Uitverkoop huurwoningen corporatieholding Friesland lokt reacties uit:
Ingezonden brieven Simon van der Meer te Nijega van:
7/1/2004: "De sluipmoordenaar van de volkshuisvesting"
19/11/2004: "Dweilen met de kraan open"
De voorgenomen verkoop van 600 huurwoningen in Leeuwarden door
Corporatieholding Friesland, waarover we al berichtten in verhaal
"Zeshonderd huurhuizen in verkoop" lokt reacties uit.
Allereerst diepten we uit het archief de volgende ingezonden brief op
van Simon van der Meer uit Nijega, die op 7/1/2004 bij ons binnenkwam:
Steeds vaker is te lezen en te horen dat men in Leeuwarden wil gaan
matigen met de sloop van betaalbare huurwoningen vanwege het enorme
tekort. Een klein lichtpuntje in de donkere wereld van de
volkshuisvesting anno 2003. Er is echter geen reden tot optimisme:
De verkoop van sociale huurwoningen gaat onverminderd door.
Bij de verkoop van sociale huurwoningen verdwijnen woningen veel
geleidelijker uit de sociale huursector. Sloop gaat vaak gepaard met de
nodige ophef, de verkoop van sociale huurwoningen vindt onopgemerkt
plaats. Toch is het eindresultaat hetzelfde: sociale huurwoningen
verdwijnen ten gunste van de koopsector.
Hiermee is de verkoop van
sociale huurwoningen dé sluipmoordenaar van de volkshuisvesting.
De verkoop van sociale huurwoningen maakt deel uit van landelijk
volkshuisvestingsbeleid. De staatssecretaris van volkshuisvesting onder
Paars II, de VVD-er Remkes, dwong de woningcorporaties in het jaar 2000
om in tien jaar tijd 700.000 huurwoningen te verkopen. Dit beleid is
voortgekomen uit de obsessie van Paars voor eigen het woning bezit.
Iedereen moest en zou een eigen woning hebben. Nu de uitwerking van dit
decreet tegen blijkt te vallen, is er een enorm tekort ontstaan aan
sociale huurwoningen. Was er drie jaar geleden op veel plaatsen nog
mogelijk om binnen een redelijk korte termijn aan een sociale
huurwoning te komen, nu moet men overal in het land jaren wachten op
een betaalbare huurwoning. Het verkoopbeleid van Remkes wordt echter
onverminderd voortgezet.
In Leeuwarden is men al begonnen met de verkoop van sociale
huurwoningen voordat Remkes aan zijn kruistocht voor het eigen
woningbezit begon. Ondanks dat er nu in Leeuwarden geen sprake meer is
van leegstand, maar ook van wachttijden die al gauw oplopen tot twee
jaar, gaan de corporaties onverminderd door. Woonbedrijf, waar onder
andere BWL en Patrimonium Leeuwarden in op zijn gegaan, biedt voor een
gedeelte van hun woningen de keuze tussen huur, garanthuur en koop.
Ook
mensen met hoge inkomens komen voor al hun woningen in aanmerking.
Nieuw Wonen Friesland in Leeuwarden verkoopt er ook flink op los. Hun
mooiste sociale huurwoningen, waar binnen de sociale huursector zeer
veel vraag naar is (kleine, redelijk nieuwe, eengezinswoningen) doen ze
in de verkoop. In de rest van de provincie, gebeurt precies hetzelfde:
de woningcorporaties in Friesland verkopen op grote schaal sociale
huurwoningen waar genoeg huurders voor te vinden zouden zijn. Ze gaan
stilletjes aan de doelgroep voorbij..
Dat de relatief lage prijs waarvoor de sociale huurwoningen worden verkocht het eigen woningbezit ook voor mensen met lagere inkomens bereikbaar maakt, is één van de argumenten. Zowel in de goedkope klasse van de koopsector als binnen de sociale huursector is grote vraag naar dit soort woningen. Het tekort aan goedkope koopwoningen staat echter in geen verhouding tot het huidige tekort in de sociale huursector.
Een ander argument is dat verkoop differentiatie in de wijk bevordert.
Dit argument klopt in sommige situaties, maar bij het beleid Nieuw
Wonen Friesland niet. Zij verkopen veel woningen in Camminghaburen en
Aldlân, terwijl daar de huurwoningen niet in de meerderheid zijn. Ze verkopen ook in de Vrijheidswijk, waar in het kader van differentiatie
al honderden sociale huurwoningen gesloopt zijn en worden.
Ook wordt gezegd dat verkoop van sociale huurwoningen de voorraad niet
merkbaar verkleint omdat veel woningen aan zittende huurders worden
verkocht. Van de huurwoningen die Nieuw Wonen in 2002 verkocht zijn er
echter slechts 5 van de 37 aan de zittende huurder verkocht *.
De
overige 32 woningen zijn verkocht nadat de huurder was vertrokken,
terwijl ze ook te huur aangeboden hadden kunnen worden.
Hoewel enkele honderden verkochte sociale huurwoningen in Friesland per
jaar lijkt mee te vallen, is het toch een aantasting van de sociale
huursector op de langere termijn.
In het tempo waarmee en voor de prijs
waarvoor ze verkocht worden, kunnen soortgelijke woningen in dezelfde
prijsklasse nooit teruggebouwd worden. Het heeft Nieuw Wonen Friesland
al de grootste moeite gekost om 20 "sociale" huurwoningen met huren >
500 Euro te bouwen, terwijl het aantal verkochte huurwoningen een stuk
groter is.
Daarom zou er alles aan gedaan moeten worden om dit kostbare
en kwetsbare gemeenschapsbezit te behouden. In plaats van in de
uitverkoop doen zouden de corporaties hun sociale huurwoningen moeten
koesteren, zodat ze beschikbaar blijven voor de mensen die geen keuze
hebben tussen huren en kopen. Bovendien raken de argumenten voor de
verkoop kant noch wal.
Het wordt voor de woningcorporaties steeds
lastiger om te verbergen dat ze liever voor projectontwikkelaar en
makelaar spelen dan dat ze zorgen voor de huisvesting van hun
oorspronkelijke doelgroep.
* Nieuw Wonen Friesland Jaarverslag 2002, pag. 15.
door Simon van der MeerNaar aanleiding van het recente bericht dat woningcorporatie CHF in Leeuwarden 600 huurwoningen wil verkopen, ontvingen we onlangs een afschrift van een ingezonden brief die door Simon van der Meer uit Nijega aan de Leeuwarder Courant was gestuurd en die we hieronder plaatsen. Als toelichting hierbij het volgende:
Het zou gaan om de volgende woningen:
- Seniorenwoningen Amelandshof, ca 63 woningen.
- Flat Anjenplein, 60 woningen.
- Bagijnestraat 19,19a, 23-53, Bollemansteeg 1, ca 19 woningen.
- Huurwoningen die deel uitmaken van de recente nieuwbouw aan de
Cornelis Trooststraat, ca 16 juweeltjes van stadswoningen.
- Flats Johan Winklerwei in Westeinde, ca 102 woningen.
Alsof de sociale huursector niet genoeg is gemarginaliseerd in
Westeinde, merkt de opsteller van de lijst hierbij op.
Inderdaad, in het verleden zijn zowat alle laagbouw huurhuizen daar die
ooit van Patrimonium waren, verkocht.
- Levistraat 2-14 en Pijlsteeg 12-20, ca 12 woningen.
- Lieuwenburg, alle appartementen boven het winkelcentrum.
Camminghaburen, ca 152 woningen.
- Minnemastraat 2,4,6 en 26, 4 woningen.
- Monnikemuurstraat 84-110, Nieuweburen 69-91, ca 26 woningen.
- Sickingastate 16-38, Roptastate 208-254, ca 36 woningen.
- Tulpenburg 4-62, ca 30 woningen.
De opsteller van de lijst merkt op: Dergelijke nieuwe sociale huurwoningen zijn zeer zeldzaam, maakt deel uit van nieuwbouw Romkeslaan e.o.
- Seniorenwoningen Werkmanslust, 76 woningen.
De opsteller merkt bij de lijst verder nog op:
In totaal ca. 600 kwalitatief goede en gewilde sociale huurwoningen. Op
de lijst staat ook Dokkumerstraat vermeld, maar deze is doorgestreept.
De beste sociale huurwoningen die Leeuwarden nog heeft worden ook
onttrokken aan de sociale huursector. Oók kleine (jongeren)woningen en
seniorenwoningen zijn niet veilig of heilig meer.
De schrijver van onderstaand verhaal stelt nog:
Ter ere van deze fijne plannen en onze fijne wethouder die ondanks een
motie niet meer dan 10 procent sociale huur wil laten bouwen dit
ingezonden stuk voor de Leeuwarder Courant:
Sinds kort wordt er weer gesproken over de bouw van meer sociale
huurwoningen in Leeuwarden.
Kort geleden heeft de gemeenteraad een
motie aangenomen waarin wordt uitgegaan van een aandeel van 90 nieuwe
sociale huurwoningen per jaar. Volgens het college moet de komende vijf
jaar echter niet meer dan 10 procent van de nieuw te bouwen woningen in
de sociale huursector vallen, wat neer komt op jaarlijks hoogstens 52
nieuwe sociale huurwoningen.
Die 10 procent wordt ook al genoemd in het
"Woonplan Leeuwarden", wat inhoudt dat het college zich niets van de
motie aantrekt. Argument hiervoor is dat het nagenoeg onhaalbaar en te
kostbaar is. Nu de gemiddelde wachttijd voor een sociale huurwoning al
meer dan 2 jaar bedraagt, moeten zowel gemeente als corporaties hun
verantwoordelijkheid nemen.
Het argument van haalbaarheid en
kostbaarheid is dan wel een erg slap excuus, zeker gezien het feit dat
er in de afgelopen 10 jaar vrijwel geen sociale huurwoningen in
Leeuwarden zijn gebouwd. Lange tijd is de suggestie gewekt dat het met
het tekort aan sociale huurwoningen wel meevalt, maar inmiddels lijkt
het er op dat het college nu ook beseft wat elke woningzoekende die is
aangewezen op een sociale huurwoning al lang weet: de woningnood onder
de lage inkomens is in Leeuwarden terug van weggeweest.
Het
woningbouwbeleid in Leeuwarden is vooral gericht op de midden en hogere
inkomens en het college lijkt hierin geen verandering te willen brengen.
Het tekort aan sociale huurwoningen wordt niet alleen veroorzaakt door
de minimale hoeveelheid nieuwbouw, maar ook door onttrekking aan de
sociale huursector door sloop en verkoop.
De wethouder heeft reeds
aangekondigd dat men van plan is de sloop van sociale huurwoningen te
matigen vanwege de schaarste. Veel meer woningen worden echter
onttrokken door verkoop en de corporaties voeren het tempo alleen nog
maar meer op.
Nieuw Wonen Friesland is pas begonnen met de verkoop van
76 kleine eengezinswoningen aan de Koestraten. Corporatie Holding
Friesland heeft een aanvraag ingediend voor splitsingsvergunningen voor
verschillende complexen, wat wijst op verkoopplannen. Het gaat om in
totaal 600 kwalitatief goede en gewilde sociale huurwoningen, waaronder
Lieuwenburg (appartementen winkelcentrum Camminghaburen), de nieuwbouw
aan de Cornelis Troost straat, de flats aan de Johan Winklerwei in
Westeinde en de seniorenwoningen aan de Werkmanslust.
Verkoop van deze
woningen brengt de marginalisering van de sociale huursector in
Leeuwarden weer een stapje dichterbij.
Daarnaast zijn er eerder al
honderden sociale huurwoningen in de uitverkoop gegaan, waaronder
laagbouw in Bilgaard en Heechterp, de Antillenflat, en flats aan de
Gealanden, de Anjen en het Fennenplein.
Tegen deze verkoopgolf is niet op te bouwen, zelfs niet als het aandeel sociale huurwoningen in de nieuwbouw 15 of 20 procent is. Om nog maar te zwijgen van de veel hogere huren van nieuwbouw in vergelijking met de verkochte woningen. Om de woningnood te kunnen bestrijden moet daarom eerst de verkoop van sociale huurwoningen onmiddellijk stoppen. Zolang dit niet gebeurt, is elke discussie over nieuwbouw van sociale huurwoningen dweilen met de kraan open.
Simon van der MeerOpmerking secretaris PEL: De gemiddelde wachttijd voor een
eengezinswoning was volgens het Jaarverslag Centrale Registratie
Woningzoekenden 2002 toen al opgelopen tot 10 jaar en de gemiddelde
wachttijd voor een flat tot 4 jaar.....
Zie bericht over Jaarverslag CRWL 2002.