Hoi,
Tot nu toe beweerde Patrimonium steeds dat al hun constructies geen
invloed op de marktprijs hebben.
Vandaag kwam ik in het boek 'Elementair belastingrecht voor economen en bedrijfsjuristen' geschreven door Prof. dr. L.G.M. Stevens het volgende tegen:
Over de grondslag voor de waarde in het economisch verkeer:
'Deze (waarde) moet worden vastgesteld op de waarde die de onroerende
zaak zou hebben, als de volle eigendom zou kunnen worden overgedragen.
Daarbij moet ervan worden uitgegaan dat de verkrijger de zaak in de
staat waarin het zich bevindt onmiddellijk en in volle omvang in
feitelijk gebruik kan nemen. Als waarde geldt dus de waarde in
onbewoonde staat, vrij opleverbaar dus.
Bij de waardering dient rekening te worden gehouden met de
waardedrukkende invloed van objectieve aan het object verbonden
omstandigheden. Een voorbeeld hiervan is de aanwezigheid van een
antispeculatiebeding in de vorm van een kettingbeding. Een dergelijk
beding houdt in dat de bepalingen die met de eerste koper zijn
overeengekomen ook voor eventuele volgende kopers gelden. Verder zijn
van invloed erfdienstbaarheden en gemeentelijke bestemmingsplannen.'
Einde citaat.
Trek je dit door naar de door Patrimonium gewenste constructie, dan
zal ook splitsing in appartementsrechten een waardedrukkend effect
hebben.
Ook dit zijn objectieve aan het object verbonden
omstandigheden.
Dit geldt ook voor de zelfbewoningsclausule, de
terugkoopverplichting etc.