Het loopt tegen de Kerst en dan wil de krant nog wel eens een 'sociaal
verhaal' afdrukken. Dat hoort bij de juiste pre-kerst stemming...
Uit de 'Te Gast' rubriek van de Leeuwarder Courant van woensdag 19/12/2001 komt de volgende ingezonden brief:
TE GAST
Roel Akkerman
bestuurskundige
In de armoedemonitor van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en
het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) worden de laatste tijd
gegevens gepubliceerd over de armoede in Nederland.
Omdat het altijd een
aantal jaren duurt voordat alle gegevens bekend zijn, hebben de meeste
cijfers van de pas verschenen armoedemonitor 2000 betrekking op 1998.
Er wordt wel een prognose gedaan voor het jaar 2000.
Het percentage huishoudens met een laag inkomen is gedaald van 15,6
procent in 1996 tot 14,3 procent in 1998.
De prognose voor 2000 is 13,6
procent. Dat komt neer op ruim 900.000 huishoudens.
Voor een deel zijn dit ouderen die moeten rondkomen van hun AOW,
eventueel aangevuld met een klein pensioen. Van de alleenstaande ouderen
moest in 1998 een kwart zich zien te redden met een laag inkomen.
Een
belangrijk deel van degenen die met veel inspanning ons land hebben
opgebouwd moet nu toezien hoe anderen veel meer kunnen uitgeven dan zij.
Dan gaan we nog voorbij aan de andere problemen waarmee vooral ouderen
zich geconfronteerd zien, zoals de lange wachtlijsten in de
zorginstellingen.
Ook veel eenoudergezinnen behoren tot de laagste inkomens. Zelfs meer
dan de helft. Dit is ook erg schrijnend omdat blijkt dat armoede vaak
over gaat op de volgende generatie.
Als de ouders een laag inkomen
hebben is de kans dat de kinderen later ook tot de minima gaan behoren
anderhalf maal zo groot. Wie voor een dubbeltje geboren is, heeft
blijkbaar nog steds weinig kans om ooit een kwartje te worden.
Van de lage inkomens moet ruim 10 procent rondkomen met een inkomen dat
lager is dan 105 procent van het bijstandsniveau. In de politieke
discussies worden deze mensen vaak tot de 'echte minima' gerekend.
Dit
aantal is de afgelopen jaren zelfs iets toegenomen, vooral door het
aantal 'werkende armen' en arbeidsongeschikten met een minimuminkomen.
Het is voor de mensen met een laag inkomen erg lastig om uit het dal te
klimmen. Van de bijstandsafhankelijke personen in 1998 heeft bijna
driekwart al negen jaar een inkomen op het minimumniveau. Er is dan echt
sprake van een uitzichtsloze situatie.
[Het is bekend dat juist als men langer dan een korte tijd in de
bijstand zit, de armoede pas goed toeslaat: Het beetje reserve wat er
wellicht was raakt op, reparaties en vervangingen van huishoudelijke
inboedel worden problematisch of niet meer mogelijk, het gevaar van het
maken van schulden neemt toe enz.]
Ondanks de economische groei van de laatste jaren is er dus een
behoorlijk grote groep tot de armoede veroordeeld. Het beleid van de
regering om deze mensen uit het slop te trekken is jammerlijk mislukt.
De politieke besluitvorming is te veel gericht geweest op het creëren
van werk. [Wat prompt leidde tot het ontstaan van een nieuwe onderklasse
van wat heet: de 'working poor'. Wel betaald werk maar toch armoe
troef!] De paarse regering stelde de afgelopen jaren het creëren van
werk boven het verbeteren van de inkomenspositie.
[Daar zit m.i. ook de
filosofie achter, dat armoede wordt gezien als persoonlijk probleem,
ontstaan door in de persoon gelegen factoren. Dit in plaats van te
erkennen dat armoede een politiek probleem is. Arm? Eigen schuld; dikke
bult... Moet je maar beter je best doen: Van krantenjongen tot miljonair
nietwaar? De 'american dream'.]
En daarmee help je deze groep onvoldoende. Dat is ook logisch, omdat een belangrijk deel bestaat uit ouderen die eindelijk van hun welverdiende rust zouden moeten genieten en arbeidsongeschikten die nu eenmaal niet aan het werk kunnen. Voor deze mensen zijn andere maatregelen nodig. Voor zover die genomen zijn, hebben ze maar bitter weinig vruchten afgeworpen. [M.i. speelt hierbij ook de 'ideologie van het nut' een rol: Wie geen nuttige loonslaaf is en niks voor de baas produceert, is in feite nutteloos en overbodig: De maatschappij heeft niks meer aan hem/haar. Nut hebben voor 'het collectief': De staat; de baas; daar draait het om.]
Ook voor de andere groepen met een laag inkomen is het effect van de
activerende maatregelen zoals de Melkertbanen uiterst beperkt geweest.
Volgens de Armoedemonitor 2000 is maar 5 procent van de mensen die aan
een dergelijk project heeft deelgenomen uiteindelijk doorgestroomd naar
betaald werk.
En dan komen ze vaak nog in de laagste inkomens terecht,
waardoor ze tot de 'werkende armen' gaan behoren.
Hopelijk breekt op korte termijn het inzicht door dat het zo niet door
kan gaan. In het belang van deze grote groep mensen moet het roer
drastisch worden omgegooid.
[Dat inzicht breekt niet door, zolang de achterliggende ideologie niet
verandert. Het is geen kwestie van gebrek aan verstand of inzicht.
Verbetering moet ook niet worden aangedreven door zoiets als het hebben
van 'medelijden met de armen'. Verbetering is een kwestie van politieke
wil; de wil niet te buigen voor de 'ideologie van het nut'.]
-----------------------------------------------------------
Einde bericht uit Te Gast rubriek LC. Commentaar tussen []