger inkomen blijven in een sociale woning, daardoor houd je altijd tekort voor de mensen die het echt nodig hebben. Al hoewel de desbestreffende wethouder ook een grote leugenaar is over de woningbouw.


Einde tekst reacties op SP-persbericht op website Liwwadders.

Het PEL heeft op 21/6/2008 een uitgebreide reactie aan de gemeenteraad gestuurd over het Woonplan. Dat staat daar op de agenda van de vergadering van 23/6/2008. Hieronder de tekst van het commentaar:


VERENIGING PLATFORM EEN- EN TWEEPERSOONSHUISHOUDENS LEEUWARDEN
POSTBUS 2602 8901 AC LEEUWARDEN TELEFOON: 058-2671536
E-mail: verpel@wanadoo.nl Website: http://verenigingpel.nl
--------------------------------------------------------------

GEMEENTERAAD GEMEENTE LEEUWARDEN
POSTBUS 21000
8900 JA LEEUWARDEN

Onderwerp:
- Woonplan Leeuwarden
2008-2013

Leeuwarden, 21/6/2008

Geachte raadsleden,

op maandag 23 juni 2008 staat o.a. op uw agenda voor de raadsvergadering het Woonplan 2008-2013 ter bespreking.

Gekozen is voor een uitgebreide reactie op het Woonplan, gezien het belang ervan. Waar wordt verwezen naar hoofdstukken, alinea's en pagina's, volgen wij de nummering ed. zoals aangehouden in de definitieve versie zoals door u besproken in de commissie Stadsontwikkeling.

Ook is gebruik gemaakt van twee eerdere rapporten in uw bezit:
- Het WOBOF onderzoek van provincie Fryslân en de cijfers
uitgesplitst voor Leeuwarden.
- Het rapport van de Rekenkamer.

ONS COMMENTAAR:

HOOFDSTUK 2 EXTERN BELEID EN AFSPRAKEN

Woningbouwafspraken 2005:

Nieuwbouw op lastige (binnenstads)lokaties: Het Besluit locatiegebonden subsidies 2005 (BLS 2005) geeft gemiddeld slechts een zeer laag bedrag: 600 euro/woning.
Of geldt deze regeling ook voor nieuwbouw in het weiland?

Stadsregio Leeuwarden:

Op zich is het goed, dat de buurgemeenten nu ook eens gaan bouwen voor de lagere inkomens: met name jongeren daar waren gedwongen om in de stad een woning te zoeken.

Wij zijn ook voor lagere inkomens voor zoveel mogelijk vrije keuze: daarom moeten er zowel in Leeuwarden als in de buurge­meenten voldoende betaalbare woningen worden gebouwd en bestaande woningen bereikbaar en beschikbaar zijn voor de mensen met lagere inkomens.

Een eventuele motivering in de zin van: laat de buurgemeenten maar voor lagere inkomens bouwen, dan bouwen wij in Leeuwarden uitsluitend voor de midden- en hogere inkomens en zo belemmeren we de komst van mensen met lagere inkomens naar de stad, delen wij niet. Het gaat ons om zoveel mogelijk vrije keus om te wonen in een plattelandsgemeente of in de stad, ook voor lagerbetaalden.

HOOFDSTUK 3 LEEUWARDER WONINGMARKT

Woningvoorraad 2007:

Al jarenlang daalt het percentage sociale huurwoningen, maar het aantal mensen wat hierop is aangewezen, niet.

Al vanaf pakweg 2002 heeft zich dit vertaald in voor Leeuwarder begrippen hoge aantal reacties op vrijkomende corporatie­woningen en lange wachttijden voor een sociale huurwoning.

Het rapport van de Rekenkamer is over deze daling van het aantal sociale huurwoningen duidelijk:

Hoofdstuk 4 Onderzoeksresultaten:

Pagina 7 derde alinea: daar staat dat de sociale woningbouw qua aantallen woningen in een periode van 10 jaar van 1995 tot 2005 is afgenomen met 19 procent. Dus hoezo, compensatie voor gesloopte sociale huurwoningen?
Deze voorraad daalde in die 10 jaar van 19041 naar 15378 woningen. De categorie particuliere huur- en koopwoningen steeg in die periode met 25 procent van 20.815 woningen naar 26.075 woningen. Deze daling en stijging ligt deels ook aan de verkoop van huurhuizen door de corporaties. Waarmee aangetoond is dat er naar verhouding steeds minder sociale huurwoningen zijn in Leeuwarden.

Volgens het Woonplan zouden de beide corporaties nog 15.690 woningen bezitten waarvan 95% goedkoper dan 526 euro huur (hoge aftoppingsgrens huurtoeslag per 1/7/2008 is 535,33 MG 2008-02) Dat zou dan gaan om 14.905 woningen.

De lage aftoppingsgrens huurtoeslag is per 1/7/2008 (MG 2008-02) EUR 499,51)
Het verschil qua huur is EUR 35,82/­mnd.

De lage aftoppingsgrens geldt voor 1- en tweepersoonshuishoudens. Zit de huur daarboven, dan geldt dat eerst een 'passend­heidstoets' van toepassing is, met het risico dat geen huurtoeslag kan worden verkregen.

Conclusie: Gebruikt men de aftoppingsgrenzen als criterium om te bepalen welke corporatiewoningen tot de 'sociale huur' behoren, dan is deze voorraad qua aantallen (de grootte van de woningen even buiten beschouwing latend) voor een- en tweepersoonshuishoudens kleiner dan voor huishoudens met drie of meer personen.

Overigens hebben wij voorkeur voor een andere definitie van wat een sociale huurwoning is, namelijk:

1. Het is een nieuwe of bestaande huurwoning, verhuurd door een woningcorporatie.
Aankoop door de huurder of bij leegstand door een derde, is niet mogelijk EN:

2. De rekenhuur (kale huur plus enige gelimiteerde servicekos­ten) is altijd lager dan 499,51 euro EN:
(Aftoppingsgrens Huurtoeslag 1/7/2008 voor 1- en 2-persoons­huishou­dens)

3. De huur die wordt gevraagd is nooit hoger dan 70 procent van de maximale redelijke huur die voor die woning volgens het WWS voor zelf­standige woonruimte gevraagd kan worden EN:
(WWS is: Woning Waarderings Stelsel)

4. Er is geen sprake van nulpunten volgens het WWS of andere ernstige gebreken en er rust geen aanschrijving op de woning, noch is er sprake van sloopplannen.

Het PEL vindt: als een woning aan alle vier bovenstaande voorwaar­den voldoet, is sprake van een sociale huurwoning.

Woningproductie:

Het Woonplan stelt: "Van de nieuwbouw is tweederde gerealiseerd in het middeldure en dure koopsegment. Dit is conform de beleidsdoelstelling." Einde citaat.

Dit is inderdaad conform de beleidsdoelstelling.

Wij lezen echter in het rapport van de Rekenkamer:

Bladzijde 12: citaat: "Het concept van de vicieuze cirkel, zoals in de beleidsdocumenten geformuleerd, is een veel te simplistische weergave van de realiteit. Dit betekent dat de keuze om vooral voor het hogere marktsegment te gaan bouwen was gebaseerd op een hypothese die niet bevestigd kon worden." Einde citaat.

Die "vicieuze cirkel" was o.a. gebaseerd op de angst dat steeds meer hogere inkomens de stad zouden verlaten, waardoor de gemeentelijke belastingen steeds hoger zouden moeten worden, waardoor nog meer hogere inkomens de stad zouden verlaten enz.

Conclusie: het gemeentelijke nieuwbouwbeleid berust meer op 'geloof' dan op feiten. Dit 'geloof' is 'whishfull thinking': wij als gemeente WILLEN dat de realiteit zo is en dus is het zo!

Inzake de gerealiseerde woningproductie valt het op dat in 2007 het aantal appartementen 57% was van de totale produktie.

Het Woonplan stelt dat Leeuwarden veel een- en tweepersoons­huishoudens telt (wat juist is) "wat primair de doelgroep voor dit woontype is."

Ten eerste zijn de meeste gerealiseerde appartementen ofwel koopflats ofwel dure huurflats, onbereikbaar voor de meeste kleine huishoudens. Ten tweede hebben ook kleine huishoudens verschillende woonwensen: er zijn "flatmensen" en "laagbouw­mensen".
In de nieuwbouw zouden o.i. meer sociale huurwoningen in de laagbouw moeten komen voor kleine huishoudens:
wij denken dan bv. aan een rij laagbouwhuizen met soms een brede "beukmaat" en 3 slaapkamers (gezinnen) en soms een smallere beukmaat en 2 slaapkamers (Max. 2 personen) Dit al uit 1980 stammend idee van de toenmalige Rijksconsulent voor 1- en 2- persoonshuishoudens (periode Stuurgroep HAT) is nooit uitgevoerd, hoewel het simpel te realiseren is in nieuwbouw.

Wij adviseren de nodige voorzichtigheid qua verdere aantallen (dure) nieuwbouw­appartementen, m.n. in de koopsfeer.

Het grote aantal dure (koop)appartementen is niet ontstaan vanuit een visie op volkshuisvesting, maar vanuit het korte termijn denken en de winstgerichtheid van de projectontwikke­laar: veel "stapelen" op een beperkt grondoppervlak levert het meeste op.

Motie sociale huurvooraad:

Over deze motie is heel wat af gedebatteerd en het College en PAL/GL blijven het oneens over de vraag of het College aan de motie heeft voldaan of niet.
De onderliggende kwestie is echter: hoe groot is de doelgroep aangewezen op een sociale huurwoning en hoe groot is de "kern­voorraad" sociale huurwoningen.

En: zijn deze woningen ook beschikbaar? Men kan bijvoorbeeld op papier best een voldoende voorraad hebben, maar als er nauwelijks woningen vrijkomen door doorstroming, heeft de woningzoekende met een lager inkomen daar weinig aan.

Over de omvang van de kernvoorraad valt met behulp van het WOBOF onderdeel Leeuwarden het volgende te zeggen:

Tabel 2-1 op blz. 3: daar staat dat in Leeuwarden 44.320 huizen staan en dat 48% daarvan een huurwoning is, dus 21.273 woningen. Daarvan is 79 procent van een sociale verhuurder (een corporatie) is dus 16.806 woningen.

Uit tabel 2-5 op blz. 5 onderaan is op te maken dat 40 procent plus 45 procent van de huurwoningen van de sociale verhuurders een huurprijs heeft van 485 euro of minder, dus 85 procent. Dat was de lage aftoppingsgrens voor huurtoeslag. Als je DAT aantal definieert als "sociale huurwoning" heb je nog maar 85% van 16.808 huurwoningen over in de sociale verhuur bij de corpora­ties, is 14.285 sociale huurwoningen.

Het totaal aantal huurwoningen was 21.273 woningen en 21.273 min 16.806 huizen is 4467 huizen wordt door anderen verhuurd. Van die huizen heeft 18 plus 35 is 53 procent een huur lager dan 485 euro is 2.367 huizen.

Conclusie op basis van de tabellen: er waren 14.285 plus 2.367 is 16.652 huurhuizen in Leeuwarden met een huur lager dan 485 euro.

Over de omvang van de doelgroep valt met behulp van het WOBOF onderdeel Leeuwarden en de bijbehorende overheadsheets het volgende te zeggen:

In de overheadsheet "Huisvestingssituatie doelgroepen" wordt gesproken over een "kernvoorraad" van 14.200 huizen waarmee ze bedoelen: goedkoper dan 485 euro huur en verhuurd door een woningcorporatie ("sociale huur")

Dat klopt ongeveer met de hierboven berekende 14.285 sociale huurwoningen.

In die overheadsheet heet het dat de totale "doelgroep" 10.500 plus 1.300 huishoudens plus 300 plus 1500 plus 1700 plus 2900 is 18.400 huishoudens zou zijn. Door de jaren heen zijn er altijd op wonderbaarlijke wijze meer sociale huurwoningen geweest dan de doelgroep groot zou zijn, maar dat is dus aantoonbaar onjuist.

Dat komt omdat alleen gekeken wordt naar dat *deel* van de doelgroep wat in een sociale huurwoning zit, terwijl men anderzijds *wel* alle huurwoningen meetelt en soms ook de "sociale koopsector" whatever that may be... De verkoopprijzen zijn immers niet sociaal maar marktconform. Onze bewering wordt onderbouwd door te kijken naar de overheadsheet "Woonsituatie doelgroep": omvang doelgroep 18.400 en "aanspraak doelgroep kernvoorraad" is 10.500.

[N.B.: Volgens de tabel op blz. 15 van het Woonplan zitten er 11.500 huishoudens van de doelgroep in een sociale huurwoning van de corporaties volgens de definities in het Woonplan]

CONCLUSIE: Als je 14.285 sociale huurwoningen hebt (van de corporaties) - het Woonplan (blz. 15 laatste alinea) gaat ook uit van deze benadering en laat de particuliere verhuursector en koopsector buiten beschouwing - en je doelgroep is 18.400 huishoudens groot, dan heb je een rekenkundig tekort aan sociale huurwoningen van 4115 woningen in dit marktsegment.

Om te verbloemen dat er een potentieel tekort is aan sociale huurwoningen, heeft de gemeente het begrip "sociale koopwoning" bedacht. Dit zou dan gaan om woningen met een koopprijs tot EUR 160.000. Ook stelt het Woonplan dat men voor 15% van de geplande nieuwbouwproductie "goedkope" koopwoningen wil bouwen. De doelgroep voor deze woningen zou gaan tot jaarinkomens van EUR 33.500.

Wij denken dat eerst de grens is gezet op een koopprijs van 160.000 euro en daar vervolgens bij is uitgerekend welk inkomen men minimaal moet hebben voor een hypotheek van 160.000 euro. Waarbij men de financiering van de "kosten koper" bij bestaande bouw en "vrij op naam" bij nieuwbouw even heeft "vergeten".

Het effect van de gekozen hogere inkomensgrens is dat de doelgroep die is aangewezen op de goedkope koopmarkt veel groter is dan de doelgroep die op de sociale huurmarkt is aangewezen (inkomensgrens meerpersoonshuishoudens 25.000 euro/jaar)

Op dit punt delen wij de kritiek van huurdersvereniging Nieuw Elan.

Sociale koopwoningen bestaan niet: zij zouden bestaan als er sociale koopprijzen zouden zijn. De realiteit is anders: koopprijzen zijn marktconform en niet anders.
Overigens voelen wij niet voor het VVD-idee om startersleningen te verstrekken aan starters op de koopmarkt: het gevolg is alleen dat men duurder gaat kopen, waardoor het effect weer teniet wordt gedaan en tevens dat de vraagprijzen van woningen in dit marktsegment extra zullen stijgen.

Meer principieel zijn we terughoudend als het gaat om voordelen toe te schuiven naar de koopmarkt: per slot gaat het om individuele bezitsvorming, waar op zich niets op tegen is, maar waarom mede op kosten van de gemeenschap?

Bevolkingsontwikkeling:

Per 2007 zou het aantal inwoners van de gemeente (niet de stad!) zijn geweest: 92.342 en per 2003 nog 91.284 is 1058 personen meer. In vier jaar dus een gemiddelde stijging van 264 personen per jaar. Maar gesteld wordt ook: "Na 2003 kent de migratie met deze gemeente een oplopend positief saldo, van 31 in 2004 naar 123 in 2006." Einde citaat.
Deze twee dingen kloppen niet met elkaar.

De statistische Jaarboeken van de gemeente geven maar heel langzaam oplopende bevolkingscijfers te zien, dus ondanks de thans forse nieuwbouwstroom groeit Leeuwarden helemaal niet zo hard, terwijl ook die groei naar uiteindelijk 100.000 inwoners waarna het financieel paradijs bereikt was als je sommigen mocht geloven, voorlopig een fata morgana van sommige bestuurders is.

Huishoudens 2007:

Hier duikt weer de bekende "onevenwichtige bevolkingssamenstelling" op: in de optiek van de gemeente te weinig gezinnen met kinderen en te weinig hogere inkomens. Kennelijk denkt men dat er meer kinderen geboren worden als men dure (koop)huizen bouwt en dat de gemiddelde inkomsten daardoor stijgen?

Uit het rapport van de Rekenkamer bleek:

Hoofdstuk 1 de Samenvatting:

- Er is geen verband aantoonbaar tussen de gerealiseerde nieuwbouw en het gemiddeld inkomen en de bevolkingsopbouw. Zowel gemiddeld inkomen als bevolkingsopbouw wijzigen waren beleidsdoelen van het College, ook dus de bevolkingsopbouw wijzigen.

- De Rekenkamer stelt dat er geen gegevens bij de gemeente beschikbaar waren over de doorstroming en het vertrek van hoge inkomens. Waar baseerde de gemeente zich dan eigenlijk op, door steeds te stellen "dat de hogere inkomens wegtrokken naar m.n. de omringende dorpen"?!

De discussie over mensen met weinig geld die in grote aantallen naar Leeuwarden zouden verhuizen om bijstand te vragen en als een magneet door de "grote aantallen" "goedkope" huurwoningen zouden worden aangetrokken is ook al gebleken een non-discussie te zijn.
We verwijzen naar het rapport wat het College liet maken:
"In en uit de bijstand door verhuizing" ofwel de discussie over: moet de stad op slot voor mensen met een uitkering? Gebleken is dat dit slechts populistische verhalen waren: het bleek allemaal reuze mee te vallen.

Ontwikkelingen koopmarkt:

Wij waren en zijn van mening dat het niet verstandig is goedkope nieuwbouw koopwoningen te bouwen met een koopprijs tot 160.000 euro om redenen van kwaliteit. Degelijk en goed bouwen is gewoon duur.
Wij vragen ons af of je dan namelijk over 25 jaar (gebruikelijke termijn groot-onderhoud) niet tot de conclusie moet komen dat er slechte 'wegwerp' woningen zijn neergezet. Goed voor de aannemers maar slecht ihkv duurzaam bouwen.

Inzake de te bouwen aantallen duurdere koopwoningen denken wij dat het verstandig is gewoon af te gaan op de marktinzichten van de grotere projectontwikkelaars over in welke prijsklassen het beste gebouwd kan worden.

Wel vinden wij dat de corporaties een veel grotere rol moeten hebben bij projectontwikkeling in het weiland. De reden is de volgende:

VOORSTEL:

Wil men meer nieuwbouw sociale huurwoningen bouwen, niet wat ons betreft omdat men sloopaantallen moet compenseren, maar gewoon omdat er vraag naar is, dan zal per woning pakweg 40.000 aan onrendabele top weggewerkt moeten worden om die woning beneden een van de aftoppingsgrenzen te zetten qua aanvangshuur. Daarom moet de corporatie de kans krijgen (eventueel via een aparte ontwikkelingsmaatschappij) winst te maken op koopwoningen in de gewilde prijsklassen (blz. 14 Woonplan bovenaan: tussen de 200.000 en 250.000 euro) Dit komt neer op pakweg 2 tot 3 koopwoningen bouwen om 1 onrendabele top te financieren.
Uiteraard kan de corporatie ook variëren:
Koopwoningen, keuzewoningen (koop of dure huur) en eenderde van de aantallen koopwoningen als sociale huurwoning. Dit kan eventueel uiteraard gebeuren op verschillende lokaties, terwijl het financieel toch 1 project is.

De gemeente zou afspraken over aanwending van de winst in convenanten met de corporaties kunnen vastleggen. Doel is besteding van de winst aan nieuwbouw en/of renovatie in de sociale huursector. Aanvullend zou de corporatie soms een deel van de onrendabele top voor eigen rekening kunnen nemen vanuit de Algemene Bedrijfsreserve. Men kan per project zoeken naar de beste combinatie van dekking van de onrendabele top.

Huurmarkt

Het Woonplan stelt dat vraag en aanbod in de huursector elkaar aardig in evenwicht houden.
Het WOBOF stelt echter:

WOBOF tabel 3-10 blz. 16: Vraag/aanbod woningen naar prijs­klasse:
Prijsklasse tussen 339-485 euro huur: vraag 2900 aanbod 1830 tekort aanbod 1070.
Daarentegen vraag/aanbod 0-339 euro huur: vraag 1710 aanbod 2410. Overschot aanbod 700.

[N.B.: Dit overschot qua aanbod in de goedkoopste prijsklasse is merkwaardig, omdat er niet of nauwelijks sprake is van leegstand.
Wellicht dat een aantal vragers naar huurwoningen tussen de 339 en 485 euro (veel vragers, te weinig aanbod) is uitgeweken als tweede keuze naar deze lagere prijsklasse?]

VOORSTEL:

Wij zijn het eens met de conclusie in het Woonplan dat er vraag is naar betaalbare kwaliteit in de huursector.
Bedoeld wordt hier de hoge 'vraagdruk' naar huurwoningen in de prijsklasse tussen 339 en 485 euro.

Wij stellen voor om te kijken wat de mogelijkheden zijn om woningen die tot 339 euro huur doen, te renoveren om ze kwalitatief te verbeteren. Dit moet per complex op zijn moge­lijkheden worden bekeken. Wij doelen op een renovatieniveau waarbij niet slechts bijvoorbeeld cv wordt geplaatst, maar waarbij de hele woning kwalitatief wordt verbeterd. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld:

- Moderne energiezuinige CV-installatie.
- Mogelijkheid onderzoeken zonnepanelen op platte daken flat­gebouwen.
- Voorzover nog niet gedaan: Isolatie gehele 'schil' flatgebouwen en plaatsing HR++ glas van een soort wat tevens goede geluidsisole­rende eigenschappen heeft.
- Betere geluidsisolatie *tussen* de woningen, vooral tussen flatwoningen onderling, bv. systeemplafonds met rockwool, laag anhydriet op vloeren of ander materiaal, geluidsoverdracht van woningscheidende muren verbeteren ed.
- Nieuwe douche, eventueel bad, nieuwe keuken. Kies voor "bescheiden luxe": niet het goedkoopste, maar ook geen Siematic of Miele niveau, maar iets daartussenin via grootinkoop. - Verbetering trappenhuizen portiekflats, ook qua geluid.
- Betere (geluidsisolerende) voordeuren.
- Intercoms vervangen door goede kwaliteit video-intercoms. (veiligheidsbeleving verhogen)
- Goed hang- en sluitwerk en Secu-strips waar nodig (inbraak­preventie)
- Rookmelders in woningen aanbrengen (brandpreventie)
- Mogelijkheden nagaan om soms liften te kunnen plaatsen.

Doel hiervan is de kwaliteit te verbeteren. In de huurhoogten tot 339 zit nog "ruimte" om de kosten (deels) af te dekken door een huurverhoging na renovatie, zolang men maar onder de lage aftoppingsgrens blijft van de huurtoeslag.

In zijn algemeenheid valt het ons op, dat iedere visie op renovatie van de bestaande voorraad ontbreekt in het Woonplan.
Kennelijk wordt een visie daarop aan de corporaties overgelaten, terwijl het Woonplan over van alles en nog wat een mening heeft, behalve hierover. Kennelijk wordt alleen gefocust op sloop?

Dynamiek en doorstroming:

Het Woonplan stelt dat de kloof tussen huren en kopen niet bestaat omdat bijna de helft van de huurders de overstap maakt naar een koopwoning.

Deze bewering is in strijd met de gegeven cijfers in het staatje "doorstroming op de woningmarkt" onderaan bladzijde 14. Daar staat:

Van de doorstromers in een huurwoning ging 36% weer naar een huurwoning en 13% ging van een koopwoning terug naar een huurwoning, samen 49%

Van de doorstromers ging 21% van een huurwo­ning naar een koopwoning en van een koopwoning ging 30% weer naar een koopwoning, samen 51%.

De fout in het Woonplan is hier, dat men degenen die al een koopwoning hebben, opnieuw meetelt bij de doorstromers van huur naar koop.

De juiste conclusie is dat van de doorstromers met een huurwoning 21% naar een koopwoning ging en van de doorstromers met een koopwoning ging 13% weer naar een huurwoning.
Indien beide groepen doorstromers even groot zijn, ging per saldo maar 21-13 procent is 8% naar een koopwoning van alle doorstromers.

Gesteld wordt in het Woonplan: "Ruim 60% van de huishoudens die een (andere) woning in Leeuwarden betrok, bewoont een huurwoning.” M.a.w.: de doorstromers en van hen de huurders maakten 60% uit van alle doorstromers.
Dit brengt per saldo het percentage doorstromers van huur naar koop op (21% van 60%) minus (13% van 40%) is 7,4%

Conclusie: De bewering dat bijna de helft van de huurders de overstap maakt naar een koopwoning is onjuist. Uit het werkelijke percentage blijkt dat er wel degelijk een kloof bestaat tussen huren en overstappen naar kopen.

Lagere inkomens:

Het valt op dat een eenpersoonshuishouden met EUR 1200,= netto/mnd al tot de middeninkomens wordt gerekend.
Het netto-inkomen van een gezin met bijstand is echter hoger... namelijk EUR 1201,05 (niveau 1/1/2008)

Wij pleiten er net als de huurdersorganisatie Nieuw Elan voor om de doelgroep van beleid af te bakenen op de oude ziekenfondsgrens, namelijk EUR 33.500/jaar.

Eerder in dit verhaal constateerden wij dat er een rekenkundig tekort is van pakweg 4000 sociale huurwoningen als we de doelgroep zoals het Woonplan die definieert, afzetten tegen de kernvoorraad van de corporaties.

Betoogd wordt veelal, dat er wel voldoende betaalbare woningen zijn, maar dat de beschikbaarheid te wensen overlaat omdat veel mensen met hogere inkomens de betaalbare huurwoningen bezet houden en maar niet willen "doorstromen".
Naar onze mening willen mensen die meer gaan verdienen, meestal best doorstromen naar een duurdere woning, maar is hier iets anders aan de hand.

Hierover het volgende:

1. De definitie van wie scheef woont in de zin van "te goedkoop" scheef wonen is absurd: men woont al scheef als men net niet in aanmerking komt voor huurtoeslag. Een alleenstaande komt al niet meer in aanmerking voor huurtoeslag als zijn/haar inkomen even boven zijn/haar bijstands­niveau zit. En diegene zou dan al 'scheef' wonen in een sociale huurwoning?!
Dat bijstandsniveau voor een alleenstaande is EUR 840,74/mnd. (niveau 1/1/2008)
Dit verhaal is o.i. bedacht om de huurders de zwarte piet toe te spelen van een falend volkshuisvestingsbeleid voor lagerbetaalden onder het motto: zet ze tegen elkaar op, verdeel en heers.

2. Deze definitie zou moeten worden bijgesteld: men zou op basis van rekenhuur en netto maandinkomsten een huurquote van zoveel procent kunnen bedenken. Zit het percentage lager, dan woont men "scheef". Bijvoorbeeld: als men zo'n 150 euro/mnd netto teveel verdient om voor huurtoeslag in aanmerking te komen, zou men niet tot de "scheefwoners" gerekend moeten worden.

3. Bij de goedkope corporatiewoningen zouden 4400 huishoudens "scheef" wonen. Wat hun gemiddelde inkomsten zijn wordt er niet bijverteld, maar dat is wel bepalend om dit "probleem" (?) in kaart te brengen.

4. Als we spreken over "scheef wonen" moeten we ook kijken naar diegenen van de lagerbetaalden die "te duur" scheef wonen.
Volgens het staatje op blz. 15 bovenaan zijn dat 900 huishoudens in duurdere huurwoningen die tot de doelgroep behoren.

Het armoedeprobleem staat in Leeuwarden de laatste tijd terecht weer in de politieke belangstelling.
Voor *dit* probleem is echter geen aandacht terwijl wij denken dat het bij deze mensen armoede troef zal zijn door de hoge huren die ze moeten betalen.
Een beleid wat goedkopere huurhuizen sloopt, zodat mensen na herhuisvesting in veel duurdere woningen belanden, zal dit alleen maar verergeren.

Ook hier is het geven van een redelijke definitie over een huurquote, waarbij vast staat dat men te duur 'scheef' woont, op zijn plaats. Dit probleem is echter slechts oplosbaar als er voldoende sociale huurwoningen beschikbaar zijn.
Terecht is op het congres over het Woonplan opgemerkt, dat het niet alleen gaat over de (financiële) bereikbaarheid, maar ook over de beschikbaarheid.

Op bladzijde 16 van het Woonplan wordt een toelichting gegeven op het staatje op blz. 15 bovenaan:

(1) Doelgroep in duurdere koopwoningen 1700 huishoudens:

De verklaring hierbij lijkt plausibel: ouderen, sterke prijsstijgingen koopwoning, lang geleden gekocht, hypotheek (deels) afgelost ed.

(2) Maatschappelijk Gebonden Eigendom:

Van een terugkoopplicht door de corporatie is maar in enkele gevallen sprake: meestal gaat het om een recht van eerste (terug)koop en daarvan wordt veelal niet gebruik gemaakt door de corporatie. (bv. in Rode Dorp)

[N.B.: Wij zijn tegen VvE-constructies bij verkopen in de laagbouw omdat dit veel te ver gaat:
- Corporatie houdt vaak meerderheidsbelang in VvE en blijft dus de baas over hoogte bijdragen aan VvE, aanbestedingen onder­houdswerk, (monopoliepositie) levert Administrateur cq. de Bestuurder en heeft dus nog steeds de financiën in handen ed. Dit is niet kopen maar heet "het nieuwe huren".
- Wie een VvE-constructie wenst, is vrij om een appartement te kopen.]

(3) Niet-doelgroep in sociale huurwoning:

Gesteld wordt dat nieuwe instroom van huishoudens met een hoger inkomen in de sociale huur zoveel mogelijk wordt voorkomen door het toewijzingsbeleid van de corporaties.

Dit is onjuist: Woningcorporatie Nieuw Wonen Friesland stelt op haar website dat o.a. deze huur/inkomenscriteria zijn afgeschaft sinds maart 2004 en dat alleen hun 'seniorenwoningen' nog gelabeld zijn voor 55-plussers. (leeftijdscriterium)

Onze mening:

a. Bij woningtoewijzing door de corporaties moeten er weer huur/inkomenscriteria komen. Wij zijn tegen leeftijdscriteria: het lage aantal reacties op seniorenwoningen staat in schril contrast tot het hoge aantal reacties op woningen zonder leeftijdscriterium. Het label '55-plus' schrappen zou althans een klein beetje 'lucht' kunnen geven op de krappe sociale huurmarkt.

[N.B.: Woningen voor doelgroepen zoals 'gehandicapten' en begeleid wonen projecten moeten hun labeling gewoon houden.]

b. Nadat een huurwoning is toegewezen behoren er geen criteria meer te zijn. Wij zijn tegen aantasting van het huurrecht in die zin dat men maar zou moeten vertrekken als men meer gaat verdienen. Op die wijze doet een huurder niets meer aan verfraaiingen van zijn huurwoning en zit voortdurend op de schopstoel. Dit is ook niet goed voor de sociale stabiliteit in een wijk.

Samengevat: huur/inkomenscontrole bij toewijzing, daarna onbeperkte uitoefening van het huurrecht.

Bouwtechnische kwaliteit van de voorraad:

Het Woonplan spreekt hier over het verbeteren van het particulier woningbezit. Bekijkt men het principieel, dan behoort de particuliere eigenaar verbeteringen geheel zelf te betalen, maar in de praktijk moet er wel eens wat 'smeergeld' (subsidie, laagrentende lening ed) bij.
Wij zijn van mening dat subsidiegeld voor particuliere woningverbetering uitsluitend voor eigenaar-bewoners moet worden aangewend. De gemeente gaat hier ook van uit bij het plan voor particuliere woningverbetering Vlietzone en tevens van een 'verscherpt aanschrijvingsbeleid', waar wij ook voorstander van zijn m.b.t. verwaarloosde panden van eigenaar-bewoners en eigenaar-verhuurders.

Woonmilieu's:

Het Woonplan geeft een staatje "Voorbeeld analyse van een wijk en woonmilieu".

Hier wordt o.a. gesproken over de positie van de wijk in relatie tot de stad en/of regio en positie van de buurt in de wijk.
Wij merken op, dat er per definitie met deze werkwijze altijd een wijk of buurt het laagst zal staan in rangorde, omdat er geen absolute maar relatieve (in verhouding tot eveneens variabele wijken) criteria deze rangorde bepalen.

De opmerkingen hier over de woonmilieu's die niet aantrekke­lijk zijn, zijn typisch beoordeeld met een blik van iemand die zich een vrijstaande villa of bungalow kan permit­teren: dat is toch pas aantrekkelijk? De miezerige stukjes grond waarop de 'vrijstaande' woningen in de Bullepolder staan, pal naast de buren, is dat dan het mooiste woonmilieu?

Algemene conclusies:

Men zou zich eens moeten afvragen wat de oorzaken zijn van:
"De groep huishoudens met een lager inkomen is het grootst, onder andere door het grote aantal alleenstaanden."

De cumulatie (opeenstapeling) van het zgn. draagkrachtbeginsel bij allerlei regelingen is een van de oorzaken van de relatief grote armoede onder de groep alleenstaanden.
Dit is een kwestie van landelijk en plaatselijk beleid op allerlei gebied, wat het gezin met kinderen altijd meer voordeeltjes toeschuift dan aan alleenstaanden.

[N.B.: een recent voorbeeld: bij de huurtoeslag gaat het o.a. om de rekenhuur. Dit is de optelsom van de kale huur plus een aantal (qua max. prijs) gelimiteerde servicekosten posten. Zij mogen nu ieder voor zich voor max. 12 euro meetellen, maar vanaf 1/7/08 slechts tezamen nog maar voor een forfaitair bedrag van 12 euro. Deze servicekosten komen met name voor in huurflats. (liften, huismeester, schoonmaakkosten, dienstruim­ten, gemeenschappelijke verlichting ed)
Volgens de Woonbond leidt dit tot een verslechtering van de huurtoeslag van 5 tot 15 euro per maand.
Het zijn overwegend de kleine huishoudens die afhankelijk zijn van huurtoeslag die in deze flats wonen en het is geen toeval dat deze zoveelste maatregel juist hen treft.]

Beweerd wordt hier dat tweevijfde van de huurders naar een koopwoning verhuist. Op blz. 14 werd echter nog beweerd: "Bijna de helft van de huurders maakt dus de overstap naar een koopwoning..." enz. Einde citaat.
Onder het kopje "Dynamiek en doorstroming" hebben wij betoogd dat geen van beide beweringen juist is.

HOOFDSTUK 4 ONTWIKKELINGEN

Woningbehoefte:

Het Woonplan kondigt aan dat de komende vijf jaar 400 woningen naar verwachting worden gesloopt, gemiddeld 80 per jaar.

Weliswaar valt de formele beslissing pas dit najaar, maar nu al kan uit alle berichten worden opgemaakt dat het zo goed als zeker is dat alle pakweg 170 sociale huurwoningen in de Mon­driaanwijk (Meenthe) gesloopt worden.
Ook wordt door sommigen het vuurtje al opgestookt om te slopen in het Valeriuskwartier. Wij herinneren ons nog heel goed de plannen van bureau West 8 voor het "upgraden" van de rondweg.
Ook werden recentelijk 24 woningen aan de Boomgaardstraat gesloopt en ging de flat aan de Fruitstraat plat.

Slopen lijkt een autonoom proces te zijn geworden in Leeuwarden. Het wil er bij ons niet in dat sloop en nieuwbouw in een bijna subsidieloos tijdperk zgn. financieel steeds uitvalt in het voordeel van sloop en nieuwbouw.
Sloop lijkt te zijn verworden tot een soort "negatief woning­productiecijfer" wat gehaald moet worden.

In plaats van sloop zou men in het gros van de gevallen moeten overgaan tot renovatie van woningen.

Ooit zette professor Thomsen (oud-hoogleraar aan de TU Delft) een aantal vooroordelen tegen renovatie op een rij:

"Ik zet een paar veelgehoorde vooroordelen tegen renoveren op een rijtje:

- renoveren voegt te weinig kwaliteit toe
Renovatie heeft een negatief imago. Staatssecretaris Remkes noemt mijn pleidooi voor meer renoveren en minder sloop een ramp voor de stad. Daarin zit het vooroordeel verscholen dat renoveren een tweede keus is, een inferieur lapmiddel, uitstel van executie en alleen geschikt als je niet kunt of durft slopen.

[Reactie: maar er zit meer achter de weerzin tegen renoveren, nl. bevolkingspolitiek. Grof gezegd komt die neer op een soort oorlog van rijk tegen arm. Van 'ons soort mensen' tegen 'dat soort mensen', van 'gelovigen' in de superioriteit van het blanke middle-class gezin tegen diegenen die daar niet toe behoren.]

Onzin! Wellicht dat veel grootonderhoud renovaties zoals die in de naoorlogse sector hebben plaatsgevonden dat beeld in de hand hebben gewerkt, maar de kwaliteit van ingrijpende of hoogniveau renovatie - daar heb ik het over - kan zonder meer gelijkwaardig zijn aan nieuwbouw; volgens het Bouwbesluit gelden voor beiden in principe dezelfde normen. Woontechnisch vallen ingrijpende renovaties met herindeling van het casco vaak zelfs gunstiger uit dan nieuwbouw, vanwege de aanwezigheid van meer overmaat en de mogelijkheid om extra grote woningen te maken.

Misschien moeten we er een andere naam voor verzinnen.
Staats­secretaris Jan Schaefer had dat destijds al in de gaten en had het niet voor niets over "vernieuwbouw"! Maar ook daar moet je voorzichtig mee zijn: veel mensen verstaan inmiddels onder "herstructurering" - ook een nieuw begrip om oude voor­oordelen te omzeilen - vooral sloop en nieuwbouw.

[Reactie: en dat laatste komt omdat al deze mensen zien dat DAT simpelweg de praktijk is:
Sloop en nieuwbouw. Overigens hebben wij in de term 'herstructurering' nooit veel anders gezien dan een versluierend woord voor sloop en nieuwbouw. Dit is gebaseerd op de beleidsstukken m.b.t. 'herstructurering' van het toenmalige kabinet Kok, waarin werd gesteld dat "er veel te veel goedkope woningen" waren]

- een woning heeft een beperkte levensduur, na 50 jaar moet je gaan vervangen
Onzin! Een woning bestaat uit een composiet van bouwdelen met een zeer verschillende levensduur. Bepalend voor de uiteindelijke technische levensduur is de kwaliteit van het casco en dat kan technisch gezien meestal wel een eeuw of wat mee. Bepalend voor de functionele levensduur is de marktvraag, dat wil zeggen: de mate waarin het casco - al of niet middels verbouwing - in vergelijking met een alternatief de veranderende marktvraag kan accommoderen. Wat dat laatste betreft zou de gemiddeld benodigde levensduur macro gezien wel eens enkele eeuwen moeten zijn, zie hiervoor.

[Reactie: wat hier wordt gezegd over de technische en functionele levensduur zijn basisbegrippen waar veel gemeentebesturen en woningcorporaties nooit iets van hebben willen weten: Wegwerp goederen, wegwerphuizen en uiteindelijk wegwerpmensen, zo zit helaas de huidige maatschappij in elkaar.]

- renoveren is duurder dan nieuwbouw
In zijn algemeenheid ook onzin! Zoals gezegd zijn op de kostenvergelijking renoveren of sloop/nieuwbouw al heel wat modellen los gelaten. Een vergelijking van bouwkosten op zich zegt echter weinig. Van belang is de vergelijking van investeringen en baten in de tijd. Afgezien van de toerekening van infrastructurele en bijkomende kosten zijn de investeringen met relatief simpele contante waarde berekeningen te vangen; de kwantificering van de onderling tegenstrijdige baten voor de verschillende betrokkenen en de keuze van het schaalniveau van de vergelijking ligt veel moeilijker.
Binnen ons werkverband uitgevoerde evaluaties en haalbaarheidsstudies laten telkens weer zien dat ingrijpende hoogniveau renovaties over het algemeen goedkoper zijn dan nieuwbouwalternatieven en een grotere prijs- en kwaliteitsdifferentiatie mogelijk maken. Ik kom hier nog op terug.

[Reactie: zelfs wij kunnen m.b.v. netto contante waarde berekeningen doorrekenen dat je bv. tegen een huur die nog net onder de aftoppingsgrenzen voor huurtoeslag blijft, veel goedkopere portiekflats zou kunnen renoveren voor pakweg 35.000 tot 40.000 euro per flat. Met dat bedrag kom je een aardig eind en kun je echt grondig te werk gaan. Als men echter grof zou gaan bezuinigen op de huurtoeslag, dan kan er voor huurders die ergens tussen het minimum en modaal zitten, niet al te veel meer, omdat de huren dan te hoog uitvallen na hoog-renovatie. In onze optiek geldt, dat je naast hoog-renovatie ook sociale maatregelen nodig hebt om het wonen leuk te houden en om vanuit het belang van de corporatie die dit zou gaan doen, hun investering te beschermen.]

- renoveren is riskanter dan nieuwbouw
Een vooroordeel dat verwant is aan de kosten. Hoewel de sloop van jonge woningcomplexen inmiddels het tegendeel bewijst, geldt nieuwbouw nog steeds als risicoloos. In de sociale huursector schrikt niemand meer van een onrendabele top van een halve (guldens) of een kwart (euro) ton per woning of meer, maar zelfs een beperkte onrendabele top voor ingrijpende renovatie is vaak niet bespreekbaar. Toch zijn bij bestaande woningen - in tegenstelling tot nieuwbouw - de risicobepalende factoren - in het bijzonder de bewoners en hun voorkeuren - bekend. Zou de aanwezigheid van lastige en/of ongewenste bewoners soms juist als een risicofactor beschouwd worden?

[Reactie: simpel gezegd: Er moet koste wat het kost nieuwbouw komen vinden vaak corporaties plus gemeente en laatstgenoemde stopt soms de woningcorporaties hiervoor extra geld toe, bv. via de grondkosten. Maar 1000 euro onrendabele top op een renovatieplan maakt dit 'onhaalbaar' en veel te duur...]

Geheime agenda's

Vaak zitten achter vooroordelen ook geheime agenda's:

- de gemeente
Als een woonbuurt gebreken vertoont geldt dat meestal ook voor de infrastructuur: bestrating, riolering en de inrichting van het openbare gebied. Soms heeft de gemeente daarnaast andere plannen, zoals bestemmingsverandering en verkeersmaatregelen. Bij ingrijpende verbetering moet de gemeente de infrastructurele kosten zelf dekken, bij nieuwbouw kunnen de kosten worden verdisconteerd in de nieuwe grondexploitatie en heeft de gemeente via het bestemmingsplan een beslissende invloed.

[Reactie: dus een ordinair geld-motief, verder niets. Uiteraard zul je dit gemeentelijk argument nooit echt openlijk horen...]

- de verhuurder
De oudere naoorlogse voorraad vormt de 'cash cow' van veel woningcorporaties: tegenover de huuropbrengsten staan relatief lage exploitatielasten. Zolang dat duurt is schijnbaar risicoloos doorexploiteren tot in de gevarenzone en dan 'noodgedwongen' slopen aantrekkelijker - en bij twijfel of meningsverschil over de gewenste aanpak veel makkelijker - dan tijdige kostbare herinvesteringen.

[Reactie: alsof hij het heeft over de Leeuwarder woningcorporaties... De bestaande voorraad als melkkoe gebruiken, niet veel doen qua groot-onderhoud en zeker geen renovatie, wat pappen en nathouden en tenslotte plat die hap... In feite niet echt veel beter dan particuliere huisjesmelkers doen...]

- de architect
Glossy nieuwbouw scoort beter en lijkt meer creatieve moge­lijkheden te bieden dan moeizaam ingewikkeld tijdrovend en ondergewaardeerd herontwerp van bestaande woningen. In archi­tectuurtijdschriften wordt aan herontwerp van de bestaande voorraad maar weinig aandacht besteed. En ook opdrachtgevers zijn gevoelig voor glossy publiciteit, dus waar kies je voor als je de kans krijgt?

- het bouwbedrijf
Het werken in de bestaande en bewoonde voorraad vraagt vakbekwamer en sociaal vaardiger personeel, een flexibelere organisatie en een andere bedrijfsvoering dan seriematige nieuwbouw, en aan grote tunnelkisten heb je niet veel. Het opbouwen van ervaring in het renovatievak gaat niet zomaar en brengt risico's - bron van vooroordelen - met zich mee. En ook bij bouwers scoort de glans van het nieuwe hoog.

- bewoners
Als een buurt in de sociale gevarenzone verkeert, is sloop een mogelijkheid om van ongewenste bewoners af te komen of met een sloopurgentie een riante positie op de woningmarkt te verwerven."

[Reactie: ziehier de voornaamste drijfveer van gemeente en woningcorporaties achter de sloopwoede in Leeuwarden. En de bewoners gaan vervolgens ieder voor zich en god voor ons allen, ofwel: Het merendeel gaat alleen voor de verhuis- en herinrichtingskosten en rekenen zich rijk... Ze zouden eens moeten uitrekenen wat ze in de 10 jaar na sloop zouden hebben betaald aan woonlasten als ze hadden mogen blijven zitten en wat ze in hun nieuwe woonsituatie gaan betalen na hun herhuisvesting...]

Tot zover een stukje betoog van prof. Thomsen plus een reactie tussen blokhaken.

WAT WIL HET PEL OP HET PUNT VAN SLOOP EN NIEUWBOUW:

a. Geen sloop, maar zoveel mogelijk renovatie van bestaande woningen waar maar nodig: een sloopstop is noodzakelijk.

b. Uitbreiding met nieuwbouw van de sociale huursector volgens ons in dit verhaal gedane voorstel. Daartoe is een hoge nieuwbouwproductie van koopwoningen in de meest gevraagde marktseg­menten noodzakelijk en een grotere rol van de woningcorporaties "in het weiland" noodzakelijk teneinde de winst op nieuwe koopwoningen aan te kunnen wenden voor nieuwe sociale huurwoningen en voor renovaties in hun bezit.

c. Te duur "scheef wonen" moet worden voorkomen ter bestrij­ding van stille armoede bij veel huishoudens.
Ook daarom moet er een behoorlijke sociale huurmarkt zijn.
Om verdere uitholling van de sociale huurmarkt te voorkomen zou met de corporaties afgesproken moeten worden dat zij geen laagbouwwoningen meer verkopen en zouden aanvragen voor splitsingsvergunningen (verkoop corporatieflats per appartement) in het belang van de volkshuisvesting door B. en W. geweigerd moeten worden.

d. De huurmarkt met prijzen boven de aftoppingsgrenzen: geen bezwaar tegen nieuwbouw als "keuzewoning" op de markt brengen door corporaties. (d.w.z.: men mag of huren of kopen)
Wij zijn tegen 'keuzewoningen' ("Te Woon") in de bestaande bouw, omdat dit huurwoningen aan de voorraad kan onttrekken.

e. Meer principieel zijn wij van mening dat huurmarkt en koopmarkt gelijkwaardig moeten zijn.
Daarom is verdere marginalisering van de huurmarkt uit den boze.

Ontwikkeling inkomensgroepen:

De tabel op blz. 19 geeft de verwachting aan van het CPB en de provinciale trendprognose over de inkomensontwikkelingen van de huishoudens.

Gebruikelijk is om te werken met drie scenario's: laag, midden en hoog.
De economische ontwikkelingen kennen pieken en dalen: dat is altijd zo geweest en wij zien niet in waarom dat in de toe­komst anders zal gaan. Kortom: wij geloven niet in gestage groei.

Wij zien eerder een stijgende prijs van m.n. olie als fossiele brandstof en daardoor steeds stijgende energieprijzen en prijsstijgingen van produkten waarbij olie een van de grond­stoffen is, wat leidt tot een hogere inflatie.
Wij zien een stijging van de voedselprijzen, mede door benut­ting van landbouwgronden in de wereld voor biobrandstoffen enz.
Inkomens kunnen stijgen, maar prijzen van goederen en diensten ook. Het gaat om koopkrachtstijgingen en die staan niet in het staatje.

Wij wijzen ook op de toename van de groep "werkende armen": mensen die 'verplicht' moeten werken 'met behoud van uitkering', mensen met deeltijdbaantjes, mensen met tijdelijke arbeidscontracten (wat ook kopen zeer problematisch maakt i.v.m. de hypotheek), mensen die gesubsidieerd werk verrichten totdat het Rijk of de gemeente de regelgeving weer wijzigt, flex-werkers enz.

Kortom: voorzichtigheid is geboden bij dit soort toekomstverwachtingen.

Leefstijlen:

Wij nemen aan dat dit verder wordt uitgewerkt en wachten dit af. De voorbeeld indeling van leefstijlen (blz. 21 bovenaan) doet nogal theoretisch aan, ontworpen vanachter een bureau.
Wij gaan als hoofdprincipe ervan uit dat mensen vanachter een bureau geen 'leefstijlen' krijgen opgeplakt door gemeente of woningcorporatie, maar dat men zelf mag uitmaken welke 'leefstijl' men heeft.
Wij gaan er ook van uit, dat er geen woningen worden gesloopt "omdat ze niet passen bij de leefstijl die wij in deze wijk willen hebben" o.i.d.

Duurzaamheid en innovatie:

Wanneer men kiest voor duurzaam gebruik van de woningvoorraad dient men zich te realiseren dat sloop ook kapitaalvernietiging en materiaalvernietiging (niet alles is opnieuw te gebruiken) is en ook het milieu belast.

Energiebesparing en woonlastenverlaging:

Wij verwachten niet dat dit zal leiden tot woonlastenverlagin­gen, hoogstens tot minder méér betalen...
Overigens zijn wij voorstander van energiebesparingen, met behoud van comfort.

Wel vragen wij om vooralsnog terughoudend te zijn bij het aanleggen van balans-ventilatie (warmte-terugwin-ventilatie­systeem) in de nieuwbouw omdat er een zekere relatie lijkt te bestaan tussen bepaalde gezondheidsklachten en deze systemen.
Het mag niet zo zijn, dat gezegd moet worden: hoe energiezuiniger de woning, hoe ongezonder de bewoners!

Flexibel:

Het Woonplan stelt: "Een deel van de leegstaande gebouwen wordt via anti-kraak bewoond, voor de toekomst verwachten we een verdere intensivering. Hiermee wordt niet alleen vanuit het oogpunt van duurzaamheid het bestaande vastgoed beter benut, het levert tevens een verrijking van de woningmarkt op." Einde citaat.

Wij zijn het hier niet mee eens: anti-kraak is een totale uitholling van het huurrecht, waaraan particuliere bureaus en bureautjes grof geld verdienen, speculerend op de angst voor 'krakers' bij bange eigenaren die niets met hun panden doen.
Bovendien weet men veelal als het om kraken gaat opeens allerlei voorschriften aan te voeren die moeten aantonen dat men toch echt niet (brand)veilig in een (kantoor)pand kan wonen, maar bij anti-kraak schijnt niets er meer toe te doen: wat voor krot of bouwval of pand met een niet-woon bestemming het ook is: als het maar anti-kraak is, wordt alles plotseling gedoogd.

Wil men "een verrijking van de woningmarkt", bekijk dan of een pand te verbouwen is tot wooneenheden, atelierruimten, woon-werkprojecten, woningen voor een woongroepen project enz.

Overigens kunnen noch kraakwachtenburootjes noch een totaal­verbod op kraken, kraken uitbannen: ook in landen waar een kraakverbod geldt, wordt nog steeds gekraakt...

[N.B.: In Nederland is kraken niet verboden, mits een pand minstens 1 jaar leegstaat.]

HOOFDSTUK 5 VISIE

Thema 1: de bestaande stad plus thema 2: nieuwbouwprogramma:

De woningcorporaties zouden bereid zijn te investeren, in het bijzonder voor huishoudens met lagere inkomens.
Vervolgens worden in een adem genoemd: de nieuwbouw Achter de Hoven/Vegelin, wat deels huur is boven de huurtoeslaggrenzen en deels koop, het Steensma terrein, wat dure appartementen betreft en Ee-burg waar dure huur- en koopappartementen verrezen, ook onbereikbaar voor de lagere inkomens.
Kortom: van deze investeringen hebben wij weinig gemerkt, behalve dan de voortdurende bereidheid om sociale huurwoningen te slopen!

Overigens lieten de corporaties het afweten bij "De Factorie", de nieuwbouw Achter de Hoven, met als gevolg dat een projectontwikkelaar dit uitvoerde en nieuwbouwhokjes bouwde die deels zijn opgekocht door huisjesmelkers...

Citaat: (blz. 25) "Door bijvoorbeeld een eenzijdige woning­voorraad aan te pakken, is voor elke wijk toch een aantrekkelijke toekomst te creëren." Einde citaat.
Ofwel cynisch gesproken: om de wijk een aantrekkelijke toekomst te geven (voor wie?!) moesten wij haar helaas (deels) slopen...

Citaat: (blz. 25) "De nieuwbouw is primair bedoeld om de groei van de huishoudens op te vangen."

Gezien het woningproduktieprogramma (blz. 32) lijkt het eerder gericht om de *gewenste* groei van huishoudens die willen kopen en kunnen kopen op te vangen. 80% van de produktie is gepland als koopwoning en 65% als koopwoning vanaf EUR 160.000
En een gedifferentieerd woningaanbod (blz. 26) bieden geldt alleen voor de midden- en hogere inkomens.

Citaat: (blz. 25) "Ons woonprogramma is gericht op het toevoegen van die woningen waar vraag naar is of waar we vraag kunnen creëren." Einde citaat.

Terwijl een deel van de doelgroep met lagere inkomens te duur 'scheef woont', de omvang van de doelgroep doelbewust te krap wordt gedefinieerd zodat men al 'te goedkoop' scheef woont als men 50 euro per maand teveel verdient om huurtoeslag te krijgen en het rekenkundig tekort aan sociale huurwoningen meer dan 4000 betreft als men deze doelgroep passend zou willen huisvesten, kiest Leeuwarden er opnieuw voor om niet meer dan 10 procent van de geplande nieuwbouwproduktie te bestemmen voor sociale huurwoningen. (blz. 32 overzicht met vergelijking oud en nieuw Woonplan)

De geplande produktie heeft een bandbreedte van 400-640 wonin­gen, dus op zijn best komen er elk jaar gemiddeld 64 sociale huurwoningen bij, maar zoals in het Woonplan ook staat, worden er elk jaar gemiddeld 80 huurwoningen gesloopt en de ervaring leert, dat dit meestal gaat om sociale huurwoningen.
Dus: hoezo, compensatie van sloop van sociale huurwoningen?!

Thema 3: wonen plus meer:

Op bladzijde 28 eerste kolom onderaan stelt het Woonplan dat de stad "gezinsvriendelijker" moet worden. Het zou dan gaan om de nabijheid en kwaliteit van winkels (bedoeld wordt *dure* winkels?), scholen, kinderopvang, sport- en speelgelegenheden en verkeersveiligheid.

Wij vullen aan: voor niet-gezinshuishoudens zijn totaal niet ter zake doende:
de nabijheid van winkels, sportgelegenheden en de verkeersveiligheid?
Tenminste: niet in de optiek van de gemeente Leeuwarden.
Pas als er gezinnen met kinderen zijn, wordt iets belangrijk voor Leeuwarden...

Lagere inkomens:

Er wordt een iets te grote broek aangetrokken in het Woonplan door te stellen:
"Wij garanderen samen met de corporaties de toegankelijkheid tot de woningmarkt voor de lagere inkomens." Einde citaat. (blz. 28 tweede kolom laatste alinea)
Zullen we voortaan woningzoekenden voorzien van deze kennis maar doorverwijzen naar het College?

Gesteld wordt dat de geplande 10% nieuwe sociale huurwoningen de 80 te slopen woningen per jaar compenseert, wat niet het geval is. dat het kwalitatieve aanbod wordt vergroot (eerst zien *wat* er wordt gebouwd), dat er ruimte ontstaat om minder gewilde huurwoningen 'te transformeren' (lees: slopen) en ontstaat er ook in de uitleg (het weiland dus) voldoende differentiatie.
Of dat voldoende is, is twijfelachtig: vooralsnog zetten een paar huurwoningen in een zee aan koopwoningen weinig zoden aan de dijk als het om differentiatie van koop- en huur gaat in de uitleggebieden.

Blz. 28: 15% goedkope koopwoningen in de nieuwbouw:
zoals eerder gesteld: laat dat maar achterwege gezien de bouwkosten en het streven naar duurzaamheid en kwaliteit: wat kan men verwachten van een nieuwbouwhuis op dit punt wat maximaal 160.000 euro kost?
Voor die prijs kan men o.i. beter terecht bij de wat betere bestaande koopwoning, die in een redelijke buurt staat.

Wij zijn niet tegen de inzet van koopsubsidie - per slot is de regeling er en kan iemand hier soms recht op hebben - maar dat kan ook bij de eerste aankoop in de bestaande voorraad.

HOOFDSTUK 6 TRANSFORMATIE EN NIEUWBOUWOPGAVE

Op blz. 32 in de tabel worden het Woonplan 2004 en het Woon­plan 2008 vergeleken.

Op basis van onze opvattingen denken wij dat het plan moet worden bijgesteld.

Ten eerste willen wij een zo hoog mogelijke bouwproductie; geen 640 woningen per jaar, maar gemiddeld 750 woningen per jaar.
Een nieuwbouwproduktie van 726 woningen is gehaald in 2007, dus o.i. moet dit realiseerbaar zijn.

Wij denken dat het nodig is de kernvoorraad te vergroten, opdat iedereen passend naar inkomsten kan wonen.
Daarom willen wij 30% sociale huurwoningen in de nieuwbouw, is 225 woningen gemiddeld per jaar en een sloopstop en een stop op de verkoop van corporatiewoningen en flats.

Het aantal duurdere huurwoningen kan teruggebracht worden naar 5% en de 15% goedkope koopwoningen komt te vervallen omdat wij dit willen oplossen via het grote aanbod in de bestaande voorraad koopwoningen.

De percentages koopwoningen vanaf het middensegment stellen wij afhankelijk van de ontwikkelingen qua vraag/aanbod op dit marktsegment. Snelle bijsturingen zouden mogelijk moeten zijn.
De corporaties moeten hier nadrukkelijk bij betrokken worden om hen in de gelegenheid te stellen hier winst te maken (mits geregeld is dat hun non-profit activiteiten en verhuur geen risico lopen), winst die weer wordt ingezet voor renovaties in de bestaande voorraad en om de onrendabele toppen te financie­ren bij nieuwe sociale huurwoningen.
Een streven om hen 225 nieuwe sociale huurwoningen gemiddeld per jaar te laten bouwen, vereist minimaal 450 te bouwen koopwoningen per jaar door de corporaties en liefst nog iets meer.

Uiteraard zijn er lopende verplichtingen en samenwerkingsverbanden (PPS) met projectontwikkelaars. Ons beleid zou zijn om met hen geen nieuwe verplichtingen meer aan te gaan, maar zelf als gemeente en corporaties over te gaan tot strategische grondaankopen in een vroeg stadium en nadere convenanten af te sluiten met de corporaties over de nieuwbouwproduktie. Wellicht biedt de nieuwe Grondexploitatiewet hier mogelijkheden?

[N.B.: Boekhoudkundige afschrijvingen op grond hebben wij nooit begrepen: grond slijt niet en waarom renteverlies rekenen over gekochte grond: dat is als verlies iets afboeken wat je nooit hebt gehad...]

HOOFDSTUK 7 ROLVERDELING

Particulieren:

Verenigingen van Eigenaren: "Voor elk complex bestaat een Vereniging van Eigenaren (VvE), maar in de praktijk blijken deze niet of onvoldoende te functioneren." (blz. 36 tweede kolom, eerste alinea)

Dit is een generalisatie: uit vroegere OTB-onderzoeken (Delft) is bekend, dat gemeenten veelal weinig afweten van VvE's en mede daarom tot hun oordeel komen.
Dit laat onverlet, dat er VvE's zijn die niet of slecht functioneren.

In het kader van onze reactie op het Actieplan Heechterp/Schieringen hebben wij hierover voorstellen gedaan, die er op neerkomen dat de corporaties bij dergelijke VvE's een rol zouden kunnen spelen, door bijvoorbeeld te koop staande flats aan te kopen totdat een meerderheidsbelang in de VvE is verkregen, waarna een opknapplan uitgevoerd zou kunnen worden. Indien dergelijk plan is uitgevoerd, zou de corporatie deze flats weer kunnen verkopen, met in de koopakte een zelf­bewoningsclausule plus kettingbeding plus boetebeding.
Wij zijn er niet voor dat corporaties in plaats daarvan permanent een meerderheidsbelang houden, omdat dit geen recht doet aan de eigen verantwoordelijkheid van de individuele eigenaar-bewoner. Kopers in de laagbouw zijn per slot ook zelf verantwoordelijk voor het onderhoud, waarom kopers van appartementen dan niet?

De reden dat diverse VvE's slecht of niet functioneren ligt o.i. met name in het feit dat teveel huisjesmelkers er de dienst uitmaken en de besluitvorming traineren of lam leggen.
In dit verband pleiten wij ook voor uitbreiding van de Huisvestingsverordening die nu voor bepaalde gebieden een stop op uitbreiding van het aantal kamerpanden geeft, met een categoriaal verbod op nieuwe kamerpanden in particuliere flats, waar ze ook staan in Leeuwarden.
In onze optiek is het maken van nieuwe onzelfstandige huisvesting (kamers) bij uitstek een corporatietaak: zij zijn ook beter in staat dan particulieren, om voor een behoorlijk beheer te zorgen.

Leeuwarden, 22 juni 2008             Vereniging P.E.L.

UPDATE 24/6/2008:

De gemeenteraad behandelde het Woonplan op maandag 23/6/2008. Uit de Leeuwarder Courant van dinsdag 24/6/2008:

Zeker 400 sociale huurwoningen erbij

LEEUWARDEN - In de gemeente Leeuwarden moeten de komende vijf jaar zeker vierhonderd sociale huurwoningen worden gebouwd. Daarnaast moet elke gesloopte corporatiewoning worden vervangen door een nieuwe. Deze doelstelling heeft de gemeenteraad gisteren opgelegd aan PvdA-wethouder Roel Sluiter.

[De tekst van de ingediende motie was als volgt:

Amendement woonplan 2008-2013: Taakstelling sociale huurwoningen

De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 2008, behandelende het agendapunt: Woonplan 2008-2013 'Eltsenien syn hûs' gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008,

overwegende dat:
de gemeente een bijzondere zorgplicht kent voor de huisvesting van de lagere inkomensgroepen;

de compensatie van de gesloopte sociale huurwoningen in de afgelopen periode, als bedoeld in het door de raad aanvaarde amendement d.d. 21 juni 2004, kwalitatief niet volledig is gerealiseerd;

in de nieuwe stadsuitleg, zoals De Zuidlanden, gestreefd zal worden naar een in prijsklasse en huur dan wel koop gedifferentiëerde woningbouwproductie, ook ten behoeve van de lagere inkomensgroepen;

BESLUIT:
in het woonplan 2008-2013 als taakstelling voor de realisatie van sociale huurwoningen een nieuwbouwproductie van tenminste 400 op te nemen;

daarboven ter compensatie van de in de beleidsperiode 2008-2013 voorgenomen sloop van sociale huurwoningen een extra taakstelling in het woonplan op te nemen ter grootte van het daadwerkelijk te slopen aantal sociale huurwoningen en wel in een in grootte vergelijkbare klasse (gezinswoning voor een gezinswoning);

dat op geen enkel moment in de beleidsperiode de omvang van de kernvoorraad mag dalen;

bovenstaande taakstellingen op te nemen in de vernieuwde prestatie-afspraken met de woningbouwcorporaties;

het college van b&w op te dragen voor 1 mei 2009 de raad te rapporteren door welke corporaties, op welke locaties, in welke tijdfasering en onder welke financiële en kwalitatieve randvoorwaarden deze taakstellingen, waaronder ook begrepen de voorgenomen sloop, zullen kunnen worden gerealiseerd.

en gaat over tot de orde van de dag,

Namens de fractie van:

PAL GroenLinks PvdA
P.D. van der Wal A. Zijlstra]

[Met een paar kleine tekstuele wijzigingen die de kern van de motie echter niet aantastten, werd deze aangenomen met als voorstemmers PAL/GL, PvdA, SP en NLP. CDA en VVD stemden tegen en opvallend was dat ook de ChristenUnie tegen stemde. Maar wat betekent dit nu voor het Woonplan zoals dat er ligt?
Er moeten dus in 5 jaar 400 sociale huurwoningen gebouwd worden, is gemiddeld 80 per jaar. Het Woonplan zei dat er in totaal 400-640 nieuwbouwhuizen bij moesten worden gebouwd, waarvan 10% als sociale huurwoning, waarbij men uitging van max. 526 euro huur. Dus 40-64 per jaar. Het absolute aantal van 80 huizen per jaar is bij een gemiddeld aantal woningen van 520/jaar 15% in plaats van 10% Dat is dus enige vooruitgang.
Het tweede deel van de motie is de compensatie in nieuwbouw van sloop van sociale huurwoningen. Het sterke deel in dit verhaal is compensatie per type woning: dus gaat een eengezinswoning plat, dan een eengezinswoning terugbouwen, gaat er een flatwoning plat, dan een flatwoning terugbouwen enz. Hoewel ik niet zie gebeuren dat de voorgenomen sloop van de S8-flat (splitlevel) aan de Annie Westlandstraat wordt gecompenseerd door het terugbouwen van een flatblok of meerdere flatblokjes op diverse plaatsen, wat natuurlijk ook kan. De praktijk zal moeten uitwijzen wat deze motie waard is. Het eerste probleem zit er al aan te komen: gaan straks ong. 170 sociale huurwoningen in de Mondriaanwijk plat, dan moeten er dus 170 sociale huurwoningen extra bovenop de 400 nieuwbouw woningen bijkomen. Maar wat als nu de helft van de geplande nieuwbouw in de Mondriaanwijk boven de 526 euro huur zit en de helft eronder? Dan zal de comporatie zeggen: wij hebben al 85 sociale huurwoningen gecompenseerd en hoeven nog maar 85 stuks te compenseren.
Intussen heb je wel (laten we zeggen 85 nieuwbouwwoningen gaan daar 525 euro huur doen zodat gezinnen nog net huurtoeslag kunnen krijgen) alle 170 nieuwbouwwoningen (als je daar een gelijk aantal terugbouwt, wat overigens niet in de bedoeling ligt) onbereikbaar gemaakt voor een- en tweepersoonshuishoudens die daar ook veel wonen die afhankelijk zijn van huurtoeslag!
In zoverre vertoont de motie een manco: Hetzelfde type woning terugbouwen is een goede stap, maar er had m.i. bij gemoeten: als de gesloopte woning qua huur nu tussen de hoge en lage aftoppingsgrens ligt, kan dat weer in nieuwbouw, als de gesloopte woning beneden de lage aftoppingsgrens lag qua huur, dan moet de nieuwbouw ook qua huur beneden de lage aftoppingsgrens liggen.
Maar dan zullen er TWEE definities moeten komen over wat een "sociale huurwoning" is, anders voorzie ik dat ook compensatie door nieuwbouw van sociale huurwoningen niet zal helpen voor wat betreft kleine huishoudens.
En dan heb ik het nog niet eens over de afbakening van de doelgroepen van beleid in het Woonplan tot 1600 euro netto/mnd voor een meerpersoonshuishouden en 1200 euro netto voor een eenpersoonshuishouden. En niet over hoe krap de inkomensgrenzen zijn voor huurtoeslag voor een alleenstaande: 20.300 euro voor iemand beneden de 65 jaar en 18.250 voor iemand van 65 jaar en ouder. Dit gaat om het belastbaar/bruto jaarinkomen. Kortom: gaat de corporatie zijn compensatie nieuwbouw tegen de hoge aftoppingsgrens huurtoeslag zetten (wat ze bv. in de Boomgaardstraat deden, zodat de kleine huishoudens die daar veelal woonden na de sloop niet konden terugkeren!) dan zullen velen van de "doelgroep van beleid" hier niets aan hebben!]

Piet van der Wal van PAL/Groenlinks zit Sluiter al enige tijd achter de broek omdat die in zijn ogen de sociale huurvoorraad laat slinken, tegen de afspraken in. Daarom diende hij gisteren met de PvdA een amendement in, dat de wethouder tot 2013 aan zijn afspraken moet houden. De SP en NLP stemmen hier ook voor. Volgens Sluiter wordt het geen enkel probleem om de doelstelling van vierhonderd woningen te halen. Hij waarschuwt wel dat verplichte compensatie van sloopwoningen het risico van een vicieuze cirkel in zich heeft. Te veel nieuwbouw zou leegstand kunnen veroorzaken, met als gevolg meer sloop en opnieuw nieuwbouw.

[Sluiter merkte ook op, dat hij een uiterst restrictief sloopbeleid zal voeren, maar dat is bluf: als een corporatie een sloopvergunning aanvraagt, dan is dat volgens de verordening puur een technische kwestie: gebeurt het veilig voor de omwonenden, is er asbest, hoe wordt dat verwijderd enz. Als de corporatie een sloopplan indient wat voldoet aan de vereisten in de verordening, zijn B en W gehouden de sloopvergunning af te geven, zonder dat enige toetsing mogelijk is op volkshuisvestelijke aspecten. Raad en College hebben ooit zelf de middelen uit handen gegeven om hierop enige invloed te hebben. Daarom bluft Sluiter.
Het PEL wilde in haar voorstellen o.a. een sloopstop, maar hoe zou dat dan moeten??
Dat kan, mits de politieke wil aanwezig is, door het naast een sloopvergunning opstellen van een verordening (het recht van de Raad) waarbij tevens een Onttrekkingsvergunning verplicht wordt gesteld. Sloop is namelijk ook onttrekking van woonruimte. De juridische grondslag ligt in de Huisvestingswet, net als bij de Splitsingsvergunning en de Omzettingsvergunning (van zelfstandige woonruimte naar kamers)
In de Verordening voor zo'n Onttrekkingsvergunning (er zijn VNG-modellen beschikbaar) wordt dan ook opgenomen dat de volkshuisvestelijke aspecten meegewogen moeten worden.
En op dat moment kunnen B en W bij een sloopaanvraag ook meewegen of het belang van de aanvrager opweegt tegen het belang van behoud van een sociale huurwoningen voorraad. Wil je dan inderdaad een restrictief sloopbeleid voeren als wethouder, dan zul je het m.i. moeten zoeken in de afweging die je DAN kunt maken.
Het PEL had in haar reactie op het Woonplan ook gevraagd om een stop op de verkoop van huurwoningen door de corporaties. Inzake laagbouw kun je alleen via convenanten (overleg) dit regelen, bij voorgenomen verkoop van flatwoningen, is er al een middel: geen splitsingsvergunning afgeven. Bij verkoop van een flatblok van de corporatie moet het blok namelijk eerst juridisch gesplitst worden in los te verkopen appartementsrechten. En daarvoor moet je vergunning hebben van het College, tw. de splitsingsvergunning. Verdere verkoop van flats die dienen als sociale huurwoning, zou dus gestopt kunnen worden, maar ik heb de wethouder niet horen zeggen dat hij een uiterst restrictief verkoopbeleid wil voeren t.a.v. flatwoningen van de corporaties. Had hij dat gezegd, dan had hij dat ook waar kunnen maken.]

[Veel nieuwbouw van sociale huurwoningen zou kunnen leiden tot leegstand in de bestaande voorraad, wat kan leiden tot nieuwe sloop, zodat je een vicieuze cirkel krijgt, stelde de wethouder. In theorie kan dat natuurlijk, maar Van der Wal merkte terecht op, dat je dan altijd kunt bijsturen. Bovendien zou je als gemeente in de convenanten met de corporaties kunnen afspreken, dat zij geregeld de leegstandscijfers opgeven. Overigens is 2% leegstand normaal, als je uitgaat van de 2% huurderving die zit verdisconteerd in de kale huur van een woning. Op dit moment is er niet of nauwelijks leegstand in de sociale huursector. Ik denk eerder dat de nieuwbouw van sociale huurwoningen leidt tot het (hopelijk) wat teruglopen van het aantal reacties per aangeboden corporatiewoning, want dat ligt nu extreem hoog.]

Sluiter moet van de raad ook meer huizen laten bouwen in de prijsklasse tot €250.000.


Einde tekst LC-bericht. Commentaar tussen blokhaken. []

Nader commentaar plus teksten van amendementen van PAL/GL en van PAL/GL plus PvdA:

Over dat laatste was ook een motie ingediend door PAL/GL plus PvdA, die een meerderheid kreeg na enige tekstwijzigingen:

Amendement woonplan 2008-2013: Taakstelling goedkopere koopwoningen

De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 2008, behandelende het agendapunt: Woonplan 2008-2013 'Eltsenien syn hûs' gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008,

overwegende dat:
uit de tabel 'bestaand planaanbod (2008-2011) en programma woonplan 2008' blijkt dat het planaanbod in koopwoningen in de prijsklassen tot €160.000 en €160.000 tot € 250.000 respectievelijk 12% en 17% achterblijft op het programma van het woonplan;

het extra inspanning vereist het planaanbod in deze sectoren op het gewenste niveau te brengen;

BESLUIT: het college van b&w op te dragen voor 1 mei 2009 de raad te rapporteren door welke ontwikkelaars, op welke locaties, in welke tijdfasering en onder welke financiële en kwalitatieve randvoorwaarden de taakstelling in de koopsector tot € 250.000 zal kunnen worden gerealiseerd.

en gaat over tot de orde van de dag,


Het Woonplan stelde op blz. 14 bovenaan: "Naar prijsklassen bekeken, is de vraagdruk het hoogst voor woningen tussen EUR 200.000 en EUR 250.000." In onze reactie was gesteld, dat men het het beste aan het marktinzicht van betrokken partijen kon overlaten om te bepalen naar welke koophuizen het meeste vraag is, maar gezien deze aan het WOBOF ontleende conclusie, lijkt de motie deels gericht op het juiste marktsegment bij nieuwbouw koophuizen. M.i. deels, omdat het marktsegment met koopprijzen tot EUR 160.000 maar beter weggelaten kan worden, gezien het terechte streven in het Woonplan naar kwaliteit en duurzaamheid. Wij hebben gesteld dat je voor woningen in de koopsector tot 160.000 euro het beter kunt zoeken in de bestaande voorraad.

Verder werd door PAL/GL plus PvdA een motie ingediend, die steun kreeg van alle partijen, behalve van de VVD: die heeft niets op met bijzondere groepen: als het gaat om huisvesting bv. in de vorm van begeleid wonen projecten, liggen zij geregeld dwars...
Hieronder tekst van het amendement:


Amendement woonplan 2008-2013: Huisvesting bijzondere groepen.

De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 2008, behandelende het agendapunt: Woonplan 2008-2013 'Eltsenien syn hûs' gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008,

overwegende dat:
op blz. 28 van het woonplan terecht gesteld wordt dat de stad ook aan groepen die niet in de traditionele woonladder passen, zoals dak- en thuislozen, verslaafden, ex-gedetineerden en probleemhuishoudens, een passend aanbod moet kunnen doen;

er een interdisciplinair team eraan werkt om voor een deel van deze groep passende huisvesting te creëren;

er in hoofdstuk 8 'Uitvoering' bij de 'Concrete resultaten/prestaties' verder geen aandacht wordt besteed aan deze bijzondere groepen;

BESLUIT: het college van b&w op te dragen voor 1 mei 2009 de raad te rapporteren welk beleid en welke concrete maatregelen er zullen worden genomen om voor alle van de genoemde groepen passende huisvesting te creëren.

en gaat over tot de orde van de dag,


Tenslotte was er een motie die alleen door PAL/GL zou worden ingediend, maar de SP stelde, dat zij ook een dergelijke motie hadden rondgestuurd om daarvoor steun te zoeken (dit gebeurt allemaal in de dagen voor de raadsvergadering om af te tasten of moties ook op een meerderheid kunnen rekenen) maar van PAL/GL daarop geen reactie hadden gehad. En daarom handhaafden ze hun eigen, soorgelijke motie. Uiteindelijk stelde Van der Wal van PAL/GL dat hij hun motie introk en de motie van de SP mede-ondertekende. Waarmee de kou uit de lucht leek. De SP-motie is niet in ons bezit, de oorspronkelijke motie van PAL/GL wel en die luidde als volgt:


Amendement woonplan 2008-2013: Doelgroep definitie

De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 juni 2008, behandelende het agendapunt: Woonplan 2008-2013 'Eltsenien syn hûs' gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 mei 2008,

overwegende dat:

de gemeente een bijzondere zorgplicht kent voor de huisvesting van de lagere inkomensgroepen;

de lagere middeninkomens van €27.600 tot €33.000 (voormalige ziekenfondsgrens), die weliswaar geen recht meer hebben op huursubsidie, nog wel in aanmerking moeten kunnen komen voor een sociale huurwoning;

minister Winsemius van VROM in zijn brief aan de Tweede Kamer van 21 september 2006 heeft aangegeven dat als doelgroep voor de toewijzing van gereguleerde huurwoningen van de corporaties de huishoudens met een jaarinkomen tot €33.000 behoren;

BESLUIT:
als doelgroep voor de sociale huurwoningen te definiëren:
de huishoudens met een jaarinkomen tot € 33.000;

en gaat over tot de orde van de dag,

Namens de fractie van
PAL GroenLinks

P.D. van der Wal]


Hierover ontwikkelde zich het nodige debat tussen m.n. Pyt van der Wal en wethouder Sluiter. Wij constateerden in onze reactie dat er een rekenkundig tekort is van pakweg 4000 sociale huurwoningen als we de doelgroep zoals het Woonplan die definieert, afzetten tegen de kernvoorraad van de corporaties.
Betoogd wordt veelal, dat er wel voldoende betaalbare woningen zijn, maar dat de beschikbaarheid te wensen overlaat omdat veel mensen met hogere inkomens de betaalbare huurwoningen bezet houden en maar niet willen "doorstromen".
Naar onze mening willen mensen die meer gaan verdienen, meestal best doorstromen naar een duurdere woning, maar is hier iets anders aan de hand:
De definitie van wie scheef woont in de zin van "te goedkoop" scheef wonen is absurd:
men woont al scheef als men net niet in aanmerking komt voor huurtoeslag. Een alleenstaande komt al niet meer in aanmerking voor huurtoeslag als zijn/haar inkomen even boven zijn/haar bijstands­niveau zit. En diegene zou dan al 'scheef' wonen in een sociale huurwoning?!
Dat bijstandsniveau voor een alleenstaande is EUR 840,74/mnd. (niveau 1/1/2008) Het Woonplan ziet "scheefwonen" als: een alleenstaande die meer inkomsten heeft dan 1200 euro netto/mnd en een meerpersoonshuishouden met meer inkomsten dan 1600 euro/mnd die toch woont in een huurwoning onder de hoge aftoppingsgrens huurtoeslag, die 520 euro huur was. (periode 1/7/06-1/7/07 blz. 15 Woonplan)
Hoor je net niet meer tot deze doelgroep omdat je net iets meer verdient, dan hoeven wij als gemeente geen rekening meer met jou te houden als wij als gemeente het hebben over de gewenste grootte van de kernvoorraad. DAT is de consequentie van het zo krap afbakenen van de doelgroep van beleid! En wat moeten ZIJ in de optiek van B en W: juist, zij moeten de koopmarkt op, of ze willen of niet. In onze optiek mogen zij zelf kiezen wat ze willen omdat kopen en huren gelijkwaardige opties zijn of althans behoren te zijn.
M.i. was de motie gericht tegen DAT effect maar uiteraard probeerde wethouder Sluiter hier een andere draai aan te geven:
"Met zo'n definitie komen er 11000 huishoudens bij de doelgroep en de doelgroep wordt dan te breed."
Ja, de realiteit is wel even slikken: het strookt niet met de gedroomde stad, je te realiseren dat er dan 29400 huishoudens, dus meer dan de helft van de ruim 45000 leeuwarder huishoudens qua inkomsten onder de oude ziekenfondsgrens zit! Te erkennen dat Leeuwarden een stad is met relatief veel armere inwoners, verstoort de droom over een stad met veel welgestelde bewoners...
Sluiter: "Wie jagen we dan uit zijn huis? Het enige effect is geen huurtoeslag. Dit is een sociaal gezicht opzetten waar het geen effect heeft."
Of iemand wel/niet huurtoeslag krijgt staat geheel los van de leeuwarder definitie van de doelgroep, welke definitie je ook kiest. Het effect van het amendement is gericht op een redelijke afbakening van de grootte van de doelgroep opdat het komt tot een redelijke planning van de gewenste/noodzakelijke omvang van de kernvoorraad sociale huurwoningen.


Einde tekst van de amendementen plus commentaar.

De CDA-bijdrage door hun raadslid Henk Drewel aan het raadsdebat verscheen ook op de website van Liwwadders. Hierop is gereageerd waarop ook de reactie op Liwwadders werd geplaatst. Hieronder zijn verhaal met daartussen als gequote tekst de reactie van PEL:

Boze reacties op afkeer CDA van sociale woningbouw

(tekst: CDA Leeuwarden met daartussen reacties van de vereniging Platform Eén en Tweepersoonshuishoudens Leeuwarden, PEL)

CDA: meer sociale woningbouw nu economisch onverstandig.

Drewel: woonplan niet aangrijpen voor meer sociale woningbouw.

Henk Drewel pleit namens de fractie tegen pogingen om meer sociale woningbouw te realiseren. Daar is geen noodzaak voor en zou sociaal economisch niet verstandig zijn. Hij schreef een artikel speciaal voor deze website.

“Oude wijn in nieuwe zakken”. Dat was een van de opmerkingen vanaf de publieke tribune over het Woonplan voor Leeuwarden. Vanavond spreekt de gemeenteraad over het woonplan van het college. Er wordt gekozen voor het doorzetten van de woningbouw van de afgelopen jaren. Dat is inderdaad oude wijn. Geen probleem. Er is ook helemaal niks mis met die wijn. Toch gaan er in de gemeenteraad stemmen op om van koers te veranderen. Meer sociale woningbouw is het doel. Dat zou een regelrechte ramp zijn voor de stad en een harde klap in het gezicht van de meewerkende buurgemeenten.

REACTIE: Waarom dit een ramp voor de stad zou zijn, legt hij niet uit. In ONS verhaal (reactie PEL op Woonplan) gaan we uit van 750 nieuwbouwwoningen per jaar. De productie in 2007 was 726 woningen, dus 750 woningen lijkt haalbaar. Wij gaan uit van 30% sociale huurwoningen is 225 woningen. Wij gaan uit van 5% duurdere huurwoningen (boven de aftoppingsgrenzen huurtoeslag) (nu 10% van max. 640 woningen is 64 woningen of 10% van minmaal 400 woningen is 40 woningen) is 37 woningen. Er is nl. weinig vraag naar deze woningen. Wij gaan uit van 70% koopwoningen vanaf pakweg 200.000 euro en hoger (exacte verdeling prijsklassen afhankelijk van behoeften op koopmarkt) is 525 koopwoningen. Het Woonplan (blz. 32) gaat uit van 80% koopwoningen is minimaal 320 en maximaal 512 koopwoningen. In ons verhaal worden er zelfs nog iets meer koopwoningen gebouwd, waarbij waarschijnlijk het het beste is te mikken op vooral het "koop middenmsegment" die wij niet op 160.000 euro laten beginnen maar vanaf 200.000 euro. (kwaliteit en duurzaamheid, daar moet het toch om gaan? Daar hangt een prijskaartje aan wil je iets goeds neerzetten.)

De kritiek op het woonplan richt zich met name op de hoeveelheid nieuwe sociale woningbouw die er gepleegd wordt in Leeuwarden. Partijen zoals de Socialistische Partij roepen echter veel te snel dat er een tekort aan sociale woningen is in Leeuwarden. Maar het tegendeel is waar. Ook na jarenlange bouw voor de midden- en hogere inkomens in de stad, zoals in de wijk Zuiderburen en de wijk Blitsaerd, is nog steeds veertig procent van het totaal aantal woningen sociale huur. Van de vele woningen die door particulieren worden aangeboden is nu meer dan zestig procent voor de lagere inkomens via de huurtoeslag binnen handbereik. Met een gemiddelde verkoopprijs van 168.000 euro is een koopwoning in Leeuwarden nog goedkoop en voor velen bereikbaar.

REACTIE: 38 procent was sociale huur per 1/1/2007 (blz. 11 Woonplan) Als we uitgaan van de definities van een sociale huurwoning volgens het Woonplan en van de doelgroep en waar ze wonen, dan kwamen wij (mbv. WOBOF-cijfers) op een rekenkundig tekort van ruim 4000 sociale huurwoningen. Te veel mensen wonen "te duur" scheef. En de wachttijden voor een sociale huurwoning zijn te lang en het aantal reacties voor een vrijkomende sociale huurwoning ligt te hoog. DAAR moet iets aan gebeuren.
Er is geen sprake van een ramp voor de stad bij ons verhaal, maar van een ramp voor lagerbetaalden bij continue voortzetting van de lijn die al sinds 1997 is ingezet!
Drewel wil kennelijk dat lagere inkomens maar van particulieren gaan huren. De particuliere verhuur (m.n. die onder de aftoppingsgrenzen huurtoeslag) is echter de huursector waar vaak het meeste aan de hand is: foute huurhoogten, rare huurcontracten, slecht onderhoud enz. Hij spreekt over vele aangeboden particuliere huurwoningen. Van alle woningen in Lw. is 6% particuliere huur is 2275 woningen. (blz. 11 Woonplan) Typisch dan dat er (staatje blz. 16 bovenaan Woonplan) daar 4900 huishoudens wonen... Hoe nu die 60 procent particuliere huurwoningen bereikbaar voor lagere inkomens met huurtoeslag is uitgerekend: we willen ons dat graag eens laten voorrekenen.
Verder heet het dat met een gemiddelde verkoopprijs van 168 000 euro een koopwoning nog goedkoop is. Woningen hebben gewoon vraagprijzen per woning, aan gemiddelde prijzen heeft een koper weinig. Er is zeker aanbod tot 168000 in de bestaande koopsector: reden waarom wij afzien van het bouwen van nieuwbouw koopwoningen tot 160 000 euro en ook om redenen van kwaliteit en duurzaamheid. Overigens gingen per saldo (heen en terug) van de doorstromers maar 7,4% kopen. (zie onze berekeningen in reactie PEL op Woonplan)

Het was niet zonder reden dat er in de afgelopen jaren vooral voor midden- en hogere inkomens gebouwd is. Deze groepen verlieten Leeuwarden in grote aantallen om in de omliggende dorpen te gaan wonen. Voor hen was er niets te vinden in Leeuwarden. Het was dus meer dan dringend nodig om de balans in het aanbod aan woningen in de stad te herstellen. Dat is zeer goed gelukt.
De wijk Zuiderburen is nagenoeg volgebouwd en sinds enkele jaren komen er weer meer mensen in de gemeente wonen dan er vertrekken. De oude wijn is succesvol gebleken, maar de gemeente is er nog lang niet.

REACTIE:
Uit het rapport van de Rekenkamer bleek:

Hoofdstuk 1 de Samenvatting:

- Er is geen verband aantoonbaar tussen de gerealiseerde nieuwbouw en het gemiddeld inkomen en de bevolkingsopbouw. Zowel gemiddeld inkomen als bevolkingsopbouw wijzigen waren beleidsdoelen van het College, ook dus de bevolkingsopbouw wijzigen.

- De Rekenkamer stelt dat er geen gegevens bij de gemeente beschikbaar waren over de doorstroming en het vertrek van hoge inkomens. Waar baseerde de gemeente zich dan eigenlijk op, door steeds te stellen "dat de hogere inkomens wegtrokken naar m.n. de omringende dorpen"?!

Drewel: Er is dus geen reden om halverwege de rit een andere weg in te slaan. Mocht dat wel gebeuren, dan kan het streven om Leeuwarden van een veel steviger sociaal economische basis te voorzien regelrecht de prullenbak in.

REACTIE: het gaat nog steeds om 2 dingen: zoveel mogelijk hogere inkomens naar de stad toe krijgen terwille van de gemeentelijke inkomsten (belastingen ed) en het afknijpen van de sociale huursector. De motie over compensatie van sloop door nieuwbouw van PAL/GL en PvdA werd niet gesteund door CDA en VVD.

Drewel: En lagere inkomens schieten er weinig mee op.

REACTIE: Juist wel: de wachttijden zouden bij ons verhaal kunnen dalen en het aantal reacties per aangeboden sociale huurwoningen ook.

Drewel: Leeuwarden heeft nu al een zeer ruim aanbod van sociale woningbouw.

REACTIE: dat is gewoon onjuist. Een flink aantal mensen uit de dowelgroep woont al "scheef" in de zin van te duur. Dat genereert extra armoede.

Drewel: Dat moet ook blijven. Het zou met dit in het achterhoofd veel verstandiger zijn om met woningbouwcorporaties harde afspraken te maken over betere isolatie van oude woningen. Daarmee worden de kosten van wonen aanzienlijk lager. En dat merken mensen met een lager inkomen direct in de portemonnee. Daarnaast draag zo’n maatregel bij aan een beter milieu. Op die manier maken we het wonen in Leeuwarden, op een effectievere manier dan simpelweg bijbouwen, ook voor mensen met een lager inkomen duurzaam aantrekkelijk.

REACTIE: het is niet OF isoleren en energielasten drukken OF nieuwbouw, het moet en/en zijn zowel in de bestaande bouw als in de nieuwbouw.

Drewel: Als de gemeenteraad wel zou kiezen voor rücksichtslos bijbouwen van sociale woningenbouw kiezen de middeninkomens, zoals we dat in het verleden goed hebben kunnen zien, straks opnieuw voor de omliggende gemeenten.

REACTIE: Onzin! In ons verhaal wat qua nieuwbouwproductie vlakbij het productiecijfer 2007 ligt, worden ZOWEL zelfs iets meer koopwoningen gebouwd ALS meer sociale huurwoningen! Of is het: oh help, ze bouwen OOK zomaar sociale huurwoningen, DUS ik wil geen nieuwbouwhuis in "mijn" prijsklasse kopen in Leeuwarden? Drewel gaat uit van een veel te lage bouwproductie. ALS wij zouden werken met een absoluut aantal sociale huurwoningen van 225 in plaats van met een percentage EN de productie blijft steken op 400 woningen, DAN had hij wellicht een beetje gelijk.

Drewel: Met als gevolg dat de woningmarkt in de stad ontwricht raakt. Met rake klappen voor de lokale economie en de leefbaarheid tot gevolg. Laat staan het modderfiguur dat je als gemeente slaat ten opzichte van de vele omringende gemeenten.

REACTIE: Allemaal niet onderbouwde onzin. De woningmarkt raakt NU juist ontwricht aan de onderzijde. Dat moet hersteld worden. En het een (goedkoop) gaat niet ten koste van het ander (duur) in ons verhaal. Het is EN/EN niet OF/OF.
En een modderfiguur slaan t.o.v. de buurgemeenten? Zij zijn het die jarenlang keihard alleen hebben gebouwd voor de midden- en hogere inkomens. Leeuwarden probeert dat (Stadsgewest) nu om te keren. Precies even fout. Leeuwarden is een STAD, zij niet. Een stad bouwt voor iedereen. Als op een gegeven moment de bevolking krimpt, willen we toch nog wel graag een stad blijven?!
Per slot zitten in de stad de meeste voorzieningen, dat is de kracht van de stad. Dus: laten we ons maar niet teveel aantrekken van de buurgemeenten. We zitten hier (en ik dacht ook de Raad) in de eerste plaats voor de belangen van Leeuwarden en wij zien dat belang gewoon iets anders dan dhr. Drewel. Dat kan toch?

Drewel: Rond de woningbouw zijn er met de buurgemeenten namelijk een aantal goede afspraken gemaakt. Zij bouwen nu eindelijk de sociale woningbouw waar hun bevolking op zat te wachten. In de jaren daarvoor bouwden ze vooral voor de middeninkomens die uit Leeuwarden wilden vertrekken. Ook in die gemeenten is met het Leeuwarder beleid dat tot nu toe gevoerd is de woningmarkt weer in balans gekomen. Als Leeuwarden eenzijdig een andere weg zou inslaan met de woningmarkt, dan zouden de omliggende gemeenten de afgelopen jaren eigenlijk voor de leegstand hebben gebouwd.

REACTIE: als Leeuwarden de nieuwbouwproductie van het aantal sociale huurwoningen vergoot, vertrekt men uit de net gebouwde huurwoningen in de buurgemeenten? Dat geloven wij niet. Onze indruk is, dat men daar nu eindelijk eens wat inhaalt van hun tekort aan sociale huurwoningen voor vooral hun eigen mensen. Te vaak zijn tegen wil en dank m.n. jongeren naar de stad vertokken juist omdat ze GEEN keus hadden, ook als ze eigenlijk liever in hun eigen omgeving wilden blijven.
Kortom: laat de buurgemeenten bouwen voor hun eigen inwonergroei naar behoefte.

Drewel: Daarmee zou Leeuwarden zich niet alleen een zeer onbetrouwbare partner tonen. Ze zou eigenhandig de bijl zetten aan de wortel van het economisch succes die de stad in de afgelopen jaren heeft gezien.

REACTIE: Economisch succes bestaat m.n. waar Leeuwarden er in slaagt werkgelegenheid in alle soorten en maten hier naar toe te brengen. Drewel wil gewoon niet teveel lagerbetaalden in de stad hebben, vandaar zijn pleidooi tegen meer sociale woningbouw.
Echter: probeer om de afgestudeerden hier vast te houden en te zorgen dat zij HIER in hun vak aan het werk kunnen, in plaats van te wachten tot ze afgestudeerd richting Randstad gaan. En ook niet elke lagerbetaalde blijft lagerbetaald.

secretaris PEL 24/6/2008

Drewel: Vandaar dat Leeuwarden zich het beste tegoed blijft doen aan de ‘oude’ wijn die ze qua woningmarkt op dit moment schenkt. Deze heeft immers ook al enkele jaren tijd heeft gehad om te rijpen. Dat is iets wat de gemeenteraad zich moet realiseren.


Einde verhaal van CDA-raadslid Drewel plus commentaar secretaris PEL.

Tenslotte nog een aantal reacties van lezers op de website van Liwwadders op het verhaal van CDA-raadslid Drewel:

Reacties

DaanC dinsdag 24 juni 18:37
Nee het CDA heeft het te druk samen met waanders, luxe wijken uit de grond te stampen voor hun ambtenaren. Ja en dan moet toch die bullepolder op de kop. Overigens werd direct de snelheid op de weg aangepast naar 70km per uur, nu er een topambtenaren wijk uit de grond is gestampt. Toen het nog enkel om Camminghaburen ging, mocht met er 100 aan voorbij tetteren. klasse!!! Sociale woningbouw?

Uitgeburgerd dinsdag 24 juni 12:42
Ook het cda laat hiermee zien dat groepen burgers voor politiek en welzijnswerk niet meer zijn dan een produktiemiddel: huurders moeten maar zo duur mogelijk gaan wonen, des te meer huur brengen ze op, de landelijke huurtoeslag compenseert dat wel weer voor zolang als dat duurt. Met die instelling zou je verwachten dat er juist meer sociale woningbouw plaats zou vinden. Nu wordt het initiatief overgelaten aan de huisjesmelkers waar de gemeentelijke politiek maar weinig invloed op kan uitoefenen.

katie@livardia.nl dinsdag 24 juni 11:07
Het CDA is van mening dat woningen niet vanuit de behoefte - vraag en aanbod - maar vanuit een economisch oogpunt moeten worden gebouwd. Het is nog altijd de regel dat echtparen een huis kopen, een hypotheek nemen wat 6 keer hun jaarinkomen is en vervolgens kapot werken om deze hypotheek weer af te lossen. De kinderen parkeer je zolang in de dure kinderopvang. Dit het ideaalbeeld van het CDA. En al die pardonners geef je voorang in een dorp of Vogelaarwijk, liefst in een andere gemeente.

[Reactie secr. PEL: een pardonner is legaal in Nederland en heeft dus net zo goed als ieder ander dan ook recht op huisvesting. In mijn optiek zijn het "starters" op de Nederlandse woningmarkt. Op zich is er niets op tegen om starters (en dan bedoel ik ALLE starters, allochtoon en autochtoon) bij voorrang aan een woning te helpen. Dolstra vindt gewoon dat die "pardonners" geen pardonners hadden mogen zijn, dat steekt eigenlijk achter haar opmerking hierover. Overigens worden bij mijn weten woningen voor asielzoekers die hier permanent mogen blijven, qua aantallen door het Rijk aangewezen: deze gemeente moet zoveel mensen huisvesten en die gemeente zoveel.]

ad dinsdag 24 juni 08:51
Weet de politiek dat er meer dan 1100 huizen in Leeuwarden te koop staan??


Einde tekst reacties van lezers op verhaal van CDA-raadslid Drewel.