Uit het Algemeen Dagblad van vr. 6/9/2002
Uit het Algemeen Dagblad van vrijdag 6/9/2002:
Jongere grijpt vaak naast huis
Van een onzer verslaggevers
Woningcorporaties en gemeenten discrimineren als ze hun huurwoningen verdelen op basis van leeftijd. Er zijn genoeg andere manieren om woningen eerlijk te verdelen. Toch komt leeftijdsdiscriminatie bij de toewijzing nog voor.
Dat stelt het Expertisecentrum Leeftijd en Maatschappij (LBL) in een gisteren verschenen onderzoek. Naar aanleiding van een stroom klachten onderzocht het voormalige Landelijk Bureau Leeftijdsdiscriminatie de manier waarop woningen worden toegewezen. Vooral de `leeftijdsval' bij sommige woningstichtingen is een doorn in het oog. Als zoekenden te oud zijn voor een leeftijdscategorie maar nog geen woning hebben, komen ze in de nieuwe categorie weer helemaal onderaan de lijst.
Selectie op basis van leeftijd is niet nodig, oordeelt het LBL.
Alternatieven zijn inschrijfduur van een woningzoekende of de
voorzieningen die een woning heeft. Zo kan een aangepaste woning voor
55-plussers ook worden bewoond door een 40-jarige gehandicapte.
Jongeren tot 25 jaar vallen het vaakst buiten de boot. Voor deze groep
zijn weinig woningen omdat de doorstroming uit goedkope starterswoningen
stokt.
De meeste klachten kwamen uit de regio's Zuid-Kennemerland (bij
Haarlem), Den Haag en IJmuiden/Beverwijk. In Zuid-Kennemerland en Den
Haag is de leeftijdsregel inmiddels afgeschaft, IJmuiden/Beverwijk stapt
daar binnenkort vanaf.
Het LBL ziet het leeftijdsetiket het liefst helemaal verdwijnen.Veel woningcorporaties zijn al op zoek naar alternatieve selectiecriteria, maar dat is voor het LBL niet genoeg. De organisatie wil dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) de mogelijkheid schrapt om op basis van leeftijd te kiezen.
Dat het anders kan, bewijst de regio Nijmegen. Daar zijn eisen aan
leeftijd, salaris en gezinssamenstelling helemaal losgelaten.
Keuzevrijheid staat voorop. Starters die het langst staan ingeschreven,
zijn het eerste aan de beurt. Bij doorstromers geldt de woonduur in de
vorige woning. Het aantal klachten is inmiddels fors gedaald.
Commentaar: In het bericht wordt gesproken over een 'leeftijdsval' bij
sommige woningstichtingen. Vermoedelijk zijn dat woningcorporaties die
werken met verschillende van elkaar gescheiden wachtlijsten die elk
een minimum- en een maximumleeftijd kennen. Heb je nog geen woning als
je de maximumleeftijd van die lijst bereikt hebt, dan verdwijn je uit
die lijst en moet je je weer inschrijven op de lijst met de
leeftijdscategorie die daar boven ligt en kun je weer onderaan beginnen.
Een volslagen idioot systeem: Het lijkt wel een beetje 'woningzoekende
pesten'.
Maar hoe zit het in Leeuwarden? We hebben hier 1 systeem van
woningtoewijzing, de Centrale Registratie Woningzoekenden. Je kunt je
centraal inschrijven voor alle woningcorporaties in de stad, maar de
toewijzing verloopt decentraal. We kennen niet bovengenoemde
leeftijdsval, maar ook hier wordt op leeftijd gediscrimineerd, niet
stiekum, maar openlijk, omdat dat in 'het systeem' is ingebouwd.
Dat werkt als volgt:
Allereerst zijn de woningen die worden aangeboden in twee groepen
verdeeld: Woningen voor starters en woningen voor doorstromers.
Een
starter is een woningzoekende die nog geen zelfstandige woonruimte
heeft, een doorstromer laat zelfstandige woonruimte na. De toewijzing
van woningen aan starters werkt op volgorde van inschrijfdatum, de
toewijzing aan doorstromers gaat op volgorde van de langste woonduur in
de vorige/huidige woning. Het LBL vindt dat laatste positief als ze het
over Nijmegen hebben; ik niet. Binnen de doorstromerswoningen leidt dat
er gemiddeld en statistisch toe dat ouderen binnen de doorstromersgroep
voor jongeren gaan omdat gemiddeld en statistisch aangenomen mag worden
dat ouderen een langere woonduur hebben in de huidige woning.
In feite is dit 'indirecte discriminatie' op leeftijd.
a. Men heeft gewoon te weinig inkomsten om door te stromen en de doorstromers die eigenlijk een huis wilden kopen kunnen dat niet omdat de koopprijzen te hoog zijn, de economie stagneert en de vooruitzichten onzeker zijn.
b. Het systeem zit zichzelf op dit punt in de weg: Als je als starter
dan iets hebt, ben je doorstromer geworden en moet je eerst weer veel
woonduur opbouwen om door te stromen. M.a.w.: Ook al kun je financieel
wel duurder wonen, je komt voorlopig niet weg uit je eerste woning...
Daarom zou het onderscheid starters/doorstromers moeten verdwijnen uit
het leeuwarder systeem.
Alles zou simpelweg moeten lopen op basis van
inschrijfdatum: Wie het langst wacht, krijgt het huis. Dit betekent ook
dat voor starters de doorstromerswoningen toegankelijk worden en
andersom. Want ook niet elke doorstromer wil per se duurder gaan wonen
en ook toen de woningmarkt pakweg 4 jaar geleden nog ruimer was, kwamen
doorstromers die niet duur konden doorstromen, niet weg, omdat er te
weinig goedkopere woningen voor doorstromers aangeboden werden.
b. Idem vanaf 23 jaar: Deze woningen zijn per definitie geblokkeerd voor de leeftijdsgroep 18 tot 23 jaar. Vermoedelijke reden: De huursubsidie die een lage bovengrens heeft voor deze leeftijdsgroep. Dat is oneigenlijk: Recht op huursubsidie of geen recht op huursubsidie hoort los te staan van de vraag of iemand van laten we zeggen 21 jaar in een woning mag waar 23 jaar of ouder bij staat. De woningcorporatie gaat hier op de stoel zitten van de woningzoekende. Het zou best kunnen dat diegene van 22 jaar net iets teveel verdient om voor huursubsidie in aanmerking te komen. Laat het dan zijn eigen afweging zijn of hij zonder huursubsidie die woning neemt die voor 23 jaar en ouder was bestemd.
c. Idem vanaf 40, 50, 55 of 60 jaar: Deze woningen zijn per definitie ontoegankelijk voor alle woningzoekenden die jonger zijn dan deze leeftijden. Gaat het dat bv. bij woningen die voor 55 of 60 jaar en ouder zijn bestemd om aangepaste bejaardenwoningen? Nee! Het zijn gewoon woningen, veelal flatblokken, die vroeger met objectsubsidie zijn neergezet. Lees: Met geld erbij van alle belastingbetalers.
Er is bij het PEL nooit bezwaar geweest om specifiek aan bejaarden of
gehandicapten bij voorrang bouwkundig *aangepaste* woningen toe te
wijzen. Terecht zegt het LBL hier bij dat een aangepaste woning voor
55-plussers ook kan worden bewoond door een 40-jarige gehandicapte.
Binnen het aparte bestand van aangepaste woningen is een
leeftijdscriterium ook overbodig. Het criterium zou hier vooral medische
urgentie moeten zijn. De ernstigste gevallen eerst.
Gezien de leeftijdscriteria per woning zitten de leeuwarder woningcorporaties zelf ook voor een deel de verhuisbewegingen te verstoppen. Het is een contra-productief systeem op dit punt.
Vraag is waarom de woningcorporaties eigenlijk werken met
leeftijdscriteria. Daarvoor moeten we terug naar het
woningtoewijzingssysteem zoals dat hier bestond voor de start in 1993
van het huidige systeem met woonbonnen en een krantje, wat een variant
is op het z.g. "Delftse model".
Het systeem daarvoor was een 'passief' model op basis van opbouw van
punten: Wie de meeste punten had kreeg een woning aangeboden, maar je
moest maar afwachten welke, hoewel ook toen 'passende' woonruimte werd
aangeboden. De onderliggende stukken die aan het ontwerp van het 'oude'
systeem vooraf gingen, gaven aan dat het leeftijdscriterium een van de
instrumenten was om een 'doelgroepenbeleid' te voeren.
Dat hield in dat ruwweg per blok of straat een etiketje op de woningen
werd geplakt: Deze huizen zijn voor die 'doelgroep' en deze voor een
andere 'doelgroep'. M.a.w.: we plaatsen ze 'soort bij soort' op
blokniveau. 'Heterogene wijksamenstelling, homogene bloksamenstelling'
was ongeveer het idee. Per leeftijdscluster waren vermeende
'groepseigenschappen' en 'groepswensen' geplakt. Bv.: Jongeren zijn zus
of zo en willen 'dicht bij de binnenstad wonen'. Of: Ouderen zijn zus of
zo en willen 'bij elkaar wonen'. Bevoogdend dus: De corporatie wist wat
je wilde en wist ook hoe je als huurder was...
Het zijn 'vermeende'
eigenschappen omdat elke woningzoekende of huurder, jong of oud, gewoon
een individu is met eigen individuele wensen, hebbelijkheden en
onhebbelijkheden. Wij hebben altijd het standpunt ingenomen dat mensen
zelf wel door hun woningkeuze uitmaakten of ze 'soort bij soort' of
juist 'leeftijdsgemengd' willen wonen. Interessant was dat jaren terug
bij een onderzoek naar de woonwensen van ouderen er op dit punt uit
kwam, dat de helft 'soort bij soort' wilde wonen, dus met ouderen en
de andere helft juist niet...
Welnu, laat dat mensen zelf bepalen!
Wij
hebben indertijd ook gepleit voor het invoeren van een
'woonbeeldenmethode' waarbij neutraal omschreven zou worden hoe blokken
woningen op dit punt waren. Bv. Prins Frederikkazerne: "Wonen overwegend
jongeren", Dragoonsplein: "Wonen overwegend ouderen" enz. zodat men zelf
zo goed mogelijk eigen voorkeuren kan bepalen.
Er is niks tegen het bij elkaar wonen van leeftijdsclusters, maar dan
wel op basis van eigen keuze, niet opgelegd door de woningcorporaties.
Er was bij de corporaties nog een tweede reden voor het per
leeftijdsgroep proberen te sturen van de woningkeuze, nl. de gedachte
dat jongeren en ouderen of jongeren en middelbare leeftijd bij elkaar
altijd leidde tot conflicten tussen de huurders. En voorkomen is beter
dan genezen nietwaar?
Wij vonden en vinden dat je niet op voorhand daarvan mag uitgaan: Slecht
huurdersgedrag is individueel, niet leeftijdsgebonden of groepsgebonden.
Wij hebben indertijd gepleit voor een systeem wat uitging van bewezen
feiten achteraf ofwel:
Wie zich misdraagt, eindigt voor de kantonrechter
en verspeelt voor 5 jaar de kans om op de gewone wijze mee te draaien
als woningzoekende. Voor betrokkene werd dan op de ouderwetse wijze
passende (grootte/inkomsten) woning uitgezocht door de corporatie en
betrokkene kreeg daar een tweede kans. Werd dat weer een zooitje, dan
volgde weer een kantonrechterszaak en plaatsing op een zwarte lijst voor
5 jaar: Voor 5 jaar geen recht meer op een corporatiewoning. Uiteraard
was die lijst onderworpen aan de privacywetgeving. Na die 5 jaar werd
men automatisch van de lijst geschrapt en mocht men zich gewoon weer
voor een corporatiewoning inschrijven en in 'het systeem' meedraaien.
Dit onder het motto dat het verstand hopenlijk met de jaren kwam...
Het is nog maar een kleine 30 jaar geleden dat iedereen gewoon
doorelkaar woonde, omgeacht de leeftijd. En de problemen waren
zeldzaam... Kortom: Dat was toen de normaalste zaak van de wereld!
Ik constateer dat we sindsdien hard achteruit zijn gegaan.
Het wordt tijd dat leeftijdsdiscriminatie ook bij woningtoewijzing
gewoon bij wet verboden wordt. T.a.v. leeftijdsdiscriminatie bij
sollicitaties en werk zijn er wat vorderingen gemaakt, althans op
papier. Het blokkeren van doodgewone woningen die niet specifiek voor
bepaalde groepen huurders zijn aangepast is in feite in deze tijd van
schaarste bij sociale huurwoningen een schandaal.
Er zijn ruwweg qua prijs 3 soorten huurwoningen: Goedkoop,
middenprijsklasse en duur. Die moet je gezien de huurprijsontwikkeling
zo nu en dan deels herdefiniëren en je moet soms constateren dat de
goedkope huurprijsklasse steeds kleiner wordt.
Bij een compleet 'vrij' systeem zijn voor mensen met hogere inkomens
alle huurwoningen toegankelijk, voor mensen met lage inkomens zijn met
inzet van huursubsidie ruwweg de goedkope en de midden prijsklasse
woningen toegankelijk; even ruw gesteld.
Omdat de schaarste vooral zit bij de goedkopere woningen blokkeren we
die voor mensen met hogere inkomens.
Nu zou je uiteraard kunnen experimenteren in sommige wijken met het
loslaten van het huur/inkomenscriterium en zien hoe het dan gaat. Het
zou mee kunnen vallen in die zin dat mensen met hogere inkomens gewoon
toch niet een goedkopere woning willen. Als dat zo is, dan kun je dit
criterium loslaten, zo niet, dan wordt het wachttijd probleem voor
lagere inkomens vergroot en dat is niet goed.
Het criterium 'gezinssamenstelling' loslaten: In onze voorstellen bij de
invoering van het huidige systeem waren we uitgegaan van het simpelweg
tellen van het aantal personen per huishouden, niet van een specifieke
gezinssamenstelling. Een eenoudergezin met 1 kind is voor ons precies
even groot als een huishouden met 2 volwassenen.
Omdat de woningmarkt toen ruimer was dan nu hadden we een vrij royale
minimumgrens aangehouden, gerelateerd aan het aantal kamers per woning.
Bij flats hielden we 1 kamer extra aan, bv. minimale huishoudgrootte
eengezinswoning met 4 kamers 2 personen, idem bij flat 1 persoon.
De norm kon bijgesteld worden als de woningmarkt ruimer of krapper werd.
I.t.t. de woningcorporaties hielden we ook een maximumgrens aan, dus
maximaal zoveel personen bij een zoveel kamer woning. Dit om
'overbewoning' te voorkomen en om te voorkomen dat corporaties
'probleemgevallen' bij de gezinnen in een te klein huis zouden duwen.
Vooralsnog zie ik het niet zitten om het criterium 'grootte woning'
versus aantal personen per huishouden helemaal los te laten.
Grote
woningen moeten voor grotere huishoudens ingezet kunnen worden en
kleinere woningen voor kleinere huishoudens.