In de rubriek "Ingezonden stukken" in de Leeuwarder Courant van zaterdag 21/9/2002 stond een m.i. wel aardig stukje over het gesloop in Leeuwarden van goedkopere woningen. Hieronder volgt de letterlijke tekst:
College Leeuwarden leert
niets van stemmenverlies
In Lelystad staan huizen die destijds f1,3 miljoen gekost hebben, nu
voor f1 miljoen, omgerekend, te koop. Als zo'n huis verkocht wordt,
moeten de bewoners eruit. Maar waar moeten ze heen? Veel van de goedkope
huurwoningen zijn gesloopt, deels verkocht en dat is in het hele land
gebeurd. En net als Lelystad heeft Leeuwarden op dit moment meer dan
tien woningen voor een oud miljoen te koop staan.
Verder heeft Leeuwarden plannen voor een miljonairswijk in de
Bullepolder waarvan je je mag afvragen of dat zinvolle en rendabele
plannen zijn.
Daarentegen blijft de stad tegen beter weten in slopen,
ondanks de alarmerende aantallen woningzoekenden.
Het dichtgetimmerde college van wethouders is, omdat vier partijen samen
de meerderheid bezitten, op weg om weer vier jaar niet naar de kiezer te
luisteren. Leren ze dan niets van stemmenverlies?
Vier jaar lang staan er ook vijfduizend, en tegen die tijd
waarschijnlijk wel zevenduizend woningzoekenden in de rij om woonruimte.
Als je maar buitenlandse student bent, dan krijg je een container zoals
nu achter het Rengerspark.
[Had je dan willen ruilen? Het is nog altijd het College dat deze keuze
maakt, niet de buitenlandse student die ook geen flauw idee heeft wat
zich allemaal afspeelt rond het thema huisvesting in Leeuwarden. Ik ben
en blijf van mening dat de woningcorporaties gewoon hun taak moeten
oppakken met betrekking tot alle studentenhuisvesting, door te zorgen
voor volwaardige kamers voor studenten en niet moeten kiezen voor dit
soort noodoplossingen zoals bij het Rengerspark.
Er is m.i. nog steeds
tijd om te overleggen met bouwbedrijf/projectontwikkelaar Slokker, die
het Bonifaciuscomplex heeft gekocht, of verbouw van het voormalige
zusterhuis langs de Dammelaan tot permanente studentenhuisvesting een
optie is.
Een beetje woningcorporatie had al lang kontakt met hen
gezocht voor zo'n optie en was begonnen met onderhandelingen over
aankoop van de v.m. zusterflat.]
Die overigens gemakkelijker geplaatst zijn dan weer afgebroken; ik durf
te voorspellen dat ze er over dertig jaar nog staan.
[Dat lijkt me niet onmogelijk: Niets zo permanent als noodbebouwing...]
Tegen die tijd zullen alle sloopplekken in de woonwijken ook wel zijn
opgevuld met zulke wooncontainers, voor ex-miljonairs, voor starters en
voor alles daartussen.
Zes jaar eigen verantwoordelijkheid voor de woningcorporaties heeft een
veertigjarige inspanning om de woningnood op te heffen weer op het
na-oorlogse peil gebracht. Het wachten is nu alleen nog op de
herinvoering van de Woonruimtewet (1947), waarbij inwoning kon worden opgelegd.
[Het eerste is waar, het laatste zie ik nog niet zo snel gebeuren. Bij
mijn weten werd ook vlak na de oorlog de mogelijkheid tot verplichte
inwoning niet vaak benut en het vorderingsartikel in die wet ook niet.
Wel werd het aan de Woningwet gekoppelde vergunningstelsel gebruikt,
zodat je naast een huurcontract ook nog een gemeentelijke woonvergunning
moest hebben.]
Leeuwarden. Eelco de Rook.