LEEUWARDER BIJSTANDSREGELING DUURZAME GEBRUIKSGOEDEREN IN 2002 AFGESCHAFT?


EIGEN BERICHT.

LEEUWARDEN 27/12/2001

De kans bestaat dat de gemeenten volgend jaar hun regelingen voor mensen met een minimuminkomen, waarbij men wat geld krijgt voor vervanging van duurzame gebruiksgoederen, afschaft.
De gemeente Leeuwarden kent sinds eind 1999 de Bijstandsregeling Duurzame Gebruiksgoederen.
Als men aan de voorwaarden voldoet kan men eens per jaar op een aanvraagformulier van Sociale Zaken krijgen:

* f400,- per jaar voor huishoudens zonder kinderen.
* f500,- per jaar voor huishoudens met kinderen.

De voorwaarden zijn:

1. Men moet wonen in de gemeente Leeuwarden.

2. Men moet een zelfstandig huishouden hebben.

M.i. moeten kamerbewoners hier ook onder vallen, maar ik vrees het ergste: Bij bv. de Zalmsnip krijgen kamerbewoners niks:
De hardnekkige verwarring zit met name hier in, dat de gemeente niet wenst in te zien dat je ook in onzelfstandige woonruimte (kamer) wel degelijk een zelfstandig huishouden kunt voeren, omdat de andere kamerbewoners echt hun portemonnee niet met je gaan delen.

3. Men moet in de laatste drie kalenderjaren een inkomen op bijstandsniveau hebben gehad EN in het huidige jaar een inkomen op bijstandsniveau hebben.
In deze drie kalenderjaren mag men echter in totaal drie maanden een inkomen hebben gehad dat hoger is dan het bijstandsniveau. Welke drie maanden dat waren, doet er niet toe. Deze maanden hoeven dus niet gespreid over drie jaar te liggen. Dat laatste is gebeurd op voorstel van het P.E.L.

4. Men moet een vermogen hebben dat lager is dan het bescheiden vermogen dat bij bijstandsverlening is toegestaan. Dat maximaal toegestane 'bescheiden vermogen' is iets meer dan f10.000 voor alleenstaanden en iets meer dan f20.000 voor gezinnen en eenoudergezinnen.

5. Men mag geen student zijn: Studenten zijn door de gemeente uitgesloten van de regeling.

De gemeente stelt verder nog: "Alleen de hoogte van het inkomen is van belang, niet het soort inkomen". M.a.w.: Ook WW, IOAW, IOAZ, WAJONG of WAO mits op minimum-niveau (dat is het voor hem/haar/hen geldende bijstandsniveau) is van belang. Overigens is deze regel weer in strijd met het uitsluiten van studenten ofwel mensen met studiefinanciering. De aard van de inkomstenbron deed er toch niet toe?

Tot zover de bestaande Leeuwarder regeling voor deze categoriale bijzondere bijstand. Het aardige van deze regeling is, dat ook i.t.t. vroeger, alleenstaanden op bijstandsniveau ook voor vervangingen wat geld krijgen en dat er geen bonnen hoeven te worden ingeleverd of dat achteraf verantwoording hoeft te worden afgelegd. Er is alleen een simpel aanvraagformulier. Kortom: Een van de betere regelingen van de soos alhier.

In de Nieuwsbrief "Aanpak 2001" van december 2001 (Van de 'Sociale Alliantie') werd echter vermeld dat de regering huishoudens die drie jaar lang of langer moeten rondkomen van een sociaal minimum en geen arbeidsmarktperspectief hebben, per jaar wil geven:

a. f1000,- voor gezinnen.
b. f 900,- voor eenoudergezinnen.
c. f 700,- voor alleenstaanden.

Deze regeling komt in de plaats van de gemeentelijke 'witgoedregelingen' ofwel de regelingen voor duurzame gebruiksgoederen. Ik meen ergens gelezen te hebben dat deze regeling dan via de belastingen zou moeten worden uitgevoerd, maar zeker is dat niet.

Op 6/12/2001 heeft de 'Sociale Alliantie' een brief hierover gestuurd naar de leden van de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Tweede Kamer.
De nieuwe regeling heeft te maken met de uitvoering van een in de Tweede Kamer aaangenomen motie, die bekend staat onder de naam 'lang-laag'.
Ze zijn het niet eens met de uitwerking van de motie in beleid zoals de regering dat nu wil doen en schrijven o.a.:

"De nadruk in de motie lag op inkomensverbetering voor de mensen die drie jaar of langer op het minimum zitten en die daardoor financieel in een perspectiefloze situatie terecht zijn gekomen. Het ministerie van SZW lijkt de doelgroep voor de regeling te willen beperken door de nadruk te leggen op de vraag of voor de betreffende personen een perspectief op de arbeidsmarkt vastgesteld kan worden. Wij hebben bezwaren tegen de voorgestelde uitwerking van dit extra criterium:
arbeidsmarktperspectief is een criterium dat moeilijk objectief en eenduidig is vast te stellen en dat daarom al heel snel leidt tot rechtsongelijkheid en bureaucratische rompslomp. Er zijn tussen de overheden duidelijke afspraken gemaakt inzake sluitende aanpak; daar wordt ook al het arbeidsmarktperspectief vastgesteld en daarbij worden zomogelijk trajecten uitgezet ter verbetering van dit perspectief. De Sociale Alliantie spreekt zijn voorkeur uit voor het toepassen van één eenduidig en helder criterium:
iedereen die drie jaar of langer op een sociaal minimum is aangewezen krijgt, zo lang hij in deze situatie zit, een uitkering op grond van de regeling 'lang-laag'."
Einde citaat.

M.a.w.: Het venijn zit in het invoeren van een extra, oneigenlijk criterium:
Pas als je 'geen arbeidsmarktperspectief' hebt, heb je met een minimum-inkomen recht op dit geld. En hoe ga je dat dan vaststellen:
In de bijstand kijken naar in welke 'fase' iemand is ingedeeld? Bv. mensen in de bijstand in fase 1 en 2 geven we niks, mensen in fase 3 of 4 geven we wel? En wat als je eerst 2 jaar in fase 2 zat en dan in fase 4 wordt ingedeeld? Kortom: Dit wordt weer een fijne burocratische rotzooi.
De huidige leeuwarder regeling is waarachtig nog beter! Ik voorzie dat de regering zich echt niks zal aantrekken van de brief van de Sociale Alliantie en dat het eerder de brute 'overredingskracht' vergt van een 'Noordelijke Alliantie' om beweging te brengen in het regeringsvoornemen...

Mijn verwachting voor 2002 is, dat gemeenten er als de kippen bij zullen zijn om hun eigen regelingen voor bijstand voor vervanging van duurzame gebruiksgoederen de nek om te draaien, verwijzend naar de rijksregeling...
Overigens is mij nog niet duidelijk of het Rijk de nieuwe regeling gaat uitvoeren of dat de gemeenten dit qua uitvoering op hun bordje krijgen. Ik heb niets tegen een uniforme landelijke regeling, alleen moet deze dan wel zijn gebaseerd op eenvoud, helderheid, rechtlijnigheid en een zo eenvoudig mogelijke uitvoering, zodat het geld niet voor een fors deel blijft hangen in uitvoeringskosten.

secretariaat Ver. P.E.L.