André Thomsen en zijn strijd tegen de afbraak van binnensteden en volkswijken.
STRIJD TEGEN DE MACHT VAN DE SLOOPKOGEL


Onlangs is professor André Thomsen met pensioen gegaan. Jawel, dezelfde die op onze avond over Wonen en Armoede als gastspreker optrad. Uit (vermoedelijk) de "PLUS" bijlage van de Alkmaarder Courant het volgende verhaal bij zijn afscheid als hoogleraar aan de TU Delft:

ZATERDAG 11 NOVEMBER 2006

André Thomsen en zijn strijd tegen de afbraak van binnensteden en volkswijken.

PLUS

STRIJD TEGEN DE MACHT VAN DE SLOOPKOGEL

Met stenen stapelen, verbeter je de wijk. Niet de maatschappij. "Dat ideaal heb ik moeten loslaten", zegt André Thomsen uit Bergen. Dertig jaar streed de hoogleraar woningverbetering en woningbeheer tégen de macht van de sloopkogel. En vóór het investeren in oude volkswijken. Gisteren nam hij afscheid. Met hetzelfde verhaal als waarmee hij begon.

André Thomsen:
beschermheilige
van de volksbuurt

In het oude hart van Alkmaar ligt een brug over de Oude Gracht. "Een brug van niks naar nergens", zegt de 65-jarige ingenieur André Thomsen, die gisteren afzwaaide als hoogleraar woningbeheer aan de TU Delft. In zijn ogen is de functieloze verbinding van oever naar oever hét symbool van hoe er dertig jaar geleden over stadsvernieuwing werd gedacht.
"Het plan was het oostelijk deel van de binnenstad plat te gooien. En grachten te dempen. Voor nieuwbouw. Vooruitlopend werd alvast deze brug neergelegd. Oude wijken waren in de ogen van gemeenten - zeker de provinciestadjes die graag groter wilden groeien - toen niks waard. Die moest je zo snel mogelijk met de grond gelijk maken. Dat was algemeen aanvaard bestuurlijk gedachtegoed."
Thomsen speelde een voorname rol in het Alkmaarse verzet tegen de rigoureuze stadsvernieuwing. Het werd een daadkrachtig een-tweetje tussen buurtbewoners en de historische vereniging. De sloopkogel zou nooit zwaaien, de plannen werden nooit werkelijkheid. Nog altijd tot vreugde van Thomsen.
"Je moet er niet aan denken dat zo'n prachtig stuk stad zou zijn verdwenen. Het is een schitterende buurt."
Buurt en buurtje. In de ogen van de hoogleraar zijn het parels in de Nederlandse woordenschat. "Prachtig, haast niet te vertalen. Met buurt hebben wij het over de huizen én de mensen. Dat is uniek. Het Engelse neighbourhood gaat bijvoorbeeld alleen over de huizen. Terwijl wij óók de mensen bedoelen."

Besluitvorming

Maar juist de mensen werden - benadrukt Thomsen - zo vaak vergeten in de discussies over de aanpak van de buurt. "Het gaat altijd over fysieke maatregelen. Over renoveren, slopen en nieuwbouw. Zelden gaat het over de mensen die er wonen. Hun stem wordt steeds minder gehoord in de besluitvorming, totaal niet democratisch. Terwijl niet de huizen, maar de mensen de buurt maken."
Wel heeft Thomsen zijn zeventiger jarenideaal moeten loslaten. "We dachten door de buurt te verbeteren, ook de maatschappij positief te kunnen veranderen. Alleen lukt dat niet met het stapelen van stenen alleen. Daar is meer voor nodig."
Zelf woont dé hoogleraar stadsvernieuwing van Nederland al zijn leven lang in Bergen. Een dorpje. Woonoord voor kunstenaars en welgestelden. De uitvalbasis van waaruit hij met zijn mountainbike graag urenlang het duingebied verkent. Op zoek naar weidsheid, ruimte om te ademen, vrijheid om te bewegen. Zoals hij op sportieve vakanties langlaufen rond de poolcirkel in Finland, fietsen door Ijsland - ook bewust het 'stenen' landschap van de stad vermijdt. Toch is zijn liefde voor de stad, ogenschijnlijk contrasterend, haast oneindig.

Openluchtmuseum

Alkmaar was ooit het begin. Hij was er van 1973-1978 directeur van het mede door hem opgerichte Landelijk Ombudsteam Stadsvernieuwing. In die tijd wierp Thomsen zich door heel Nederland op als patronaat - beschermheilige - van oude volkswijken. Als deskundige streed hij, ook in de decennia daarna, vaak hand in hand met historische verenigingen en buurtcomités.
"Maar ik ben geen typische exponent van de historische clubs", bezweert Thomsen. "Sommigen willen het liefst van Nederland één groot openluchtmuseum maken. Dat is niet mîjn insteek."
Om te voorkomen dat er schaarste optreedt op de woningmarkt, is behoud van oude wijken - met vooral veel goedkope woningen - echter pure noodzaak, meent Thomsen. "Er is nu al een nieuwe woningnood. We moeten renoveren, bestaande woningen opknappen. En dan bedoel ik niet oplappen, maar transformeren naar de eisen van deze tijd."
En dus strijdt hij overtuigd tegen de sloop van binnensteden en volkswijken. Tegen architecten, projectontwikkelaars, gemeentebesturen en vooral woningcorporaties.
"Die allemaal hun eigen, soms verborgen, agenda hebben om nieuwbouw te plegen. Een voorbeeld van zo'n verborgen agenda? Simpel: geld. Er wordt altijd aan nieuwbouw verdiend. Neem de gemeente, een nieuwbouwwijk levert veel meer onroerend zaakbelasting op."

Professionele bril

Hij bekijkt elke stad en plaats in Nederland steevast door een professionele bril. Of je nu door Haarlem of Alkmaar rijdt, overal vormt de nieuwbouw een meetlat van de tijd. "Je kunt precies zien wat er waar en wanneer is neergezet. En vooral ook hoe daar in de loop der jaren mee omgegaan is. Liefdeloos vaak."
Het zijn de wijken waar de woningcorporatie en de plantsoenen dienst liever niet komen. Waar bewust of onbewust alle probleemgevallen belanden. "Als de betrokken bestuurder dan van het type bouwpastoor is, wordt er als snel over sloop gesproken."
Laatst nog zag hij een directeur van een woningbouwcoöperatie in een televisiereportage voorbij komen. "Echt illustratief. Terwijl de bewoners protesteerden tegen sloop, flitsen er nieuwbouwplaatjes voorbij op zijn laptop. Uiteraard zonder één bewoner erop. Als je de bestuurders de vrije hand geeft, verandert Nederland in een bouwput. Wordt er oude wijk na wijk gesloopt."

Woningvoorraad

Nieuwbouw wordt helaas nog altijd vaak gezien als dé oplossing voor veel problemen, verzucht hij. "Vooral sociaal zwakke wijken met veel sociale huurwoningen. Wijk weg, probleem opgelost. Die gedachte is onuitroeibaar. Wat dat betreft is er in krap dertig jaar niet veel veranderd."
Zijn afscheidsrede gisteren vertoonde - zo viel hem zelf op - daardoor opmerkelijk veel parallellen met zijn entree op de Technische Universiteit in 1978.
De door hem zo gekoesterde leerstoel Woningverbetering en Woningbeheer heeft hij nu moeten afstaan. "Ik had best langer door willen gaan, maar 65 is 65. De CAO van de universiteit is onverbiddelijk. Gelukkig ga ik de komende drie jaar nog klussen doen op het onderzoeksinstituut OTB van de TU. Naar het isoleren van de bestaande woningvoorraad. Ook een interessant aspect. Het kan het particulier energieverbruik met driekwart terugbrengen, is de verwachting."

Somber verhaal

Het begin van weer een moeizame en lange strijd tegen conventies en tradities op de woningmarkt? "Ik vertel misschien een somber verhaal waardoor het lijkt alsof ik niets heb bereikt. Alleen is het omgekeerde waar. Er is juist enorm veel behouden gebleven dat anders zéker verloren gegaan zou zijn. Al is er helaas ook gebouwd op plekken waar dat niet had gemoeten en ook nog eens verkeerd. Want als je dan toch bouwt. Bouw dan lekker gevarieerde buurtjes. Typische Nederlandse buurtjes."

GERBEN VAN 'T HEK


BEHOUDEN WIJKEN

Tijdens maar ook al voor zijn 28-jarige carrière als hoogleraar Woningverbetering en Woningbeheer was André Thomsen betrokken bij vele acties om oude wijken niet te laten sneuvelen. Het rijtje met buurten die vooral in de jaren zeventig mede dankzij zijn inzet de sloopkogel ontweken is indrukwekkend. In Beverwijk werd de Munnikenweg en de buurt rond de Wijkertoren gered, in Velsen Oud Ijmuiden. In de kop van Noord-Holland hielp de Bergernaar bij het Oostelijk Stadsdeel, de Spoorbuurt en Oud Overdie in Alkmaar, het Havenkwartier en Binnenblijfstraat in Hoorn, het Snouck van Loosenpark in Enkhuizen, Het Eiland in Purmerend en de Helderse Visbuurt letterlijk overeind blijven staan.


Einde bericht.