Schriftelijke vragen van de SP aan B. en W. over huisbezoeken en
huiszoekingen d.d. 1/7/2006 plus:
'SP haalt zaken door elkaar. Sociale recherche'
Ingezonden brief in Leeuwarder Courant 19/7/2006 plus:
'Mevrouw X, doet u eens open!' en 'Huisbezoek volgens de schoonmoedernorm'
Twee artikelen uit blad Ravage Digitaal d.d. 5/6/2006 plus:
Rapport over huisbezoeken DWI gepresenteerd.
Rapport Amsterdamse ombudsman d.d. 3/7/2006 plus:
'Memo van ambtenaren aan Marco Florijn inzake schriftelijke vragen van de SP over huisbezoeken'
Memo d.d. 11/7/2006 plus:
'Onaangekondigde huisbezoeken verontrusten AOW-ers'
Verwerkt ANBO-persbericht van 9/8/2006 plus:
'Socialisten laken SVB-controles'
Bericht van de SP medio augustus 2006 plus:
'Ook AOW-ers naar rechter over huisbezoek'
FNV-bericht 10/8/2006 plus:
'Stop plotse thuiscontrole bij uitkering'
Uit de Leeuwarder Courant van maandag 21/8/2006 plus:
'Solidariteitsverklaring met te voeren proces tegen
soos-praktijken huisbezoeken'
Brief Cliëntenraad W&I Leeuwarden van 20/8/2006 plus:
'Rechtszaak huisbezoek verbaast wethouder'
Uit de Leeuwarder Courant van dinsdag 22/8/2006.
UPDATE 4/10/2006: Rechter zegt: Voldoende wettelijke basis voor huisbezoeken in verband met bijstandsuitkering.
Rechtbank Amsterdam echter op 7/9/2006: Onaangekondigde huisbezoeken zonder specifieke aanleiding niet toegestaan.
Ook in Leeuwarden is er bij het aanvragen van een bijstandsuitkering systematisch sprake van huisbezoek als je opgeeft dat je op een kamer woont of als je opgeeft dat je dakloos bent en bijvoorbeeld het Leger des Heils opgeeft als postadres. Want dan hoor je tot een zogenaamd "risicoprofiel" in de ogen van de gemeente.
Voor enige berichten hierover zie o.a.:
"Waar de Cliëntenraad wel en niet advies over mag geven" van secretariaat PEL 14/3/2002 en 22/3/2002.
"Reactie op behandelvoorstel B en W inzake LAT-project en risicoprofiel Kamerbewoners"
Bericht i.v.m. behandeling voorstel op 7/10/2002 in commissie Welzijn.
In verband met behandeling en advisering door de Cliëntenraad Sociale
Zaken op 26/6/2003 van het B. en W. verhaal over een risicoprofiel voor
dak- en thuislozen:
Brief van het Komitee Vrouwen en Bijstand (mede door het PEL onderschreven) en een brief van de Kuno van Dijkstichting, mede namens het Straathoekwerk aan het sectorhoofd van de afdeling Sociale Zaken.
Mede naar aanleiding van berichten in het on-line blad Ravage over de praktijken bij huisbezoeken in Amsterdam en Rotterdam door de soos heeft de SP-Leeuwarden de volgende vragen gesteld aan het College van B. en W.:
Schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders zoals bedoeld in artikel 41, eerste lid, van het Reglement van Orde van de Gemeenteraad van Leeuwarden
Onderwerp: huisbezoeken en huiszoekingen
Leeuwarden, 1 juli 2006
Geacht college,
Het digitale tijdschrift Ravage berichtte 5 en 6 juni jl. over huisbezoeken en huiszoekingen. Uit gespreksverslagen van klachten blijkt dat de cliënten van de sociale dienst vaak geen idee hebben dat ze toestemming moeten geven voor een huisbezoek en/of een huiszoeking! Daarnaast wordt beweerd dat een aantal van de gehanteerde methoden, zoals risicoprofielen, in strijd zijn met de wet dan wel op zeer gespannen voet daarmee staan.
Wij zijn geen voorstander van huisbezoeken en huiszoekingen. Volgens de SP moeten we alternatieve manieren gebruiken om fraude te bestrijden.
In Leeuwarden is ook de sociale recherche actief. Deze rechercheurs bellen aan bij de buren van de uitkeringsgerechtigden. Ze vertellen meestal dat de buren een uitkering hebben en stellen vragen over de woonsituatie en het werk van de buren. Volgens ons is het maar de vraag of dit geoorloofd is en een wettelijke grondslag heeft. Zonder dat de uitkeringsgerechtigden het weten wordt namelijk aan hun buren verteld dat ze een uitkering hebben.
Namens de fractie van de SP heb ik de volgende vragen aan u:
1) Wilt u uitgebreid toelichten wat voor opsporingsmethoden in
Leeuwarden gebruikt worden om fraude door uitkeringsgerechtigden op te
sporen?
2) Maakt u onderscheid tussen een huisbezoek (waarbij de ambtenaar
zich gedraagt als een bezoeker) en een huiszoeking (waarbij er concrete
aanwijzingen van fraude zijn)?
3) Hoeveel huisbezoeken en/of huiszoekingen voert de Sociale
Dienst per maand uit?
4) Hoe vaak worden naar aanleiding van zo'n bezoek sancties
getroffen en welke?
5) Wat is de sanctie bij het weigeren van volledige medewerking
aan een huisbezoek en/of huiszoeking?
6) Welke bevoegdheden heeft een ambtenaar bij een huisbezoek en
bij een huiszoeking? En welke procedurele waarborgen zijn er om te
voorkomen dat een ambtenaar deze bevoegdheden te buiten gaat?
7) De beslissing om een huisbezoeken en/of huiszoekingen te doen
wordt nu vrij 'laag' in de organisatie genomen. Is het niet beter om de
controle pas uit te voeren na overleg en toestemming van de wethouder?
8) Waar moeten uitkeringsgerechtigden aan meewerken en wat mogen
ze weigeren bij huisbezoeken en/of huiszoekingen?
9) Worden uitkeringsgerechtigden op hun rechten gewezen? Zo ja,
hoe gebeurt dit?
10) Bent u bereid om de toestemming om het huis te betreden op de
stoep eerst schriftelijk vast te leggen, dus eerst uitleggen waarvoor
de controle is en dat het mogelijk is het huisbezoeken en/of
huiszoekingen te weigeren, en dan pas de mensen laten tekenen voor
toestemming?
11) Wordt bij het huisbezoeken en/of huiszoekingen aan cliënten een
folder gegeven waarin duidelijk staat wat de implicaties van het
geconstateerde tijdens het huisbezoeken en/of huiszoekingen is en dat
er een mogelijkheid is tot het indienen van een klacht en dat er een
bezwaar gemaakt kan worden tegen de uiteindelijke beslissing van de
sociale dienst? Zo niet, bent u bereid om dit wel te doen?
12) Word aan de uitkeringsgerechtigde duidelijk gemaakt of het gaat
om een een huisbezoek (waarbij de ambtenaar zich gedraagt als een
bezoeker) of een huiszoeking (waarbij er concrete aanwijzingen van
fraude zijn)?
13) Als uitkeringsgerechtigde niet meewerkt aan huisbezoek of een
huiszoeking, wordt de uitkering dan met terugwerkende kracht
ingetrokken? Zo ja, vindt u het intrekken van een uitkering met
terugwerkende kracht een proportionele sanctie voor het niet volledig
meewerken aan een huisbezoek?
14) Wordt bij het nemen van maatregelen een standaardmotivering
gebruikt? Zo ja, is het gebruikelijk dat deze motivering in het besluit
niet nader wordt uitgewerkt? Zo ja, is het niet zo dat hierdoor uit het
besluit nooit valt op te maken wat de omstandigheden, ernst, en
verwijtbaarheden zijn? Voldoet het college in dat geval wel aan haar
plicht haar besluiten gemotiveerd te nemen?
15) Als er wordt besloten de gehele uitkering stop te zetten, is er
dan wel enige feitelijke grond voor de motivering, gelet op de
verschillende of bijzondere omstandigheden? Komen deze omstandigheden
tot uiting in de sancties?
16) Gaat u plannen ontwikkelen voor de verbetering van de positie
van de meest kwetsbare groepen bijstandsgerechtigden, zoals chronisch
zieken en mensen met psychische problemen, die het meest in de knel
kunnen raken door de huisbezoeken?
17) Bent u bekend met het artikel van het digitale tijdschrift
Ravage van 5 juni jl. over huisbezoeken en/of huiszoekingen?
18) Bent u het eens met de bewering in genoemd artikel dat een aantal van de gehanteerde methoden in strijd is met de wet dan wel op
zeer gespannen voet daarmee staat?
19) Bent u het met ons eens dat aanbellen door de sociale
rechercheurs bij de buren van de uitkeringsgerechtigden niet gewenst is
in verband met de privacy van de uitkeringsgerechtigden?
20) Heeft u de in Leeuwarden gehanteerde methoden getoetst aan de
genoemde beweringen uit het digitale tijdschrift Ravage van 5 juni jl.?
Zo ja, tot welke resultaten heeft die toetsing geleid?
21) Mocht u niet tot genoemde toetsing zijn overgegaan: bent u dan
alsnog bereid daartoe op korte termijn over te gaan, waarbij toetsing
niet alleen aan de regels in de meest ruime zin des woords dient te
gebeuren, maar ook aan de in Leeuwarden gehanteerde praktijk? Mocht u
daartoe niet bereid zijn wilt u dan dit uitvoerig motiveren?
Ik verzoek u binnen de in het Reglement van Orde van de Raad gestelde termijn te beantwoorden.
Met vriendelijke groet,
Farshad Bashir (SP)
Raaigras 271
8935 GD Leeuwarden
06-50487338
N.a.v. een berichtje in de LC hierover verscheen op woensdag 11 juli 2006 onderstaand ingezonden stukje in de rubriek 'Ingezonden':
SP haalt zaken door elkaar
SOCIALE RECHERCHE
Als voormalige sociaal rechercheur kan ik het niet laten om te reageren op de zorgen die de SP in onze gemeente heeft over de opsporingsmethoden van de sociale recherche. De SP haalt twee dingen door elkaar. Een sociaal rechercheur werkt volgens de regels van Wetboek van Strafrecht. Deze voorschriften laten het niet toe dat rechercheurs naar eigen goeddunken een woning binnen gaan en deze doorzoeken.
[Maar de gewone controleurs van de soos mogen dit al helemaal niet, maar in de praktijk komen zij bijna overal binnen omdat men bang is de uitkering kwijt te raken als men hen de toegang weigert en hun huisbezoeken verschillen in de praktijk m.i. niet zoveel van een huiszoeking door de sociale recherche. Zie m.n. de artikelen uit het blad Ravage.]
Dit gebeurt in overleg met de officier van justitie en na verkregen toestemming van de rechter-commissaris. Deze is daar niet zo scheutig mee. In de 27 jaar dat ik het vak heb uitgeoefend heb ik twee huiszoekingen meegemaakt.
[Dat zal best, maar in de praktijk werkt het 'huisbezoek' bijna net zo als die huiszoeking. Zelfs 'beter' want je hebt geen toestemming nodig van de RC...]
De controleurs hebben geen opsporingsbevoegdheid en moeten zich houden aan de regels zoals die genoemd zijn in de nieuwe Bijstandswet.
[In de WWB staat niets inzake regels waar de gemeente zich aan moet houden bij huisbezoek door een soosambtenaar.]
Volgens deze wet moet de rechtmatigheid op het verstrekken van een uitkering aan een cliënt ten allen tijde gecontroleerd kunnen worden.
[Ten eerste staat dit nergens zo op deze wijze, ten tweede betekent dit niet dat meteen maar altijd naar het zwaarste middel gegrepen mag worden, namelijk huisbezoek. Het middel moet namelijk in redelijke verhouding staan tot datgene wat men wil bereiken. Kan men ook met minder zware middelen bereiken dat het (ontbreken van) recht op bijstand wordt vastgesteld, dan moet men het op die manier doen. Maar ja, meneer was sociaal rechercheur en dan meen je kennelijk dat controle meteen en altijd hetzelfde is als onverwacht huisbezoek afleggen bij aanvragers van bijstand of bij mensen die al een uitkering hebben. Kortom: Hij weet niet wat het begrip 'proportionaliteit' betekent.]
Een controlemiddel is een (on)verwacht huisbezoek, maar ook het binnengaan van de woning van de cliënt. Werkt deze daar niet aan mee, dan belemmert hij/zij de controle en kan de uitkering beëindigd of aangepast worden.
Leeuwarden W.G. van Brink[Daarover gaat hopenlijk een boeiend zaakje lopen tegen de soos in Dokkum: Vrouw heeft dochter, dochter woont zelfstandig elders. Soos trekt waterverbruik dochter na en stuurt ofwel sociale recherche langs ofwel een controleur, dat is ons even niet duidelijk. Dochter weigert de toegang: Uitkering ingetrokken en dochter moet met terugwerkende kracht zes maanden bijstand terugbetalen. Advocaat erbij: Maar waarvan wordt zij dan verdacht? Nee, niet meer van elders stiekum samenwonen (weinig waterverbruik thuis nietwaar?) maar van feit dat moeder daar geregeld langs komt (sic!) en daar dan dus wel bij in zal wonen, een theorie die ons wat in strijd lijkt met het lage waterverbruik, tenzij de moeder daar steeds langs ging met jerrycans vol drinkwater... Kortom: Het is dus ook al verdacht als een moeder bij haar dochter koffie gaat drinken... Zo Kafkaïaans kan het gaan... Inmiddels heeft betrokkene aldaar een Bureau voor Rechtshulp ingeschakeld.]
In de vragen van de SP wordt enige keren gerefereerd aan artikelen in het digitale blad Ravage, maar wat stond daar dan in? O.a.:
Ravage Digitaal 5 juni 2006
Mensen die controleurs van de sociale dienst over de vloer krijgen, ervaren hun gedrag vaak als intimiderend en vernederend. Soms verliezen ze hun uitkering, soms worden ze zelfs zonder pardon op straat gezet. Ravage kreeg inzage in een aantal geanonimiseerde gespreksverslagen waarin klagers hun verhaal doen aan de ombudsman.
door Dirk Kloosterboer
Bij Migiel van Kinderen van de Rotterdamse ombudsman zijn ongeveer
vijfendertig klachten binnengekomen over controlerende huisbezoeken.
Soms gaat het om controles van de sociale dienst, soms om acties van
preventieteams, waarin verschillende diensten samenwerken.
De gespreksverslagen vormen een weergave van het verhaal van de klagers. In sommige gevallen worden daarnaast medewerkers van de gemeente gehoord. Zij zijn verplicht om voor de ombudsman te verschijnen, en sinds kort kunnen zij ook onder ede worden gehoord. In dit artikel staan echter de verhalen van de klagers centraal.
Overdonderd
Bewoners voelen zich vaak overdonderd door het bezoek van de
controleurs. Een voorbeeld is het verhaal van 'mevrouw X.':
'De medewerkers van de sociale dienst belden kennelijk niet gewoon aan bij de ingang van de algemene toegangsdeur tot de portiekflat, maar zijn met iemand anders mee naar binnen gegaan of hebben bij een van de buren aangebeld. Feit is dat zij voor klaagster volstrekt onverwacht bij haar voordeur stonden te kloppen en riepen: 'mevrouw X., mevrouw X. doet u eens open!' Klaagster was op dat moment juist op weg naar de voordeur om de huisarts te bezoeken.'
'Omdat er onbekende mensen aan de voordeur stonden, vroeg mevrouw X.:
'Wie bent u?' Waarop de medewerkers van de sociale dienst antwoordden:
'Ja doet u even open'. Klaagster vroeg aan de mensen voor haar deur:
'Hoe komen jullie boven?'
Daarop kreeg zij geen antwoord. De
medewerkers van de dienst bleven maar herhalen dat de deur open moest,
waarop mevrouw X. uiteindelijk de deur opendeed. Op dat moment meldde
een van de medewerkers: 'Huisbezoek!'
'Klaagster liet weten dat op dat moment een huisbezoek uitermate ongelegen kwam omdat zij een afspraak bij de dokter had. De medewerkster van de sociale dienst zei dat zij niets te maken had met afspraken met de huisdokter: 'Geef mij het telefoonnummer maar, dan bel ik hem wel even af'. De medewerkster van de sociale dienst was daarin zo dwingend dat klaagster inderdaad de afspraak met de huisdokter heeft afgezegd. 'Tja wat moest ik anders, ik weet niet wat ik moest doen?'
'Klaagster meldt dat zij drie jaar geleden een hersenbloeding heeft gehad, dat zij zich niet druk mag maken en dat ze daarom zo nu en dan moet gaan zitten. Zij kon zich niet verweren tegen het optreden van de medewerkers van de sociale dienst. Klaagster geeft aan dat één van de twee medewerkers zich heeft gelegitimeerd. Tevens werd aan het begin van het onderzoek aangegeven dat klaagster, op grond van een anonieme melding, verdacht werd van samenwonen.'
'Vervolgens werd gevraagd wat er zich boven in de woning bevond. In de woonkamer gekomen meldde de medewerkster van de sociale dienst dat klaagster prachtige spullen heeft. (Klaagster geeft aan dat ze daar op een eerlijke wijze aan is gekomen). Vervolgens meldde de medewerkster van de sociale dienst nogmaals dat ze even boven wilde kijken, wat klaagster toestond. Boven aangekomen zagen de medewerkers van SoZaWe op het nachtkastje in de logeerkamer medicijnen en in de logeerkamer kleding van de heer Y. De heer Y. woonde in bij iemand die zijn huis werd uitgezet en mocht zijn spullen bij klaagster stallen.'
'Inmiddels is de heer Y. naar de camping en heeft zijn spullen uiteraard meegenomen. Kennelijk was dit voor de dienst aanleiding om het onderzoek grondiger voort te zetten: de medewerksters van de dienst hebben gevraagd of zij alle laatjes van klaagster mochten openen. Klaagster: 'wat moest ik dan zeggen?' Als de medewerker van de ombudsman klaagster voorhoudt dat zij gewoon had kunnen weigeren, stelt zij: 'Ja maar dat weet ik toch niet?'
'Klaagster wordt emotioneel als zij uitlegt dat op één moment het huisbezoek haar te gortig werd: de medewerkers van de sociale dienst zaten weer in een la en hadden een fotoalbum van de enige jaren geleden overleden moeder van klaagster te pakken. Het was duidelijk dat men daar in wilde gaan kijken. Dit werd klaagster te veel, zij sommeerde: 'En daar blijf je af! Nu is het afgelopen, dit is van mij!'
Bonken
Een rode draad in de gespreksverslagen is de intimiderende manier
waarop de controleurs zich volgens de klagers gedragen. Het begint al
met hard aanbellen en bonken op deuren en ramen. Vervolgens staat er
opeens een grote groep controleurs in de woning, die op commanderende
toon opdrachten geven en vragen stellen.
Een mevrouw schrijft in een brief aan de ombudsman:
'Er werd aan de deur gebeld. Ik vroeg: 'Wie is daar?' Het antwoord was:
'Kralingen-Crooswijk Gemeente'.
Ik dacht 'reclame' en zei: 'Geen
interesse'.
Er stonden vijf mensen voor mijn deur, te weten drie heren
en twee dames. Zij vroegen: 'Begrijp jij Nederlands? Maak de deur maar
open'.
Heb hen verwelkomd. Vroeg wie ze waren. Een mijnheer was namens
de Woningbouw, een mijnheer namens de sociale dienst. Alleen namen
genoemd (weet ik niet meer, was nerveus), geen legitimatie laten zien.
Heb die ook niet gevraagd.'
'Woon je alleen?' Antwoord: 'Ja'. Zij zeiden, dat zij wilden rondkijken. Gingen in de kleine slaapkamer. 'Voor wie is dat bed?' Antwoord: 'Voor logé's'. 'Heb je vaak logé's?' Antwoord: 'Ongeveer één keer per twee maanden meestal'. Ze liepen naar de grote slaapkamer en ook naar de badkamer. Daarna naar de zitkamer. 'Wij willen vragen stellen, mag dat?' Antwoord: 'Ja'. [...]'
'Andere man: 'Ik kom van de Woningbouw. Heb jij goed contact met de buren of heb je daar last van?' Een van de vrouwen vroeg mijn legitimatie, de andere vrouw schreef alles op. 'Wie is je huisarts en wie is je tandarts?' 'Heb je schulden?' Antwoord: 'Alleen aan de sociale dienst. Toen ik kwam heb ik geld gekregen en nu moet ik afbetalen. Van het geld, dat ik toen kreeg, heb ik gekocht een fornuis, een wasmachine, een koelkast, tapijt voor de zitkamer, linoleum voor de keuken en behang'.'
Zeurverhalen
Een andere mevrouw vertelt dat er vier mannen voor de deur stonden die
meldden 'dat ze van een of ander team zijn, dat ze een controle
uitvoeren en nu is dit huis aan de beurt'. Ze zouden geen toestemming
hebben gevraagd om binnen te komen: "Ze stonden opeens binnen." De
teamleider zei dat de woning erg vol staat en dat hij dit door zou
geven aan de verhuurder: 'Daar krijgt u problemen mee'.
Weer een andere klaagster vertelt dat zij het gevoel had dat ze door controleurs naar buiten werd gelokt om daar 'zeurverhalen' aan te horen over inbraakpreventie. Als ze hier genoeg van heeft gaat ze weer naar binnen. Daar blijkt dat een andere controleur ondertussen haar vriendin onder handen heeft genomen, die na een scheiding bij haar inwoont.
'Klaagster vraagt aan de dame op de bank: en wie bent u dan wel? Een van de agenten maakt duidelijk dat deze dame van de sociale dienst is. Klaagster voelt zich behoorlijk belazerd, want de vriendin heeft anderhalf jaar lang in de clinch gelegen met de sociale dienst om een uitkering te krijgen en heeft over die hele periode geen cent gezien. Samenvattend: de relatie tussen de vriendin en de sociale dienst is bar slecht.'
'Klaagster heeft haar vriendin tegen de medewerkster van de sociale dienst horen zeggen: hier heb ik geen zin in, hou je uitkering maar, rot op. Ook dit geheel is niet opgevat als een weigering om mee te werken aan het onderzoek.'
Huisuitzetting
Mensen kunnen als gevolg van een huisbezoek hun uitkering verliezen,
maar soms worden ze ook op straat gezet. Regelmatig worden woningen
dichtgeschroefd met plaatstalen panelen, de moderne variant op het
dichtspijkeren. De gemeente Rotterdam presenteert dit als een maatregel
tegen huisjesmelkers die voor woekerprijzen illegalen huisvesten, of
tegen mensen met een hennepkwekerij. Uit de verhalen die de ombudsman
te horen krijgt, blijkt echter dat ook gewone burgers op straat worden
gezet.
Zo vertelt Van Kinderen het verhaal van een Marokkaanse zwangere vrouw,
die tijdens de Ramadan een controleteam over de vloer kreeg. Op basis
van de Rotterdamwet, die bepaalde wijken op slot doet voor
uitkeringsgerechtigden, zou ze onterecht in haar woning zitten.
Dezelfde avond nog werd ze op straat gezet: 'U gaat er nu uit. Niets praten, jas aan, huis uit', zo zou ze te horen hebben gekregen. De hele nacht zwierf ze over straat. De volgende dag heeft de ombudsman er voor gezorgd dat ze een kamer kreeg in het Hilton hotel, waarna de rekening naar de gemeente werd gestuurd. Later bleek dat de aanleiding voor de controle bestond uit overlast van een paar 'ettertjes' die boven haar wonen, waarna de controleurs het hele pand maar hebben aangepakt.
Een andere klacht komt van een man die geen betaalbare woning kon vinden. Hij kraakte een woning waarvan hij wist dat die al lange tijd leegstond. De woning wisselde regelmatig van eigenaar, hij zegt dat hij met vier … vijf opeenvolgende eigenaren tevergeefs probeerde een huurcontract af te sluiten. De man zegt dat hij vanwege zijn psychische gesteldheid, waarvoor hij onder behandeling is en medicatie gebruikt, belang heeft bij een rustig en vast huisadres. Hij meende zo'n adres te hebben gevonden, maar later bleek dat hij zich daarin vergist had.
Klacht kraker
'Op 9 maart 2006, 's ochtends om 09:30, vernam klager activiteiten in
de hal en op de trap van de portiekflat; bij buren werd aangebeld en er
werden vragen gesteld. Klager hoorde dat er gevraagd werd wat voor een
soort persoon er in zijn huis zou wonen en of men last had van het
gezoem?'
'Klager had zich geestelijk voorbereid op de komst van een knokploeg van een huiseigenaar om hem het huis eventueel uit te werken en probeerde er achter te komen wat voor mensen er zich aandienden. Plots werd er ook bij klager langdurig aangebeld en niet lang daarna begon men met op de deur te bonken; ze maakten nogal een kabaal. Er werd geroepen 'Politie'. Klager kon waarnemen dat er inderdaad een politieman aanwezig was.'
'Klager heeft - mede vanwege de aanwezigheid van de politieman - de deur geopend, en wordt aangesproken door twee personen waarvan hij later uitvindt dat een van hen de heer Z. is. Deze twee voor hem onbekenden roepen klager ter verantwoording: 'Waarom heeft u niet direct opengedaan? Mogen wij niet binnen komen? Wij willen graag met u praten.'
'Klager is overrompeld en realiseert zich dat de door hem gevreesde knokploeg niet aanwezig is, maar dat hij met een overheidsinstantie te maken heeft. Hij probeert schielijk zijn houding aan te passen aan de voorgenomen strategie om samen te werken met officiële instanties. Zich min of meer excuserend voor het feit dat hij niet direct heeft opengedaan (hij wil zijn fatsoen tonen) ervaart klager dat de heer Z. en de andere man zich langs hem heen dringen en op dwingende wijze aan hem mededelen wat er zoal moet gebeuren. Nadien treden nog meer mensen de woning binnen. Uit zichzelf merkt klager op dat niemand zich gelegitimeerd heeft. Matthijssen [medewerker van de ombudsman - DK] vraagt dat later nog eenmaal expliciet en klager herhaalt dat niemand zich gelegitimeerd heeft.'
'Klager merkt dat een gedeelte van wat aan hem verteld wordt niet tot hem doordringt en dat er niet wordt gereageerd op wat hij te berde brengt; hij ontvangt een stroom van mededelingen waar kennelijk geen discussie over mogelijk is: 'we gaan de boel afsluiten', 'u heeft geen woonrecht, op dit adres stond negen maanden geleden nog iemand anders ingeschreven', 'u moet de woning nu verlaten' en 'dit is nieuw beleid en hier is niet over te discussiëren'.
'Klager ziet dat de heer Z. papieren van Eneco heeft (een kennelijk onjuiste rekening) op basis waarvan hij ondervraagd wordt over zijn aansluiting. Mensen in zijn huis proberen (tevergeefs, er is geen aansluiting) of de lichtschakelaars het doen.'
Hectisch
De informatie van de kraker-klager wordt kennelijk niet serieus genomen
en er wordt gewoon overheen gebabbeld. 'Z. stelt overlastproblemen die
er zouden zijn aan de orde (dat zijn problemen die bestaan hebben
voordat klager de woning heeft betrokken maar van het verweer neemt Z.
geen notie.)'
'Klager vraagt waar men nu precies voor komt? Z. antwoordt: 'ja, we
komen eigenlijk voor alles'. Het lukt klager niet om de regie van wat
er in zijn huis gebeurt terug te krijgen. Klager vraagt of men de
woning wil verlaten; daar wordt niet op ingegaan. Klager meldt dat op
hem een apart wettelijk regime van toepassing is omdat hij kraker is;
daar wordt niet op ingegaan.'
'Klager kenschetst de situatie op dat moment als erg hectisch: hij ziet dat er allerlei onbekende mensen (circa vier of vijf waaronder een agent, naast de heer Z. en diens onbekende collega) door zijn huis lopen en dat zaken onderzoeken: de vuilniszakken op het balkon worden onderzocht, men opent kamers, keuken en kasten, controleert zijn medicijnen. Alleen de agent vraagt of hij toestemming krijgt om ergens te kijken (Die toestemming verleent klager).'
'Klager is niet van plan om op de bevelen van de heer Z. in te gaan en belt zijn advocaat. Na enige tijd wordt het telefoongesprek over het al dan niet bestaan van woonrecht voortgezet tussen Z. en de advocaat. Z. laat tijdens dat gesprek weten dat hij optreedt namens de eigenaar; dat de eigenaar wil dat het huis wordt afgesloten. Klager hoort met belangstelling het gesprek tussen Z. en zijn advocaat aan en wil zijn bijdrage daaraan leveren, maar komt daar niet aan toe.'
'Op dat moment wordt hij door de politie in zijn eigen huis aangehouden omdat hij nog boetes heeft openstaan (EUR 1.200,=) waarvan de meeste al meer dan 10 (14) jaar oud. Klager wist dat hij boetes had openstaan, maar had in de afgelopen 10 jaar veelvuldig contact met de politie gehad en was ervan overtuigd geraakt dat men hem 'was vergeten'.'
'Klager krijgt geen tijd of mogelijkheid om zijn huis af te sluiten, kleding te verzamelen, spullen veilig te stellen; terwijl er nog zes … zeven man in zijn huis rondlopen wordt hij afgevoerd. Klager heeft aansluitend op deze aanhouding 20 dagen in vervangende hechtenis doorgebracht.'
'Ondanks verwoede pogingen van klager om te bewerkstelligen dat zijn spullen worden veiliggesteld, ervaart hij, als hij na 20 dagen zijn huis weer bereikt, dat de sloten zijn veranderd en dat zijn spullen op straat zijn gezet en voor een gedeelte terug te vinden zijn in de kelderboxen van de portiekflat.'
'Navraag bij de buren leert dat bij de ontruiming met van alles is gesmeten; het bankstel en de televisie zijn kapot. Het grootste gedeelte van zijn kleding en spullen die behoren bij de computer (printer et cetera) is verdwenen. Klager vindt gelukkig nog een plastic zak met waardevolle papieren. Klager stelt voor enkele duizenden euro's aan schade te hebben.'
Zie ook: Huisbezoek volgens de schoonmoedernorm
Het tweede artikel uit dit blad gaat o.a. over de soos van Amsterdam:
Ravage Digitaal 5 juni 2006
Het is "pionieren geblazen" met de controlerende huisbezoeken van de sociale dienst, zo zei de Amsterdamse wethouder Ahmed Aboutaleb onlangs. Daarbij gaat soms wat mis, met als dieptepunt een zelfmoordpoging in Heerlen. Er worden diverse rechtszaken gevoerd en in verschillende steden heeft de ombudsman een onderzoek ingesteld.
door Dirk Kloosterboer
In Heerlen heeft onlangs een mevrouw een zelfmoordpoging gedaan nadat
ze controleurs van de sociale dienst over de vloer had gehad, zo
vertelt Christiane van der Vis van de cliëntenraad.
"Ze kwamen brutaal
naar binnengelopen, terwijl de vrouw net uit de douche was gekomen. Ze
riep nog 'wacht even tot ik aangekleed ben', maar daar trok men zich
niets van aan."
Naast het huisbezoek speelden er ook andere zaken. De vrouw had al last van depressiviteit en er waren problemen met de alimentatie. Van der Vis is er echter van overtuigd dat de zelfmoordpoging niet zou hebben plaatsgevonden als het huisbezoek zorgvuldiger was uitgevoerd.
Intimidatie
Door de invoering van de nieuwe bijstandswet hebben gemeenten er
financieel belang bij om het gebruik van de bijstand zoveel mogelijk
terug te dringen. Steeds meer gemeenten komen bij bijstandsgerechtigden
over de vloer, op zoek naar aanwijzingen dat er iets niet klopt.
Uit de Lokale Monitor Werk en Inkomen (LMWI) van de FNV blijkt dat slechts vier procent van de gemeenten geen onaangekondigde huisbezoeken uitvoert. Zevenentachtig procent voert zulke controles uit als er een concrete verdenking bestaat, elf procent bezoekt alle nieuwe aanvragers van een uitkering, negenendertig procent controleert mensen die in een risicoprofiel blijken te vallen en twaalf procent voert steekproefsgewijs controles uit.
Ravage kreeg inzage in klachten over huisbezoeken die zijn ingediend bij de Rotterdamse ombudsman, Migiel van Kinderen (zie: 'Mevrouw X, doet u eens open!'). Wat opvalt is de intimiderende wijze waarop de controleurs zich volgens de klagers gedragen. Het begint al met hard aanbellen en bonken op deuren en ramen. Vervolgens staat er opeens een grote groep controleurs in de woning, die op commanderende toon opdrachten geven en vragen stellen.
Vorig jaar berichtte Ravage al over de huisbezoeken. Destijds zei Piet van der Lende van de Bijstandsbond dat de strengere aanpak voor sommige groepen misschien wel werkt. "Maar er is ook een categorie die eraan onderdoor gaat. Ik probeer dat duidelijk te maken aan de politiek, maar op de een of andere manier wil het niet tot ze doordringen. Het is net alsof het een aparte wereld is die er niet mag zijn. Men sluit zich ervoor af."
Van der Lende noemde destijds het voorbeeld van een man die ervan overtuigd was dat er geesten in zijn huis woonden, maar die door controleurs werd uitgelachen. Ook vertelde hij over een vrouw die te maken heeft gehad met verkrachtingen en problemen met de alimentatie. Toen ze ook nog geconfronteerd werd met een huisbezoek, zei ze dat ze het niet meer zag zitten.
Kwetsbaar
Inderdaad zijn het opvallend vaak kwetsbare groepen die in de problemen
komen als gevolg van de aangescherpte controles. Sadet Karabulut,
SP-raadslid in Amsterdam, noemde laatst het voorbeeld van een jongen
met een ernstige hersenaandoening, die de controleurs niet binnen kon
laten omdat hij geen sleutel had van het huis waar hij woonde. Zijn
uitkering werd afgewezen, waardoor hij zonder geld en zonder
zorgverzekering kwam te zitten.
Advocaat W. Swildens vertelt over een jongen uit Amersfoort die voor zijn studie naar Heerhugowaard kwam. "Die is echt op een beestachtige manier behandeld. Bij die jongen was sprake van psychische problematiek. In combinatie met de stress die werd veroorzaakt door de consulenten is hij bij een intakegesprek flauwgevallen. Die kreeg vervolgens ook nog eens te horen dat hij zich niet zo aan moest stellen."
De Rotterdamse ombudsman krijgt opvallend veel klachten binnen van terminale patiënten. Van Kinderen: "Dit zijn juist mensen waar vaak vrienden of familieleden over de vloer zijn om hulp te geven. De overheid stimuleert dit soort mantelzorg ook enorm. Het pijnlijke is dat ze vervolgens keihard worden aangepakt op verdenking van samenwonen."
Vrijwel alle betrokkenen zijn ervan overtuigd dat de klachten die
binnenkomen bij de ombudslieden, advocaten, sociaal raadslieden en
cli‰ntenraden het topje van de ijsberg vormen. "Heel veel mensen durven
niet te praten", vertelt Van der Vis van de Heerlense cliëntenraad.
"We
zitten hier in Limburg, veel mensen denken 'wat zullen de buren wel
niet denken'. Ook zijn ze bang voor repercussies." Dezelfde gêne komt
overigens ook in de Randstad voor.
Opbrengst
Voorstanders van de huisbezoeken zeggen vaak dat het zoveel geld
oplevert. In Amsterdam circuleerde een bedrag van 45 miljoen in de
media. Toen raadslid Karabulut wethouder Aboutaleb hierover ondervroeg,
bleek echter dat slechts 27 miljoen kan worden toegeschreven aan de
huisbezoeken. Bovendien moeten hier nog eens de uitvoeringskosten van
13,5 miljoen van af worden getrokken.
Advocaat Robert Kuijper stelt dat de besparingen voor een groot deel bestaan uit vorderingen die in de praktijk waarschijnlijk nooit ge‹nd kunnen worden. Van der Lende van de Bijstandsbond voegt hier aan toe dat veel fraudegevallen ook zonder de huisbezoeken zouden zijn opgespoord. Al met al valt te betwijfelen of de controles per saldo wel geld opleveren.
Wij visten vanaf WWB-info een rapport van de Ombudsman van Amsterdam over de huisbezoeken door de soos Amsterdam:
----- Original Message -----
From: WWB-Info
Newsgroups: nl.uitkeringen,nl.juridisch
Sent: Wednesday, July 05, 2006 1:15 PM
Subject: Rapport over huisbezoeken DWI Amsterdam
Amsterdam | 3 juli 2006
Onderzoek
De ombudsman onderzocht:
* de informatieverstrekking over het huisbezoek;Onderzoekers van het bureau van de Gemeentelijke Ombudsman zagen honderd dossier in en liepen mee tijdens een aantal huisbezoeken.
Informatieverstrekking over het huisbezoek
De kernvraag luidde of de cliënten tijdig en voldoende informatie over het huisbezoek krijgen. In dit deel van het onderzoek is nagegaan welke informatie er wordt verstrekt, in welke vorm en op welk moment.
Uit het onderzoek blijkt niet dat er op enig moment voorafgaand aan het huisbezoek mondeling of schriftelijk informatie over het 'waarom en hoe' van het huisbezoek wordt gegeven, bijvoorbeeld bij het intakegesprek.
Informatieverstrekking vindt vrijwel uitsluitend plaats door middel van de brochure 'Huisbezoek bij aanvraag'. Tot voor kort was in de werkinstructies van de DWI niets vastgelegd over het verstrekken van de brochure. In de laatste versie is opgenomen dat de brochure tijdens het huisbezoek moet worden uitgereikt. De rapportages over de huisbezoeken vermelden niet altijd of de cliënten de brochure hebben gekregen. In sommige rapportages is opgenomen dat de brochure tijdens of aan het einde van het huisbezoek wordt overhandigd.
De brochures zouden in de rekken op de Marktpleinen te vinden zijn. Tijdens het onderzoek hebben de onderzoekers de brochures daar niet aangetroffen. Ook komt de inhoud van de brochure soms niet overeen met de interne werkinstructies. De brochure bevat beperkte informatie over de gang van zaken tijdens het huisbezoek.
Er wordt in meerdere opzichten niet aan het vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking voldaan.
Werkwijze tijdens het huisbezoek
De kernvraag was of de dienst zich houdt aan de (wettelijke) vereisten voor het binnentreden en de werkwijze in het huis (zoals legitimeren, toestemming vragen voor kastenonderzoek en bejegening).
De Algemene wet op het binnentreden verplicht ambtenaren zonder
machtiging om zich te legitimeren voordat zij binnentreden. In vrijwel
alle rapportages is standaard opgenomen dat dit is gebeurd. Hetzelfde
geldt voor het vragen van toestemming om binnen te treden.
Er staat niet vast of de cliënt om medewerking wordt gevraagd voor het
(verdere) onderzoek van de woning. Uit de rapportages blijkt niet op
welke grond het noodzakelijk was om (verder) onderzoek in te stellen.
Een stappenplan met instructies - kern: wanneer is verder kijken
wel/niet nodig - is de ombudsman niet bekend.
De rapportages worden niet door de cliënt ondertekend of aan hem ter
lezing gegeven. Daarom is achteraf niet te achterhalen of er
overeenstemming tussen de dienst en de cliënt bestaat over wat zich
tijdens het huisbezoek heeft afgespeeld.
De rapportage wordt niet standaard met het besluit meegestuurd.
De onderzochte werkwijze voldoet niet aan de vereisten van huisrecht en privacy.
Besluitvorming na het huisbezoek
Kernvraag was of de rapportage aan de door de dienst zelf gestelde eisen voldoet, of het advies over toekenning of afwijzing van de bijstandsaanvraag logisch voortvloeit uit het feitencomplex (de beschrijving in de rapportage van wat de handhavers tijdens het huisbezoek hebben aangetroffen) en of het gemotiveerd is.
Een andere vraag was of het (afwijzings)besluit conform het advies is en of het gemotiveerd is. Ten slotte werd nagegaan of de belanghebbende is gehoord, met name als de dienst het voornemen heeft afwijzend op de bijstandsaanvraag te beslissen.
De rapportages over de huisbezoeken zijn zeer divers. De besluiten tot
toekenning of afwijzing van een bijstandsuitkering worden genomen op
basis van de rapportages van de handhavers. In het geval van
toekenning wordt slechts vermeld dat men recht op een
bijstandsuitkering heeft.
Bij een afwijzing wordt dit vaak zeer
summier gemotiveerd: 'Uw woonsituatie komt niet overeen met de
opgegeven situatie. Daarom krijgt u geen bijstandsuitkering.'
De cliënt moet dan raden wat tot deze constatering heeft geleid.
Uit geen van de onderzochte dossiers blijkt dat er wederhoor heeft plaatsgevonden. De dienst benadrukt dat horen niet wettelijk verplicht is. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan het bestuursorgaan het horen achterwege laten. Afwijking in voorkomende gevallen is dus mogelijk.
Gezien de gevolgen voor de aanvrager én de mogelijkheid die de wet
daartoe biedt, mag verwacht worden dat de cliënt de gelegenheid krijgt
zijn standpunt op toereikende wijze uiteen te zetten.
Bovendien kan de
aanvrager op grond van de uiterst beknopte motivering nauwelijks
gemotiveerd bezwaar maken. Hij weet immers niet op grond waarvan de
dienst oordeelt dat de geconstateerde situatie niet met de opgegeven
situatie overeenkomt.
Oordeel
De ombudsman oordeelt dat de gedragingen op alle drie onderzochte aspecten 'niet behoorlijk' zijn.
M.i. vooral naar aanleiding van het soort berichten zoals hiervoor vermeld, had de SP de vragen gesteld aan B. en W. zoals in het aanvangsbericht genoemd. Maar een rechtstreeks antwoord kwam er niet:
In plaats daarvan stuurde wethouder Marco Florijn een Memo met
achtergrondinformatie "zoals vastgesteld door de Raad". Dat Memo was
apart door drie ambtenaren gemaakt - in plaats van de SP-vragen te
beantwoorden! - t.b.v. de wethouder in verband met het feit dat de SP
bovengenoemde reeks vragen had gesteld... Deze info zou dan "volgens
afspraak" zijn gestuurd. Dat zou kunnen kloppen of niet; dat is niet
bekend. Bekend is wel dat m.i. de SP-vragen in feite NIET zijn
beantwoord, maar dat er een kluif wordt toegeworpen onder het motto: "Ga
daar eerst maar op kauwen" en als je dan nog vragen hebt, kom dan maar
terug... Zo, die hebben we ook weer afgepoeierd met veel papier, hoor je
de wethouder bijna denken...
Maar WAT stond er eigenlijk in dat Memo van
11/7/2006? Hieronder volgt de letterlijke tekst:
M E M O
Aan: Marco Florijn
Van: Jan Hoekstra, Wierd de Boer en André Krol
Datum: 11 juli 2006
Onderwerp: schriftelijke vragen over huisbezoeken
Kopie: Wilmar van Rijnsoever en Sieds Rienks
Inleiding
Aan het college van B & W zijn schriftelijke vragen gesteld over het
onderwerp huisbezoeken en huiszoekingen.
In dit memo wordt uitgelegd welke werkwijze door Sociale Zaken van
Leeuwarden op dit punt wordt gehanteerd.
In Leeuwarden is er sprake van een scheiding tussen controle en
opsporing. De opsporing wordt gedaan door Sociale Recherche Fryslân.
Dit is een samenwerkingsverband van 29 gemeenten in Friesland met
Leeuwarden als centrumgemeente.
De controle wordt binnen Sociale Zaken van Leeuwarden grotendeels
uitgevoerd door team Handhaving.
In de schriftelijke vragen gaat het om huisbezoeken en huiszoekingen.
Huisbezoeken zijn een controlemiddel en worden doorgaans door team
Handhaving uitgevoerd.
Hoogwaardig handhaven
De gemeente heeft hoogwaardig handhaving hoog in het vaandel staan.
Hoogwaardig handhavingsbeleid richt zich erop de spontane
nalevingbereidheid te bevorderen.
Wet- en regelgeving worden spontaan nageleefd als:
1. de betrokkene goed ge‹nformeerd is met betrekking tot de
regelgeving van de WWB;
2. de uitvoeringsorganisatie zo min mogelijk organisatorische of
procedurele drempels opwerpt;
3. de gevoelsmatige pakkans voldoende hoog is;
4. een opgelegde en uitgevoerde straf voldoende proportioneel en
afschrikwekkend is.
Het gaat erom de samenhang in deze vier elementen tot stand te brengen.
Bij het derde visie-element wordt het controle-op-maat principe
toegepast. Het controle-op-maat principe moet garant staan voor een
vroegtijdige detectie van fraudesignalen. Bij vroegtijdige detectie
treedt immers geen schade op en worden de cliënten ervoor behoed in een
strafrechttraject te komen.
In Leeuwarden is controle op maat uitgesplitst in signaalgestuurd en
risico gestuurd onderzoek.
Signaalsturing
Bij signaalsturing gaat het erom dat alle signalen die op misbruik of
oneigenlijk gebruik kunnen wijzen worden verzameld en adequaat worden
afgehandeld.
Daartoe is een fraudemeldpunt ingericht.
Alle signalen en tips worden daar verzameld. Het controle traject is
vervolgens zo ingericht dat onderzoeksmethoden in een zodanige volgorde
worden ingezet dat de privacy van klanten niet onnodig wordt aangetast.
Hieronder de achtereenvolgende onderzoeksstappen.
* ontvangst van signaal
* 1e beoordeling melding door de senior
* checken van uitkeringsadministratie en bevolkingsadministratie
* dossieronderzoek
* opvragen van gegevens bij instanties
* eventueel aantal waarnemingen na fiat van de
kwaliteitsmedewerker
* eventueel een huisbezoek indien fraudevermoedens nog niet zijn
weggenomen
* confrontatie met de cliënt
Tot zover de werkwijze die wordt gehanteerd bij een ontvangen fraudemelding.
Risicosturing
Niet iedereen hoeft dezelfde controle te krijgen. Hoe meer risico, hoe meer controle. Daar waar het verantwoord is blijft de controle minimaal. Controle en detectie kan niet uitsluitend administratief plaatsvinden. Daarom is in het verlengde van een administratief vooronderzoek voor bepaalde groepen inhoudelijke controle en gespreksvoering noodzakelijk om vast te stellen of de gepresenteerde papieren werkelijkheid ook inderdaad de feitelijke is.
Op dit moment kennen wij 2 vastgestelde risicoprofielen: kamerbewoners en dak- en thuislozen. Uit onderzoek was gebleken dat binnen deze groepen meer fraude voorkwam (ong. 15%) dan het gemiddelde (ong. 5%). Het frauderisico heeft bij deze groepen met name betrekking op het aspect woonsituatie. De gemeenteraad is er daarom mee akkoord gegaan dat deze groepen intensief gecontroleerd mogen worden.
Sociale Zaken is van oordeel dat cliënten die aan de criteria in het risicoprofiel voldoen - in beginsel - altijd voor een gesprek op de dienst moeten worden uitgenodigd en dat er een huisbezoek moet plaatsvinden als er sprake is van:
- aanvang bijstand;
- woon/leefmutaties;
- onderzoek rechtmatigheid.
De gedragscode met betrekking tot huisbezoeken staat in § 5.5 Schulinck. Dit is het gemeentelijk Handboek dat door de casemanagers wordt geraadpleegd.
In situaties waarin het denkbaar is dat de cliënt mogelijk nog aanpassingen aan zijn woonsituatie kan plegen wordt het huisbezoek niet van te voren aangekondigd. Het vindt zoveel mogelijk aansluitend op het gesprek op de dienst plaats. Dit om te voorkomen dat de belanghebbende de woonsituatie voor het huisbezoek "aanpast".
[Mag dat dan niet?! Voorbeeld: Twee personen wonen samen. Maar in feite
delen ze alleen maar het huis en degene die het huis niet huurt heeft in
feite een eigen kamer. Maar omdat er niks op papier geregeld is zegt de
soos dat ze samenwonen. De hoofdhuurder heeft een baantje, de ander
niet. Die andere persoon gaat naar de soos om een uitkering. En deze
twee personen zouden hun feitelijke situatie niet mogen formaliseren?
Dus dat de een een kamer gaat huren bij de ander - de hoofdhuurder - en
ook via de giro huur betaalt. En dat moet voorkomen worden?!
Men mag m.i. redeneren zoals ooit onze eerste penningmeester stelde toen
de overheid bepaalde regels wijzigde: "Als de overheid de vrijheid
neemt de regels te veranderen, neem ik de vrijheid om mijn woonsituatie
te veranderen", waarna hij enige zaken ging formaliseren op papier.
Alleen koeiekoppen denken dat hier sprake is van fraude: in
werkelijkheid gaat het om het recht om je woonsituatie anders in te
richten. Je bent niet verplicht je woonsituatie voor de eeuwigheid
gelijk te houden opdat de soos je kan korten of zelfs de uitkering
weigeren!
Het enige waar je aan moet denken is, dat je DAADWERKELIJK
niet alleen op papier, maar ook in de praktijk je situatie wijzigt: Huur
je nu op papier een kamer, zorg dan ook dat die kamer er echt is, dat er
wat spullen van je staan, wat papieren enz. en dat je een normale
huurprijs voldoet per bank of giro.
Maar u woonde gisteren nog samen?!
Ja dat klopt, maar vandaag niet meer en ik vraag vandaag bijstand aan,
niet gisteren. Dit zal ongetwijfeld op een 'njet' stuiten van de soos
m.b.t. een uitkering, maar dan is het m.i. tijd voor een bezwaarschrift
en de rechter er achteraan.]
In de jurisprudentie wordt het afleggen van een (on)aangekondigd
huisbezoek als een inbreuk op de privacy beschouwd. Naar het oordeel
van de gemeente Leeuwarden wordt de rechtvaardiging voor het houden van
een (on)aangekondigd huisbezoek bij risicovolle situaties ontleend aan
het belang van de samenleving dat de overheid controle uitoefent op de
naleving van de bijstandswet. Daarmee is de juridische grondslag gegeven
om medewerking te realiseren aan huisbezoeken.
Het werken met risicoprofielen maakt het mogelijk de controle
activiteiten van Sociale Zaken te beperken tot groepen cliënten, waarbij
uit ervaringscijfers is gebleken dat een meer dan gemiddelde kans op
fraude bestaat.
Het argument dat op deze wijze minder cliënten met controles behoeven te worden lastig gevallen was destijds voor de Gemeenteraad van Leeuwarden reden om in te stemmen met dit middel. Ten slotte wordt er regelmatig onderzoek gedaan of een risicoprofiel nog wel renderend is. Als het risicoprofiel niet meer rendeert wordt het afgeschaft.
In de eerste helft van 2006 zijn door ons team ruim 200 huisbezoeken afgelegd. Klachten van cliënten over de wijze van huisbezoeken hebben wij tot op heden nog niet ontvangen.
[Nee, natuurlijk komen er geen klachten: ten eerste zijn de meeste mensen bang en kennen hun rechten niet, ten tweede voelt men zich afhankelijk: per slot vraagt men om dringend noodzakelijk geld om te kunnen leven. Brengt een klacht de uitkering in gevaar? Je weet maar nooit...]
Sociale recherche
Binnen Sociale Recherche Fryslân zijn sociaal rechercheurs werkzaam. Aan
hen is opsporingsbevoegdheid verleend. Hun taak bestaat uitsluitend uit
het doen van opsporingsonderzoeken naar fraude met uitkeringen verstrekt
door Sociale Zaken en met een vermoedelijk fraudebedrag van meer dan EUR
6000. De door de sociaal rechercheur gebruikte opsporingsmethoden vallen
onder de verantwoordelijkheid van de Officier van Justitie.
In de schriftelijke vragen wordt gerept over huiszoekingen. Dit is een
zeer zware opsporingsmethode, die onder leiding van een rechter
commissaris moet plaats vinden. Binnen Sociale Recherche Fryslân wordt
deze opsporingsmethode niet gebruikt.
[Is het werkelijk? Daar geloof ik niets van: Dit gebeurt m.i. in teamverband met andere disciplines wel degelijk: Hele bouwplaats afgezet, op zoek naar o.a. bijstandsfraude - zwart werken bij koppelbaas - illegalen enz.]
Wel komt het voor dat een sociaal rechercheur overgaat tot de aanhouding (arrestatie) van een cliënt in de woning. Dit gebeurt altijd met een bevel tot aanhouding van de Officier van Justitie. Deze aanhoudingen worden doorgaans door de Politie verricht. De sociaal rechercheur moet voldoende bewijs voor de fraude hebben verzameld, voordat de Officier van Justitie een dergelijk bevel afgeeft. Bij een aanhouding wordt desnoods tegen de wil van de bewoner de woning betreden door opsporingsambtenaren en wordt vervolgens de verdachte overgebracht naar een politiebureau. Dit betekent een forse inbreuk in de privacy van burgers. Echter fraude met uitkeringen is een misdrijf en het Wetboek van Strafvordering schrijft voor op welke wijze het opsporingsonderzoek plaats vindt. Bij de aanhouding wordt de woning niet doorzocht.
Bijlage: Handboek Schulinck, beleid m.b.t. huisbezoeken.
Hoofdstuk 5. Verplichtingen en afstemming
§ 5.5. Medewerkingsplicht
3. Huisbezoek
In dit onderdeel komen achtereenvolgens aan de orde:
* 3.1. Inleiding
* 3.2. Gedragsregels huisbezoek
* 3.3. Aangekondigd huisbezoek
* 3.4. Onaangekondigd huisbezoek
3.1. Inleiding
Huisbezoeken kunnen zowel aangekondigd als onaangekondigd plaatsvinden.
Op grond van artikel 17 lid 2 WWB is een bijstandsgerechtigde verplicht
aan een huisbezoek mee te werken indien het huisbezoek redelijkerwijs
nodig is voor de uitvoering van de WWB (zie TK 2002-2003, 28 870, nr.
3, p. 47).
[Het punt is, dat het in de praktijk neerkomt op huiszoeking: Alles wordt overhoop gehaald. Natuurlijk wordt het even gevraagd of het wel
mag, maar nee zeggen is verdacht en kan je de uitkering kosten...
Een
ECHTE formele huiszoeking heeft althans op papier meer waarborgen...]
Het huisbezoek is één van de in aanmerking komende controlemiddelen.
[En dat is nu juist wat men steeds meer eventjes is vergeten: één van de middelen, niet HET middel...]
Voor al het overheidshandelen geldt dat het evenredig moet zijn in relatie tot de gestelde doelen. Dit geldt dus ook voor het huisbezoek als controlemiddel. Dit betekent dat in het algemeen verband moet bestaan tussen de aard van de te onderzoeken gegevens en de wijze waarop het onderzoek plaatsvindt. Het overleggen van giro-afschriften kan bijvoorbeeld evengoed op het kantoor van de sociale dienst. Andere gegevens kunnen beter worden gecontroleerd door een huisbezoek, bijvoorbeeld de woonsituatie. Het huisbezoek dus kan niet de standaardwijze van verificatie van gegevens zijn, maar als het nodig is, moet dit middel wel kunnen worden toegepast (vgl. ook TK 1993-1994, 22 454, nr. 48, p. 63).
[De huichelaars bij de gemeente Leeuwarden gebruiken het huisbezoek bij sommige groepen mensen wel degelijk als standaardwijze van verificatie van gegevens... Denk aan de risicoprofielen.]
Het afleggen van een huisbezoek is een verstrekkend controlemiddel. Om
die reden dient het college hiervan af te zien indien het beoogde doel
(de verificatie van bepaalde gegevens) op een voor belanghebbende
minder ingrijpende wijze kan worden bereikt. Dit noemt men ook wel het
subsidiariteitsbeginsel en speelt een belangrijke rol in het kader van
de bescherming van de privacy. Zie CRvB 03-09-2002, nr. 00/178 NABW
voor een voorbeeld waarin het college op grond hiervan niet gerechtigd
was tot het afleggen van een huisbezoek. Het betrof een geval waarin
belanghebbende in een andere gemeente stond ingeschreven dan waar zij
feitelijk woonde. Deze laatste gemeente stemde hiermee in en verleende
bijstand. Bij een heronderzoek wilde het college een huisbezoek
afleggen. Er was echter geen enkele aanwijzing dat de woonplaats van
belanghebbende was gewijzigd. Daarnaast had belanghebbende de nodige
schriftelijke bescheiden overgelegd waaruit bleek dat zij nog steeds
woonde in de gemeente van bijstandsverlening.
Een huisbezoek mag niet plaatsvinden tegen de wil van de
betrokkene/bewoner. Dat zou namelijk schending van het huisrecht
betekenen zoals dat is neergelegd in artikel 10 Grondwet. Het
binnentreden in een woning tegen de wil van de bewoner is alleen in
bepaalde gevallen en onder bepaalde voorwaarden mogelijk in het kader
van strafrechtelijke onderzoeken (artikel 12 Grondwet).
Hoewel de belanghebbende op grond van het huisrecht kan weigeren om een
huisbezoek toe te staan, betekent dit niet dat zo'n weigering geen
gevolgen heeft voor zijn uitkering. Zie verder onderdeel 4 van deze
paragraaf.
Algemene wet op het binnentreden van woningen
Bij het afleggen van huisbezoeken in het kader van de WWB is een aantal regels van toepassing uit de Algemene wet op het binnentreden van woningen (Stb. 1994, 572). Concreet gaat het om de volgende verplichtingen voor de ambtenaren die een huisbezoek uitvoeren:
* Het zich voorafgaand legitimeren (het college dient ambtenaren
daartoe legitimatiebewijzen te verstrekken).
* Het mededelen van het doel van het huisbezoek.
* Het voorafgaand aan het binnentreden daarvoor toestemming vragen
aan de bewoner.
[Dan zal dat rapport in beginsel door belanghebbende ook opvorderbaar moeten zijn.]
3.2. Gedragsregels huisbezoek
Neem bij het (on)aangekondigd afleggen van een huisbezoek naast
de regels uit de Algemene wet op het binnentreden van woningen
ook altijd de volgende gedragsregels in acht:
* Stel je zakelijke, correct en zorgvuldig op.
* Vermijd zoveel mogelijk het voeren van gesprekken aan de
voordeur.
* Stel alleen vragen die relevant zijn voor de bijstandsverlening
en laat niet-relevante vragen achterwege.
* Verzoek de belanghebbende om de rest van het huis te mogen zien
wanneer dat voor het onderzoek nodig is (denk aan de kamer van
de kostganger of onderhuurder).
* Bespreek de bevindingen van het huisbezoek indien mogelijk
direct met de belanghebbende.
* Deel de belanghebbende zo mogelijk direct de conclusie van het
huisbezoek mee.
3.3. Aangekondigd huisbezoek
In de volgende gevallen kan het zinvol of noodzakelijk zijn om een
aangekondigd huisbezoek af te leggen:
* De belanghebbende verzoekt om bijzondere bijstand voor de
kosten van woninginrichting of vervanging van duurzame
gebruiksgoederen. Door middel van het afleggen van een huisbezoek kan
beoordeeld worden of de opgevoerde kosten ook daadwerkelijk
noodzakelijk zijn.
* Het huisbezoek is noodzakelijk om redenen van medische of
sociale aard. Voorbeeld: de belanghebbende is fysiek niet in staat om
naar het kantoor van de GSD te komen.
Het aankondigen van het huisbezoek kan zowel telefonisch als
schriftelijk gebeuren.
3.4. Onaangekondigd huisbezoek
Het afleggen van een onaangekondigd huisbezoek is een zeer zwaar
verificatiemiddel. Het is daarom alleen toegestaan wanneer dit
redelijkerwijs noodzakelijk is. In het algemeen is een onaangekondigd
huisbezoek redelijkerwijs noodzakelijk wanneer er aanleiding bestaat om
te twijfelen aan de juistheid van door de belanghebbende verstrekte
inlichtingen omtrent de woonsituatie. Door het afleggen van een
huisbezoek kan dan ter plekke de feitelijke woonsituatie worden
beoordeeld. Het huisbezoek geschiedt onaangekondigd om te voorkomen dat
de belanghebbende de woonsituatie voor het huisbezoek 'aanpast'.
Voorbeelden van situaties waarin een onaangekondigd huisbezoek kan
plaatsvinden:
* Er is een sterk vermoeden dat de belanghebbende een
gezamenlijke huishouding voert, terwijl hij als alleenstaande of
alleenstaande ouder aangemerkt wenst te worden.
[Zie mijn eerdere voorbeeld met de partner zonder eigen inkomsten. Die partner is niet VERPLICHT om voor 50 procent van een gezinsuitkering ook naar de pijpen van de soos (b.v. dwangarbeid; werken met behoud van uitkering) te dansen! Ik kan mij voorstellen dat sommigen daar principi‰le bezwaren tegen hebben.]
* Er is een sterk vermoeden dat de belanghebbende (zwart) werkt, terwijl hij geen inkomsten uit arbeid vermeldt op het maandelijkse rechtmatigheidsonderzoeksformulier (ROF) of geen mutatieformulier instuurt.
[En daar denkt men bij iemand thuis de bewijzen te vinden?? Zwart betekent dat er geen stukje papier is... Bij het vermoeden van zwart werk is het eerder zo dat iemand dagelijks wordt gevolgd ihkv een onderzoek door de sociale rechterche om te zien waar hij werkt.]
* Er is een sterk vermoeden dat de belanghebbende zijn woonplaats in een andere gemeente heeft.
[Ja, wat heet elders wonen? Feitelijk elders wonen, zal hier zijn bedoeld, niet formeel zoals de GBA aangeeft. Hoeveel dagen per week elders? M.i. kunnen hier weer allerlei grenssituaties ontstaan.]
* De belanghebbende zegt (een kamer) te huren of te verhuren, doch kan geen huurcontract overleggen (idem bij kostgangers of kostgevers).
[Zegt ook niet alles: De verhuurder wil 'zwart' de huur hebben; huurder en verhuurder hebben een mondelinge huurovereenkomst (die op zich volgens het BW rechtsgeldig is!) enz.]
* De belanghebbende zegt (een kamer) te huren of te verhuren, doch overlegt een onduidelijk of zelfs dubieus huurcontract (idem bij kostgangers of kostgevers).
[Wat heet onduidelijk of dubieus? Niet iedereen is een halve jurist of weet dat Consumentenbond en Woonbond modelcontracten hebben die je bijna voor niets kunt bestellen.]
* De belanghebbende zegt (een kamer) te huren of te verhuren, doch kan geen betaalbewijs overleggen (idem bij kostgangers of kostgevers).
[Kan gaan om verhuurder die 'zwart' betaald wenst te krijgen. De huurder die klem zit qua onderdak verkeert vaak niet in een gelijkwaardige positie t.o.v. een verhuurder van kamers.]* Het betreft een aanvraag voor bijstand voor duurzame gebruiksgoederen en het college gebruikt het huisbezoek om een zo betrouwbaar en actueel mogelijk beeld te krijgen van de staat waarin de te vervangen goederen verkeren (zie CRvB 06-04-2004, nr. 01/4611 NABW).
Het afleggen van een onaangekondigd huisbezoek is niet in strijd met artikel 8 EVRM indien dit noodzakelijk is ter verificatie van de in het kader van de inlichtingenplicht van artikel 17 lid 1 WWB verstrekte gegevens. Er is in dat geval sprake van een gerechtvaardigde inbreuk van het recht op privacy (zie CRvB 28-09-1999, nr. 97/11877 ABW en CRvB 07-03-2005, nr. 02/3737 NABW).
[En als huisbezoek niet noodzakelijk is, is het WEL in strijd met artikel 8 EVRM. Aan de CRvB-uitspraken kan m.i. niet gekoppeld worden dat onaangekondigd huisbezoek altijd wel o.k. is en niet in strijd met artikel 8 EVRM. Hieronder een samenvatting van de genoemde meest recente jurisprudentie:
CRvB 07-03-2005, nr. 02/3737 NABW
Trefwoorden
gezamenlijke huishouding, (onaangekondigd) huisbezoek, weigering,
(geen) zeer dringende reden, rechtvaardigheidsgrond
Samenvatting
Twee sociaal rechercheurs hebben een onaangekondigd huisbezoek afgelegd
bij belanghebbende om duidelijkheid te verkrijgen over haar woonsituatie
en haar recht op uitkering. Belanghebbende heeft hierbij de sociaal
rechercheurs, ook nadat zij op de mogelijke gevolgen was gewezen,
geweigerd de bovenverdieping te laten zien. Het college heeft vervolgens
het recht op bijstand beëindigd omdat als gevolg van de weigering van
belanghebbende het recht op bijstand niet langer kan worden vastgesteld.
De CRvB overweegt dat een onaangekondigd huisbezoek een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 8 lid 1 EVRM en artikel 10 lid 1 Grondwet vormt en dat deze inbreuk, indien bijzondere omstandigheden van het geval dit noodzakelijk maken, gerechtvaardigd kan zijn op grond van artikel 8 lid 2 EVRM terwijl ook artikel 10 lid 1 Grondwet zich daartegen niet verzet.
(Dus: Hoofdregel is: Een onaangekondigd huisbezoek is WEL DEGELIJK in strijd met artikel 8 EVRM en artikel 10 lid 1 van de Grondwet. De inbreuk mag ALLEEN als er bijzondere omstandigheden zijn. Het kwam in dit geval neer op een ex-partner zonder GBA-adres die daar nog regelmatig over de vloer kwam.)
De CRvB ziet in de omstandigheden voldoende grond om een toereikende basis voor een onaangekondigd huisbezoek aanwezig te achten. De CRvB overweegt dat alleen een zeer dringende reden die aan de onmiddellijke uitvoering van een - onaangekondigd - huisbezoek in de weg staat, een rechtvaardigingsgrond oplevert voor het verlenen van de vereiste medewerking. Er is in casu geen zeer dringende reden die een rechtvaardigingsgrond oplevert voor het niet toelaten van de sociaal rechercheurs tot de bovenverdieping." Einde citaat.]
Het fenomeen 'huisbezoek' beperkt zich niet alleen tot de bijstandsuitkering, maar breidt zich als een olievlek uit: Ook alleenstaande bejaarden worden nu al lastig gevallen en geïntimideerd, door lieden van de Sociale Verzekerings Bank die de AOW moet betalen. Hieronder de tekst van (vermoedelijk) een persbericht van de ANBO, een van de ouderenbonden:
Woensdag, 09.08.2006, 02:57pm (GMT2)
De Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen (ANBO) krijgt veel telefoontjes, brieven en e-mails van verontruste alleenstaande AOW-ers. Aanleiding is het onaangekondigde huisbezoek van medewerkers van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) om te controleren of de 65-plusser alleen woont. De ouderen voelen zich overvallen en zijn huiverig om vreemden, met of zonder legitimatie, binnen te laten. Anderen kunnen hier immers misbruik van maken en veel ouderen vragen zich af hoe je kunt zien of het een geldig legitimatiebewijs is. Ook is er een groep ouderen die zich in hun persoonlijke vrijheid aangetast voelen: "helaas ben ik niet in de situatie om te zeggen hou het geld maar".
De SVB heeft klanten via haar informatieblad onlangs laten weten dat alleenwonende AOW-ers en Anw-ers de komende maanden onverwacht bezoek kunnen krijgen van een medewerker van de SVB. Niet iedereen krijgt bezoek, want het gaat om een steekproef om te controleren of de alleenstaande ouderen alleen wonen. De SVB-controleur belt onverwacht aan, laat een legitimatiebewijs zien en legt uit waarvoor hij komt. De alleenstaande ouderen zijn niet verplicht om de controleur binnen te laten, maar bij weigering kan dat gevolgen hebben voor het AOW-pensioen of de nabestaandenuitkering Anw. Eenmaal binnen stelt de controleur vragen over de woonsituatie. Hij kan ook vragen of hij de woning verder mag bezichtigen.
Ouderenbond ANBO pleit ervoor de controle op fraude bij alleenstaande AOW-ers op een andere manier te regelen dan door onverwachte huisbezoeken: "Het middel staat niet in verhouding tot de maatsschappelijke wens om fraude te voorkomen. Er zijn voldoende alternatieven, zoals uitnodigen voor een gesprek, aankondigen dat er op een bepaalde datum een SVB-medewerker langs komt, controle via de Belastingdienst of de GBA (Gemeentelijke Basis Administratie). Ook bij energie- en waterbedrijven kan informatie worden ingewonnen," aldus de bond.
Nederland telt 1.036.768 alleenstaanden die een AOW-pensioen ontvangen. Vorig jaar stelde de SVB vast dat 180 AOW-ers bewust hadden gefraudeerd en bijvoorbeeld hadden verzwegen dat ze samenwonen. Het aantal boetes dat ouderen voor fraude kregen opgelegd was gedaald van 2730 in 2004 naar 2547 in 2005.
Inmiddels heeft het SP-Kamerlid Jan de Wit, zelf tevens advocaat, hierover het nodige opgemerkt, zo medio augustus 2006:
De SP hekelt de onaangekondigde controles bij alleenstaande AOW'ers door de Sociale Verzekeringsbank (SVB), die nagaat of de ouderen daadwerkelijk alleen wonen. Volgens Kamerlid De Wit is het aantal fraudegevallen 'heel erg klein' en hebben de huisbezoeken daarom totaal geen zin. 'Dit is onrust veroorzakende controlegekte die meer kost dan oplevert', stelt hij. 'Ouderen wordt door verschillende organisaties aangeraden om vreemden, met of zonder legitimatie, niet binnen te laten omdat er nogal wat diefstallen en aanrandingen zijn geweest door mensen die zich naar binnen hebben gepraat. De onrust die deze huisbezoeken opleveren staan in geen verhouding tot het doel van fraudebestrijding.'
SP
Net als voor 75 bijstandsgerechtigden wil de Amsterdamse advocaat R.P. Kuijper ook een rechtszaak beginnen om de huisbezoeken bij AOW-ers te stoppen:
Bron: (FNV)
10 augustus 2006 - Er komt een collectieve rechtszaak om de controlerende huisbezoeken bij AOW-ers en ANW-ers te beëindigen. Advocaat R.P. Kuijper wil zo'n rechtszaak organiseren, zo liet hij vandaag weten naar aanleiding van signalen van de ANBO over onrust onder ouderen.
Naast een verbod op huisbezoeken, wil de advocaat ook dat beslissingen die zijn genomen op basis van huisbezoeken worden teruggedraaid. Verder moet er een schadevergoeding komen. Betrokkenen kunnen kosteloos aan de rechtszaak meedoen.
Kuijper heeft eerder al het initiatief genomen voor een collectieve rechtszaak van 75 bijstandsgerechtigden, die eisen dat de huisbezoeken door de sociale dienst worden gestopt. Deze zaak wordt op 15 september behandeld in de arrondissementsrechtbank in Den Haag. Het is de bedoeling dat de zaak rond de AOW/ANW kort daarna wordt aangespannen, zodat rekening kan worden gehouden met de uitslag van de zaak rond de bijstand.
Advocatenkantoor R.P.Kuijper,
Amsterdam: www.kuijperadvocaten.nl
Even na alle achtergrondinformatie, terug naar de vragen van de SP-fractie Leeuwarden en het B. en W. antwoord. De Leeuwarder Courant van maandag 21/8/2006 berichtte daarover het volgende:
LEEUWARDEN - Leeuwarden en twintig andere gemeenten moeten stoppen met onaangekondigde huisbezoeken bij bijstandsgerechtigden. Dit eist SP-raadslid Farshad Bashir samen met tientallen anderen bij de rechtbank in Den Haag. Zij vinden dat de persoonlijke levenssfeer onnodig wordt aangetast door de bezoeken.
[De zaak zou gaan om twee artikelen: Eentje uit het EVRM, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en een artikel uit de Grondwet:
Artikel 8 van het EVRM:
Recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven
1. Een ieder heeft recht op respect voor zijn privé leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie.
2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.
Artikel 10 (lid 1) van de Grondwet:
Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer.
Nu is het allemaal niet zo sterk, want als in een wet staat dat je altijd wel onverwachte huisbezoeken mag afleggen bij mensen in de bijstand en je wijst op de grondwet artikel 10 zoals hierboven, dan heet het weer dat de rechter wetten niet mag toetsen aan de Grondwet. Hij mag echter wetten wel toetsen aan internationale verdragen en wetten die Nederland heeft onderschreven. Overigens vraag ik me af of de rechter wellicht nog wel een Verordening of Beleidsregel mag toetsen aan de Grondwet.]
"In Leeuwarden valt het nog mee, maar in steeds meer plaatsen belt de
gemeente onaangekondigd aan bij mensen met een uitkering", zegt Bashir.
"Ze voelen zich dan wel verplicht de controleurs binnen te laten, uit
angst dat ze hun uitkering anders sowieso kwijtraken."
[Die angst is ook terecht: Weiger je de toegang, dan heet het dat zij het recht op een uitkering niet vast kunnen stellen, hoewel er wel andere, administratieve manieren zijn om dat recht vast te stellen: de trend is tegenwoordig om net te doen alsof een huisbezoek de enig mogelijke manier is. Wordt je uitkering ingetrokken omdat je onverwacht huisbezoek weigerde, neem dan onmiddellijk contact op met een advocaat en vraag meteen opnieuw een uitkering aan.]
"We kennen verhalen waarbij dan de tandenborstels worden geteld en het wasgoed wordt gecontroleerd." De controles zijn meestal bedoeld om stiekeme samenwoners te ontmaskeren.
[Het is en blijft precies Orwell's 'sex-crime' in zijn boek '1984'. Het
boek had beter '2006' kunnen heten... En dan nog iets: Een
alleenstaande heeft een bijstandsuitkering maar gaat samenwonen met
iemand zonder eigen inkomsten. Degene met bijstand geeft dit niet op bij
de soos, want dat samenwonen moet eerst maar eens een tijdje goed
gaan... Een op zich m.i. begrijpelijke gedachte. Er volgt huisbezoek
omdat bijvoorbeeld de buren of zijn familie hem/haar aangaven bij de
soos (ja, zo gaat dat meestal; soms is het zelfs een van de eigen elders
wonende kinderen...) en betrokkene heeft 'samenwonersfraude' gepleegd of
hoe je het wilt noemen.
Maar wat is eigenlijk zijn/haar voordeel
geweest?! Volgens mij is het van tweeën één: ofwel hij/zij had samen met
de ander recht op een gezinsuitkering ofwel hij/zij had recht op een
alleenstaandenuitkering als hij/zij NIET samenwoont.
Natuurlijk wordt
het gespeeld op 'niet nakomen inlichtingenverplichting' maar doe je dat
in dit geval netjes WEL, dan volgt een 'heronderzoek' en heet het: u
woont dus samen; u zegt het zelf en DUS trekken we uw uitkering in of
korten uw uitkering hangende het heronderzoek naar o.a. eigen inkomsten
van de partner, die in dit geval geen inkomsten heeft en dus niks met de
soos te maken heeft en ook geen 50 procent gezinsuitkering bijstand
wenst. Bovendien: hoe zou je moeten aantonen dat je iets NIET hebt,
namelijk eigen inkomsten?!]
De SP heeft de kwestie al eens aan de orde gesteld in Leeuwarden. Volgens burgemeester en wethouders worden per jaar zo'n tweehonderd huisbezoeken afgelegd. De gemeente gaat vaak langs bij mensen vlak nadat er een gesprek met hen op het stadskantoor is gevoerd.
[Dit was wel bekend, ook uit andere plaatsen: men wenst meteen na afloop van zo'n gesprek met je mee te gaan naar je huis of kamer... Je kunt dus maar het beste voordat je een bijstandsuitkering aanvraagt, je zaken thuis op orde hebben: zelfs een kinderbedje voor het kleine kind van de dochter die soms met kind samen langs komt, kan al verdacht zijn...]
Huisbezoeken vinden vooral plaats bij kamerbewoners, thuislozen en andere mensen met een verhoogd risico op fraude. Huiszoekingen worden alleen gedaan door de sociale recherche.
[Hoe je bij een thuisloze huisbezoek kunt afleggen, ontgaat me nog
steeds... Bedoeld wordt hier dat de gemeente Leeuwarden zogenoemde
'risicoprofielen' heeft gemaakt voor kamerbewoners en voor dak- en
thuislozen. Zie de links boven het eerste bericht naar enige artikelen
daarover.
Het komt er op neer, dat als ik een bijstandsuitkering
aanvraag en een woning bewoon of ga betrekken, ik niet op voorhand zo
verdacht ben dat de soos meteen een huisbezoek wil afleggen ter
controle, maar als ik een kamer bewoon of ga betrekken, mijn intenties
op slag veranderen en ik per definitie zo verdacht ben, dat de soos
altijd meteen op huisbezoek wil komen. Maar ik ben nog steeds dezelfde
persoon, maar in hun ogen niet meer... Ik vind dit discriminatie op
woonvorm. En wat de statistieken zeggen heb ik ook niets mee nodig:
als alle kamerbewoners de soos flessen en ik wordt kamerbewoner, ga ik
DUS de soos ook flessen of neemt het risico toe dat IK de soos ga
flessen omdat de rest dat ook doet?! Dacht het niet. Dat risico is
individueel bepaald en hangt van mij af en van niets of nioemand
anders. Dat dat zogenaamd niet zo zou zijn is de smeerlapperij en
etiketjeplakkerij op mensen van de leeuwarder risicoprofielen.]
Landelijk hebben vele getroffenen en activisten elkaar nu gevonden. Hun verzet wordt geleid door advocaat Robert Kuijper, die ook actie voert tegen huisbezoeken bij AOW-ers.
De zitting is op 15 september. De eisers baseren zich op de Nederandse en Europese grondwet, waarin de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer is vastgelegd.
[Dacht dat wij samen met de Fransen de Europese Grondwet in meerderheid hadden verworpen... Bedoeld is hier de Nederlandse Grondwet en het EVRM.]
Ook de Leeuwarder Cliëntenraad Werk en Inkomen heeft zich via een e-mail aan het advocatenkantoor solidair verklaard met het aanspannen van een procedure tegen de onaangekondigde huisbezoeken. Hieronder volgt de letterlijke tekst van hun brief:
Van : Cliëntenraad Werk en Inkomen gemeente Leeuwarden.
Datum : 20 augustus '06
Geachte heer/mevrouw,
Hierbij deelt de Cliëntenraad Werk en Inkomen Leeuwarden u namens alle deelnemende organisaties en individuele leden mee, dat zij zich solidair verklaart met uw 'class action' kort geding procedure "Recht in beeld" inzake de vraag naar rechtmatigheid van onaangekondigde huisbezoeken, b.v. na een eerste bijstandsaanvraag, door de Sociale Dienst en de wijze waarop in de praktijk aan deze huisbezoeken (soms) uitvoering wordt gegeven.
In Leeuwarden is standaard een huisbezoek afleggen bij elke nieuwe bijstandsaanvrager nog geen praktijk. Wel wordt hier gewerkt met de z.g. risicoprofielen voornamelijk voor kamerbewoners en voor dak en thuislozen.
Namens de Cliëntenraad de voorzitter, J. W. Hengst.
Dat nu Leeuwarden ook wordt genoemd bij de rechtszaak die op 15 september in Den Haag speelt, zint kennelijk wethouder Marco Florijn maar niks, hoewel het me niet duidelijk is HOE Leeuwarden dan nu ook in de rechtszaak zou zijn betrokken. Het LC-bericht van 21/8/06 wekt de indruk dat het gaat om een soort algemene eis: stop de onverwachte huisbezoeken. Maar hoe het nu precies zit? Niet goed te achterhalen zonder de exacte tekst van de dagvaarding. Uit de Leeuwarder Courant van dinsdag 22/8/2006:
LEEUWARDEN - De Leeuwarder wethouder Marco Florijn (PvdA) verbaast zich erover dat zijn gemeente voor de rechter wordt gedaagd vanwege onaangekondigde huisbezoeken bij bijstandsgerechtigden. Een groep activisten, onder wie het SP-raadslid Farshad Bashir, vindt dat Leeuwarden en twintig andere gemeenten daarmee de privacy van bewoners schenden. "Maar Leeuwarden is hierin juist ontzettend zorgvuldig", aldus Florijn.
[Mooi niet: Zolang een ieder die dakloos is of op een kamer woont of gaat wonen nog standaard wordt vereerd met een bezoek ter plekke, liefst meteen na afloop van zijn of haar gesprek met de soos over een bijstandsaanvraag, kan ik dat niet zorgvuldig noemen, maar discriminatie op woonvorm. Ik zal zeggen hoe u woont en daarmee of u te vertrouwen bent of niet...]
Volgens hem onderscheidt de handelwijze van Leeuwarden zich sterk van die in Amsterdam. waar de actievoerders hun toorn voornamelijk op hebben gericht. "In Amsterdam gaan ze willekeurig bij bijstandsgerechtigden op bezoek. Bij ons gebeurt dat vooral bij vastgestelde risicogroepen."
[Oh, gelukkig maar: de risicogroepen zijn 'vastgesteld'. Ik zat er al over in dat het ging om 'zomaar' bedachte risicogroepen... Er zijn meer regimes geweest die risicogroepen hadden vastgesteld... Die regimes zijn gelukkig verdwenen. Eigenlijk is Leeuwarden erger dan Amsterdam: Heet het dat de soos daar willekeurig eens binnenwandelt, in Leeuwarden hebben ze daar systeem in aangebracht door "groepen" collectief als op voorhand verdacht te bestempelen...]
Daartoe moeten met name kamerbewoners en dak- en thuislozen worden gerekend. Alleen als er zware verdenkingen van bijstandsfraude zijn, zet Leeuwarden de sociale recherche in.
[Maar Leeuwarden zet standaard kontroleurs van de soos in tegen mensen die een bijstandsuitkering aanvragen en stellen dat ze ofwel dakloos zijn ofwel op een kamer wonen. En dan volgen er ook huisbezoeken hoewel ik nog steeds niet inzie hoe dat kan als je dakloos bent. Gaat de soos dan onder de brug kijken??]
Daar komt volgens Florijn bij dat Amsterdam bij de bezoeken en huiszoekingen "nogal grof" te werk gaat. "Zaken als het controleren van wasgoed zijn in Leeuwarden absoluut niet aan de orde."
[De wethouder kan mooi weer blijven spelen omdat men hier stuk voor stuk te schijterig is om ervaringen met huisbezoeken te melden. Bijvoorbeeld bij het PEL.]
Gemeenten werken de onaangekondigde bezoeken meestal af om uit te zoeken of bijstandsgerechtigden wellicht inwonen bij een persoon met een inkomen. In Leeuwarden gebeurt dat jaarlijks zo'n driehonderd keer. Sociale rechercheurs moeten zich aan de deur altijd legitimeren en de reden van hun bezoek melden.
[Is het heus? Hoe bijzonder... En wat dan nog? Dan hebben ze zich gelegitimeerd en dan hebben ze gemeld dat ze op huisbezoek komen. Daar gaat het helemaal niet om: het gaat om het feit DAT ze op huisbezoek komen.]
Dan nog zijn de mensen niet verplicht hen binnen te laten.
[Wie hen niet binnen laat heeft iets te verbergen nietwaar? En is zijn uitkering kwijt, want dan heet het dat de soos het recht op uitkering niet vast kan stellen... M.a.w.: dat je hen niet hoeft binnen te laten heeft in de praktijk weinig betekenis.]
Leeuwarden stelde zijn bezoekbeleid in 2000 op, samen met Tilburg en Apeldoorn. Vanaf 2002 is daaraan niet meer gesleuteld. Het frappeert Florijn dat er nu ophef over is ontstaan. "Het loopt goed. We hebben er nooit eerder klachten over gehad. Ik had er liever met Bashir in de gemeenteraad over gesproken, dan dat het meteen naar de rechter gaat."
[Het loopt vast goed: voor de soos dan wel te verstaan: geen protest, geen verzet, iedereen bang... En wat wil de wethouder nu met zijn Raad? De SP mocht hem niet eens interpelleren in de raadsvergadering over de afschaffing van de Activeringspremie... Kortom: beetje dubbelhartig nu, deze opmerking.]
Tenslotte: M.i. zijn de leeuwarder SP-vragen over de huisbezoeken niet
echt beantwoord en voor wat betreft het proces tegen de
onaangekondigde huisbezoeken: Naar verluidt begint dat proces op 15
september a.s. voor de rechtbank in Den Haag.
De website van de advocaten die dit doen: http://www.kuijperadvocaten.nl
UPDATE 4/10/2006: Hoe liep dat nu af met die rechtszaak in Den Haag? M.i. vormt de uitspraak voer voor juristen. Van internet gevist:
’s-Gravenhage, 4 oktober 2006 – De voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage heeft uitspraak gedaan in het kort geding dat 79 personen hadden aangespannen tegen de Staat en diverse gemeenten, waaronder de gemeenten Amsterdam, ’s-Gravenhage, Utrecht en Rotterdam. Het kort geding betrof (onaangekondigde) huisbezoeken die de gemeenten afleggen bij personen die een bijstandsuitkering ontvangen of aanvragen. De eisers vorderden onder meer een verbod op die huisbezoeken en een schadevergoeding van € 2.000,-- per persoon.
De voorzieningenrechter is tot de conclusie gekomen dat de eisers deels niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen en dat deze vorderingen deels niet toewijsbaar zijn. Hij heeft daarom de gevraagde voorzieningen geweigerd.
Anders dan de eisers is de voorzieningenrechter in het bijzonder van oordeel dat er voor de huisbezoeken een wettelijke basis bestaat, die wordt gevormd door de artikelen 17 en 53a van de Wet werk en bijstand. Verder heeft hij onder meer overwogen dat er, kort gezegd, voldoende (bestuursrechtelijke) rechtsbescherming bestaat voor personen die nadelige gevolgen zouden hebben ondervonden van de huisbezoeken. Daarom is voor een maatregel in een civiel kort geding geen plaats.
Einde van het bericht.Artikel 17 - Inlichtingenplicht
Actuele tekst
1. De belanghebbende doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op zijn arbeidsinschakeling of het recht op bijstand.
2. De belanghebbende is verplicht aan het college desgevraagd de medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van deze wet.
3. Het college stelt bij de uitvoering van deze wet de identiteit van de belanghebbende vast aan de hand van een document als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder 1° tot en met 3°, van de Wet op de identificatieplicht.
4. Een ieder is verplicht aan het college desgevraagd een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht terstond ter inzage te verstrekken, voorzover dit redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van deze wet.
Artikel 53a - Verstrekking en onderzoek gegevens
Actuele tekst
1. Onverminderd artikel 28, tweede en derde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, bepaalt het college welke gegevens ten behoeve van de verlening van bijstand dan wel de voortzetting daarvan door de belanghebbende in ieder geval worden verstrekt en welke bewijsstukken worden overgelegd, alsmede de wijze en het tijdstip waarop de verstrekking van gegevens plaatsvindt.
2. Het college is bevoegd onderzoek in te stellen naar de juistheid en volledigheid van de verstrekte gegevens en zonodig naar andere gegevens die noodzakelijk zijn voor de verlening dan wel de voortzetting van bijstand. Indien het onderzoek daartoe aanleiding geeft kan het college besluiten tot herziening van de bijstand.
Dit artikel treedt, voor zover het betreft zelfstandigen als bedoeld in artikel 7 Invoeringswet WWB, in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Volgens het Amsterdamse werklozenblad MUG reageerde Piet van der Lende van de Amsterdamse Bijstandsbond laconiek op het nieuws en stelde:
"Er is met deze uitspraak geen man overboord. De procedures bij de bestuurlijke rechter gaan gewoon door. Binnenkort dient de eerste zaak bij de Centrale Raad van Beroep over een aanvrager van een uitkering die een huisbezoek heeft geweigerd. Dit is een vrij zuivere zaak, waarin de Centrale Raad hopelijk haar mening zal geven wat geldt voor mensen met een lopende uitkering." Einde citaat.
En er zijn meer uitspraken: zoals de uitspraak van de rechter in onderstaande zaak.Trefwoorden
inlichtingenplicht, onaangekondigd huisbezoek, inbreuk op de persoonlijke levenssfeer, onrechtmatig verkregen bewijs
Samenvatting
Het college heeft het recht op bijstand ingetrokken omdat belanghebbende zijn inlichtingenplicht heeft geschonden door geen melding te maken van de tijdens een (onaangekondigd) huisbezoek aangetroffen softdrugs en de inkomsten uit de handel in deze drugs.
De rechtbank oordeelt ten aanzien van de rechtmatigheid van het huisbezoek dat een onaangekondigd huisbezoek ter vaststelling of het recht op uitkering bestaat een inbreuk vormt op de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 8 lid 1 EVRM en artikel 10 lid 1 Grondwet.
Indien de bijzondere omstandigheden van het geval dit noodzakelijk maken, kan deze inbreuk echter gerechtvaardigd zijn op grond van artikel 8 lid 2 EVRM, terwijl ook artikel 10 lid 1 Grondwet zich daartegen niet verzet (zie CRvB 07-03-2005, nr. 02/3737 NABW).
De rechtbank constateert dat de jurisprudentie van de CRvB met betrekking tot onaangekondigde huisbezoeken in het algemeen betrekking heeft op noodzakelijk te achten huisbezoeken. Hierbij concludeert de rechtbank dat het begrip “noodzakelijk” duidt op de situaties waarin een specifieke aanleiding bestaat voor de inzet van het middel van huisbezoek.
Die aanleiding kan bestaan uit aanwijzingen omtrent mogelijke (verzwegen) omstandigheden die relevant zijn voor het vaststellen van het recht. In casu is er sprake van “niet-noodzakelijke” huisbezoeken, waarin er geen bijzondere aanleiding was om juist de woning van belanghebbende te bezoeken.
De rechtbank oordeelt dat niet is gebleken van een objectieve grond om te twijfelen aan de woonsituatie noch van bijzondere omstandigheden die de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van belanghebbende noodzakelijk maakten of rechtvaardigden. Voorts acht de rechtbank ondubbelzinnige toestemming van de belanghebbende om de woning te betreden zodanig noodzakelijk en van wezenlijk belang dat daarover geen misverstand mag bestaan. Hetzelfde geldt voor de bekendheid van belanghebbende met de gevolgen bij weigering die toestemming te verlenen. De rechtbank concludeert dat de tijdens het huisbezoek aangetroffen bewijsmiddelen door het college zijn verkregen op een wijze die zodanig indruist tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht dat dit gebruik onder alle omstandigheden ontoelaatbaar moet worden geacht.
Noot
In deze zaak moet de rechtbank twee wezenlijke vragen beantwoorden.
[Het lasatste betekent dat onaangekondigde huisbezoeken louter vanwege het feit dat men tot "een risicoprofiel" wordt gerekend ook niet mag! Opm. secr. PEL]
Ten tweede gaat het hier om de toelaatbaarheid van het bij het onaangekondigde huisbezoek verkregen bewijs. Bij het huisbezoek was belanghebbende onder invloed van marihuana en verklaarde sedert 2003 te handelen in softdrugs. Nu het huisbezoek als zodanig niet door de beugel kon, moet de vraag beantwoord worden of de bij dit huisbezoek verkregen informatie wel mag worden gebruikt.
In het strafrecht wordt dan gesproken van onrechtmatig verkregen bewijs. Dergelijk bewijs mag niet in een strafproces worden gebruikt. ln het bestuursrecht ontbreekt een algemene regeling van het bewijsrecht. Dat wil echter niet zeggen dat bewijzen in het bestuursrecht normloos is. De verdeling van de bewijslast, bewijsmiddelen en bewijswaardering is primair overgelaten aan de rechter (vrije bewijsleer). De bestuursrechter velt een eigen oordeel over de rechtmatigheid en de toelaatbaarheid van het bewijs. In het bestuursrecht wordt de beoordeling ten aanzien van de bewijsvoering beheerst door de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
Het gebruik van bewijsmiddelen is volgens vaste rechtspraak slechts dan niet toegestaan indien deze zijn verkregen op een wijze die zozeer indruist tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht, dat gebruik onder alle omstandigheden ontoelaatbaar moet worden geacht. In de praktijk oordeelt de CRvB niet snel dat dit het geval is (zie bijvoorbeeld CRvB 03-01-2006, nr. 04/2827 NABW en CRvB 13-01-2004, nr. 01/2690 NABW, waarin de CRvB geen betekenis hechtte aan het feit dat de auto van belanghebbende zonder toestemming van de Officier van Justitie was doorzocht, respectievelijk aan het feit dat de zoon van belanghebbende niet was gewezen op zijn verschoningsrecht.) De Hoge Raad is mogelijk iets strenger dan de CRvB (zie HR 12-03-1997, nr. 30478 (gepubliceerd in FED 1997, 621), waarin het feit dat bepaalde stukken waren verkregen door middel van schending van het (afgeleid) verschoningsrecht, maakte dat zij ook in een fiscaalrechtelijke procedure niet meer mochten worden gebruikt).
De rechtbank constateert dat het huisbezoek in strijd was met het recht op privacy en dat deze inbreuk niet gerechtvaardigd was en voorts dat er ook geen ondubbelzinnig duidelijke toestemming was verleend om de woning te betreden. Daarmee komt de rechtbank tot het oordeel dat deze bewijsmiddelen zijn verkregen op een wijze die zozeer indruist tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht, dat dit gebruik onder alle omstandigheden ontoelaatbaar moet worden geacht.
In tegenstelling tot het oordeel van de rechtbank zou ik verwachten dat hiervan in het onderhavige geval geen sprake is, gezien de (vele) voorbeelden uit de jurisprudentie van de CRvB waarin het gebruik van ‘onrechtmatig verkregen’ bewijs werd toegestaan (waaronder de hierboven genoemde uitspraken CRvB 03-01-2006, nr. 04/2827 NABW en CRvB 13-01-2004, nr. 01/2690 NABW).
Naar mijn mening zou dit anders zijn als er in een soortgelijk geval ondanks een uitdrukkelijke weigering van belanghebbende, een huisbezoek heeft plaatsgevonden.
De rechtbank geeft echt ook aan dat als zij in dit geval het bewijs niet had uitgesloten, het recht op eerbieding van de persoonlijke levensfeer voor belanghebbende een loze letter zou zijn. Ook daar wil ik een kanttekening bij plaatsen. Het recht op privacy brengt immers in mee dat een belanghebbende kan weigeren mee te werken aan een steekproefsgewijs huisbezoek zonder dat hem vervolgens een schending van zijn medewerkings- en/of inlichtingenplicht ingevolge artikel 17 WWB kan worden tegengeworpen.
[Dat laatste betekent m.i. dat men een huisbezoek wat de soos zonder nadere reden of vermoeden van fraude wil afleggen, louter om - al dan niet op basis van een 'risicoprofiel' - steekproefsgewijze controle te houden, kan weigeren zonder dat hij/zij in strijd handelt met dat artikel 17 van de WWB. Opm. secr. PEL.]
Einde artikel over uitspraak Rechtbank Amsterdam d.d. 7/9/2006. Commentaar tussen blokhaken. [].