We schreven onlangs:
"Diverse malen bereiken ons klachten over het feitelijk functioneren van
de Sociale Dienst van de gemeente Leeuwarden. Vaak komt het neer op een
krakkemikkige werkwijze, zich niet aan de procedures houden, onheuse
bejegening van mensen ed."
Opnieuw treffen wij hierover een verhaal aan in de krant, deze maal in
de vorm van een interview met een zekere mevrouw Jasper. Uit de
Leeuwarder Courant van do. 18/4/2002:
LEEUWARDEN - "Je moet haast een deskundige zijn om te krijgen waar je
recht op hebt. Alles is langdurig en ingewikkeld bij sociale zaken van
de gemeente Leeuwarden. Er gaat zoveel mis."
Susan Jasper uit
Huizum-West kan een waslijst aan klachten opnoemen over de
gemeentedienst. Ze is doodmoe van een jarenlange strijd voor haar recht.
"Neem nou dit verweerschrift van de gemeente", wijst Jasper. "Hij is aan mij gericht en gaat over mij, maar er wordt een heel andere naam in genoemd. En bovendien zit er een overzicht bij met de bewoners die eerder in mijn huis hebben gewoond. Zelfs hun overlijdensdatum staat erbij. Dit kan toch niet?"
Haar uitkering van het GAK leverde nooit problemen op. Maar daarnaast
heeft Jasper recht op aanvullingen van de gemeentelijke dienst sociale
zaken.
"Toen ik nog in Drachten woonde ging dat prima. Maar nadat ik
twee jaar geleden naar Leeuwarden verhuisde, begon de ellende."
Jasper vroeg de extra bijstand aan voor aanschaf van een bril, oordoppen
en een bezoek aan een alternatieve arts. Ze maakt ook gebruik van een
regeling die een bezoek aan bijvoorbeeld de schouwburg of sauna mogelijk
maakt voor mensen met een uitkering.
[Het eerste gaat om individuele bijzondere bijstand, het tweede gaat om
de Deklaratieregeling Minima. Niet alleen mensen met een
bijstandsuitkering, maar iedereen met een laag inkomen kan in principe
gebruik maken van de bijzondere bijstand. Deze heeft echter een
bijzonder gecompliceerde draagkrachtregeling om te bepalen welk deel van
de kosten gezien je inkomen je geacht wordt zelf te kunnen betalen en
welk deel niet.]
"Het duurt eerst al maanden voor je antwoord krijgt op je aanvraag. En
daarna blijkt dat er van alles fout gaat." Zo geeft haar GAK-uitkering
recht op bijstand bijzondere kosten, maar Jasper moest eerst een lange
bezwarenprocedure voeren voor de gemeente hiermee akkoord ging.
[Om misverstanden te voorkomen: E.e.a. heeft niets van doen met wel of
geen GAK-uitkering hebben maar *alles* van doen met de hoogte van de
inkomsten.]
Ook de declaratie van een saunabezoek leverde een maandenlange rompslomp
op. "Mensen bij de gemeente wisten niet eens wat ze aan me geschreven
hadden. Ik moest hun brieven langs brengen om te laten zien wat ze me
hadden gestuurd."
[Betrokkene gaf op 18/4/2002 aan de leden van de Commissie Welzijn o.a.
een kopie van een door haar ontvangen briefje van Sociale Zaken van
28/2/2002. Daar stond in:
"Naar aanleiding van het door u ingediende bezwaarschrift wil ik u graag
uitnodigen voor een gesprek op dinsdag 5 maart om 11.00 uur in het
Stadskantoor. In uw bezwaarschrift geeft u aan op 29 januari 2002 een
brief met bijlagen te hebben verzonden naar sociale zaken. Deze brief
met bijlagen wordt aan u retour gezonden met een begeleidend schrijven
gedateerd 5 februari 2002. Omdat bovengenoemde brieven niet in mijn
bezit zijn, verzoek ik u vriendelijk deze brieven mee te brengen. Mocht
u verhinderd zijn dan kunt u mij telefonisch bereiken onder het
bovenstaande doorkiesnummer." Einde citaat.
Het briefje was ondertekend
door een van de beslissers van sociale zaken. Volgens mevrouw Jasper
ging het hierbij om een verweerschrift dat door de beslisser moest
worden geschreven n.a.v. het bezwaarschrift en de retour gezonden brief
plus de laatste brief van SZ waren gewoon niet te vinden bij SZ.
Dat ondanks de bewering van Herder van SZ verderop in het LC-artikel dat
ze altijd kopieën maken van de brieven die ze versturen. Was dat maar
waar: Dan weet je tenminste nog wat je op de post deed...]
De gemeentelijke controles zijn gênant, vindt Jasper:
"Vanwege een
oogafwijking heb ik op advies van de oogarts een bril met speciale
glazen gekregen. Toen ik de rekening hiervan bij de gemeente had
gedeclareerd, hebben ze in een telefoongesprek bij de opticien tot in de
puntjes gecontroleerd waarom die bril zo duur moest zijn."
[Dat dan in plaats van zich eerst te wenden tot betrokkene zelf als je
je als SZ dat dan afvraagt. Dit komt zo nogal sneaky over en wekt de
indruk dat iedereen als potentiële fraudeur wordt beschouwd ofwel
iedereen is er op uit de soos te tillen.]
Een specialist schreef Jasper speciale oordoppen voor van EUR15. "Maar
toen ik het wilde declareren, moest ik eerst naar de GGD-arts om gekeurd
te worden. Die keuring is waarschijnlijk nog duurder dan de oordoppen
zelf. In Drachten vulde sociale zaken de rekening vaak automatisch aan
als het ziekenfonds bijvoorbeeld 75 procent vergoedde."
[Op zich lijkt me dat een redelijk en makkelijk uitvoerbaar criterium:
Als iets in het ziekenfondspakket zit, dan valt het ook als je qua
inkomen laag zit, onder de bijzondere bijstand m.b.t. de vergoeding van
ziektekosten.]
"De bijstand bestaat uit gemeenschapsgeld, dat moet je goed controleren.
Daarom schakelen we bij medische voorzieningen altijd de GGD in. En we
maken altijd kopieën van brieven die we versturen", zegt Oebele Herder
van sociale zaken.
[M.a.w.: Ook de huisarts en de medisch specialist worden gewantrouwd als
zij iets voorschrijven. Ik wantrouw echter de objectiviteit van de GGD
die een soort verlengstuk is van de gemeente.
Voorbeeld: Deze persoon in
kwestie ging dus naar een alternatieve arts. De reiskosten daar naar toe
kreeg zij vergoed via de bijzondere bijstand. Maar plotseling nam de
soos het initiatief om daar een einde aan te maken. Hoe dan? Door haar
door te sturen naar de GGD. Daar zit dhr. Bos en dhr. Bos gelooft niet
in enige vorm van alternatieve geneeswijze. Nu mag je m.i. rustig
sceptisch staan tegenover diverse vormen van alternatieve geneeswijzen,
maar of je alle vormen van 'alternatief', zeker als betrokken medicus
tevens regulier arts is, maar op de vuilnisbelt mag gooien? Betrokkene
zegt dat zij er baat bij heeft. Uiteraard weet de soos dat dhr. Bos niet
gelooft in 'alternatief' en zo is de cirkel rond: De soos krijgt haar
'rugdekking' om mevrouw deze reiskosten niet meer te vergoeden.
Je
krijgt bijna de neiging om te denken: Deze aktie komt door het indienen
van diverse bezwaarschriften en de soos slaat terug. Dit, omdat de soos
haar die reiskosten eerder wel vergoedde en er toen dus op dat punt geen
probleem was. M.b.t. die kopieerderij van brieven die de soos de deur
uit doet: Zoals eerder opgemerkt: Uit de hierboven geciteerde
soos-brief blijkt wel dat dat niet altijd zo is, of de afschriften
liggen bij een andere ambtenaar in een la...]
Verder wil hij inhoudelijk niet reageren:
"Jasper is een
klachtenprocedure tegen ons begonnen. Tijdens zo'n procedure vind ik het
niet netjes om hierover naar buiten te treden."
[De soos en 'niet netjes': Gezien het feit dat er nog veel meer aan de
hand is dan uit het interview blijkt, werd het tijd dat er eens iets in
de krant verscheen. Het beeld dat bij ons oprijst uit de diverse stukken
is, dat bij diverse gelegenheden en bij diverse regelingen de soos
aanvragen afwijst of slechts gedeeltelijk honoreert, waarop betrokkene
een bezwaarschrift indient. De bezwaarschriften worden dan gedeeltelijk
gewonnen. Of:
Nog voordat een bezwaarschrift wordt behandeld door de
Commissie voor de Bezwaar- en Beroepschriften produceert de soos een
herziene beschikking die niet tegemoetkomt aan de bezwaren, maar deuren
dichtgooit die nog op een kier stonden bij de oorspronkelijke
beschikking. Tegen de herziene beschikking wordt vervolgens weer bezwaar
gemaakt en een B en W beslissing op het oorspronkelijke bezwaarschrift
komt er niet...
In theorie kun je zo eindeloos doorgaan als je dit spel
blijft herhalen en tot een B en W beslissing kom je niet en dat zal de
bedoeling ook wel zijn. Nu heeft de wet m.i. wel mogelijkheden om dat te
doorbreken, maar dat wordt advocatenwerk. Uiteraard wordt dat een
advocaat van onvermogen, gezien de lage GAK-uitkering en wie moet een
stempel geven op de papieren daarvoor:
Juist, de soos...
Ik voorzie dat
als betrokkene die stap zet, de soos zal weigeren om mee te werken aan
de aanvraag voor een advocaat van onvermogen. Ander punt is, dat bij in
elk geval 1 van de procedures volgens de Algemene Wet Bestuursrecht
werkelijk alle afhandelingstermijnen grof zijn overschreden, zowel door
de Commissie voor de Bezwaarschriften als door de soos.
Maar dan kun je
als soos uiteraard nog gewoon na driekwart jaar vrolijk een herziene
beschikking sturen, zoals wel bleek uit de papierwinkel. Deze
afhandelingstermijnen zijn te vinden in de Algemene Wet Bestuursrecht
artikel 7:10 lid 1 t.m. 4 en ze bedragen maximaal 14 weken.]
Aan het begin van de vergadering van de Commissie Welzijn op 18/4/2002 deelde mw. Jasper een aantal papieren uit aan de leden van de commissie, waaronder het volgende inspraak-verhaal:
Geachte leden van de Commissie Welzijn,
Op deze wijze vraag ik Uw aandacht voor het volgende. Ik ben cliënt van Sociale Zaken van de Gemeente Leeuwarden en ik zou gaarne zien dat U mijn verhaal ook in dat licht wilt zien.
Ik ben mij er terdege van bewust dat ik, omdat mijn hoofdinkomen geen
uitkering is van Sociale Zaken, wat meer in het voordeel ben om U dit
voor te leggen. De angst van mensen dat er geknoeid wordt met hun
inkomen lijkt niet ondenkbaar te zijn wanneer zij met hun grieven naar
buiten komen.
[Vanuit het Klachtenspreekuur heb ik ook wel eens in sommige gevallen de
indruk gehad, dat zodra iemand een bezwaarschrift tegen een
beschikking indient, de soos begint 'te zoeken' en betrokkene bv.
plotseling een oproep krijgt voor heronderzoek. Puur toeval
uiteraard...]
Om te voorkomen dat uw aandacht verslapt, zal ik proberen in het kort
een weergave te doen welk een puinhoop en ellende door Sociale Zaken
Leeuwarden veroorzaakt wordt. Dit is zonder twijfel geen uitzondering,
eerder regel. Dat u daar niets over hoort lijkt mij eerder aan u te
liggen. Als u het wilt weten is het echt niet zo moeilijk om er achter
te komen. U moet het wel willen weten. En bereid zijn de eventuele
klagers bescherming te bieden tegen repressaille van Sociale Zaken. Zo
lijken de zaken er voor te staan.
[Als iemand niet naar buiten treedt met zijn of haar verhaal, is het wel
degelijk lastig voor derden zoals raadsleden, om iets aan de weet te
komen. Op dat punt zijn de raadsleden niet in een betere uitgangspositie
als bv. ons Klachtenspreekuur. De soos gaat echt de vuile was niet zelf
buiten hangen. En 'bescherming bieden tegen repressaille':
Hoe moet
dat? Men kan daar zelf het nodige aan doen:
Neem een geheim
telefoonnummer zodat je niet gebeld kunt worden door de soos; laten ze
hun zaken maar schriftelijk afdoen. Wapen jezelf met enige kennis
t.a.v. de bijstandswet en schakel als het te dol wordt een advocaat
in. Stuur brieven waarin wordt gevraagd een bezwaarschrift in te trekken
als geweigerde post retour afzender enz.]
Sinds anderhalf jaar woon ik in Leeuwarden. Voorheen in de gemeente Smallingerland. Zoals ik gewend was deed ik een beroep op Bijstand Bijzondere Kosten. De eerste aanvraag dateert van eind november 2000. Het gaat altijd over medische kosten.
Het antwoord van Sociale Zaken was verbijsterend. Vrij vetaald kreeg ik
het advies maar een straatje om te gaan, dat was veel goedkoper.
[Assertiviteit is dan het parool: Bv. terugzeggen dat je dat zeker gaat
doen, maar alleen naar de rode brievenbus om een klacht op de post te
doen over deze ambtenaar o.i.d. Overigens moeten de soos-ambtenaren maar
op zichzelf letten: Het ziekteverzuim daar is fors...]
Deze reactie verontrustte mij in hoge mate. Ik heb een afspraak gemaakt
met de wethouder Mevr. Hafkamp en een brief afgegeven. Tijdens het
gesprek bleek mij dat ze de brief niet gelezen had. De reden hiervoor
was omdat er een wisseling in de secretaresse-wacht geweest was.
Ze zou er met de heer O. Herder, directeur Sociale Zaken over praten. En
u zult het wel verwachten:
IK HOORDE ER NOOIT MEER IETS VAN.
[Cynisch gesproken: Wat had men anders verwacht?! Ambtenaren en
wethouders verdedigen veelal gewoon hun toko tegen vermeende 'aanvallen'
daarop, verder niks. Daar hoort ook bij dat je als wethouder soms wel
eens een gesprekje hebt met een burger. Je hoort het wat aan, de burger
kan z'n ei kwijt en dat is het dan.]
De ellende waar ik bang voor was kwam op gang. Aanvragen worden niet
bevestigd. Daar is geen tijd voor. Brieven raken zoek, aanvragen met
rekeningen raken zoek of worden slecht of in het geheel niet behandeld,
onvolledige of foutieve informatie wordt verstrekt, bij herhaling worden
onnodige vragen gesteld, en daardoor duren de procedures langer. Fout op
fout op fout op fout.
Als dit het "Ontmoedigingsbeleid" is van Sociale Zaken lijkt mij het een
eufemisme voor "Treiterbeleid".
Niet alleen bij aanvragen voor Bijstand Bijzondere Kosten gaat van alles
mis. Ook de declaratieregeling werd een wir-war, een puinhoop van
fouten. De categoriale Bijstand is een grote bende met uiteindelijk
resultaat dat na aanvankelijke afwijzing dit achteraf onterecht bleek.
[Hierover verzonden we eerder een bericht. Op de website te vinden op:
http://home.wanadoo.nl/verpel/geld/109sddggoed.html onder de titel:
"Regeling 'bijzondere bijstand duurzame gebruiksgoederen' te beperkt
uitgevoerd?". Daarin werd vermeld dat de Commissie voor de
Bezwaarschriften vond dat iedereen met een uitkering op sociaal minimum
recht had gebruik te maken van deze witgoed-regeling. Behalve voor
mensen met een bijstandsuitkering moest onder sociaal minimum ook worden
volstaan: Mensen met alleen een AOW- een ANW-, IOAW- OF IOAZ-uitkering
dan wel een AAW-, WAJONG- OF WAZ-uitkering met toeslag. De
soos-voorlichting ging echter uit van uitsluitend 'bijstandsniveau'
conform de uitvoeringspraktijk. Het bericht vermeldt dat op dat moment
B en W nog een beslissing moesten nemen op het advies van de commissie.
Inmiddels hebben B en W beslist CONFORM HET ADVIES VAN DE COMMISSIE VOOR
DE BEZWAARSCHRIFTEN. Dat heeft echter consequenties, maar er gebeurt
niks qua aanpassing van de voorlichting naar het publiek toe. Mensen met
bovengenoemde uitkeringen worden zo nog steeds op het verkeerde been
gezet en vragen daarom niet aan op basis van de witgoed-regeling.
Kortom: Er wordt gezwegen over dit feit. Dat spaart weer een paar
centjes toch? En over hoe het zit met degenen die toch aanvroegen maar
van wie de aanvraag naar nu blijkt onterecht werd afgewezen, zullen we
het maar niet eens hebben. Maar ik wil B en W wel een smoes aan de hand
doen:
Verschuil je gewoon achter de komende landelijke lang-laag
regeling van minister Vermeend om niks te doen:
"De moeite niet meer,
beleid gaat toch over de kop" enz. Helaas voor B en W: Het kabinet is
gevallen en hoe de lang-laag story nu verder gaat weet niemand:
Komt dit
voor de verkiezingen nog in de Tweede Kamer of laat men dit over aan een
volgend kabinet?]
Niet op grond van mijn netto-inkomen had ik alsnog toch recht op deze
uitkering maar op grond van de soort uitkering bleek ik hiervoor wel in
aanmerking te komen.
[Zoals gezegd is de kern van de zaak dat een aantal
soorten uitkeringen geacht worden op het sociaal minimum te liggen en
dat is net een iets ander begrip dan 'bijstandsniveau'.]
De beslisser was hiervan niet op de hoogte.
[In dit geval was de
beslisser naar ik heb begrepen, ziek. Toen hij terug was en de zaak voor
de Commissie in hoorzitting aan de orde was, kwam hij zelf met het
verhaal dat de soos het beleid onjuist had uitgelegd en dat het ging om
het 'sociaal minimum'. De Commissie vond dit ook. Wie dan overigens
aanvankelijk een afwijzende beschikking afgaf en of die persoon daartoe
gerechtigd was, weet ik niet. Een handtekening-stempel is snel gezet...
Maar als diegene geen beslisser was, had hij/zij met z'n tengels van dat
stempel af moeten blijven.]
Maar wie wel? In de informatie van de gemeente zelf komt het niet voor.
De gemeente geeft dus opzettelijk verkeerde, onvolledige informatie.
Op mijn eerste aanvraag van november 2000 komt een beschikking d.d. 2-5-2001. Ik maak er bezwaar tegen. Op 9 oktober 2001 wordt op een m.i. omeigelijke wijze getracht dit bezwaarschrift in te trekken. De hoorzitting is, voor de Commissie van Advies voor de bezwaar- en beroepsschriften, bepaald op 20 december 2001.
Op 31 januari ontvang ik een nieuwe beschikking. De beschikking van 2
mei 2001 was komen te vervallen. Maar op de beschikking van mei was het
bezwaarschrift ingediend en behandeld door de Commissie. En daarover was
bovendien mondeling al het een en ander gezegd. Dit bezwaar was in feite
mondeling al gegrond verklaard.
[Nee: Een bezwaar is pas gegrond verklaard als B en W over het
bezwaarschrift een beslissing hebben genomen, nadat de Commissie voor de
Bezwaarschriften advies heeft gegeven. Maar die beslissing kwam niet...
Het lijkt me geen toeval dat toen de tijd was gekomen dat B en W
eindelijk moesten beslissen, de soos snel de oude beschikking van mei
2001 verving door een andere. In theorie zou dit zo eindeloos door
kunnen gaan, zodat je nooit naar de kantonrechter zou kunnen gaan,
hoewel m.i. de wetgeving hierin voorziet. Wellicht zou je simpelweg
moeten constateren dat B en W nooit een beslissing namen op het
bezwaarschrift van mei 2001 en dat volgens de wet het niet geven van een
beslissing ook een beslissing is. Waarop je vervolgens gewoon naar de
kantonrechter kan gaan. Op zich mogen B en W volgens artikel 6:18 van de
Algemene Wet Bestuursrecht dit geintje uithalen, maar volgens artikel
6:19 AWB wordt het bezwaar geacht mede te zijn gericht tegen het nieuwe
besluit. Volgens artikel 6:18 lid 2 ABW hadden B en W de Commissie voor
de Bezwaarschriften moeten meedelen dat ze een nieuw besluit hadden
genomen. Echter: B en W wachtten tot de hoorzitting voorbij was en namen
toen pas een nieuw besluit...
Het is een beproefde taktiek, bekend uit
andere bezwaarschriftprocedures over andere onderwerpen: Gegoochel met
tijdsperiodes en trachten met procedurele taktieken de klager van zich
af te schudden.
Zelden worden bezwaarschriften, of ze gaan over
SZ-onderwerpen, over volkshuisvesting of over belastingzaken in
Leeuwarden op een normale wijze afgehandeld.]
De vraag is nu of Sociale Zaken op deze wijze inderdaad bezwaarschriftprocedures de nek om kan draaien. Een beschikking uitgeven en zodra bekend wordt dat het bezwaar gegrond is de beschikking laten vervallen en een herbeschikking erover heen laten gaan.
Dit lijkt mij juridisch aan alle kanten te rammelen. In het begin van dit schrijven hadd ik U al laten weten dat ik een cliënt ben van de Sociale Zaken. Geen jurist.
Deze puinhoop wordt nogal eens op het conto van "niet gekwalificeerd
personeel" geschreven. M.i. is het een drogreden om de wijze waarop het
"Ontmoedigingsbeleid" toegepast wordt te maskeren.
[M.i. is sprake van een combinatie van beide zaken die tot een "mix"
leidt van beide elementen. De kwestie met de brieven die de soos zo
graag terug wilde lijkt mij bv. te behoren tot de categorie 'stom'.]
Dit z.g. "niet gekwalificeerd personeel" neemt wel besluiten, ook al
ondertekenen zij de beschikkingen niet.
[De besluiten zijn wel
ondertekend via een handtekeningstempel, wat m.i. mag. Wel blijft de
vraag: Als een beslisser ziek is, mag dan wel iemand die geen beslisser
is, zijn stempel onder een brief gebruiken? M.i. niet, tenzij het
iemand betreft die een uitgebreid mandaat heeft van het College, zoals
bv. het sectorhoofd Sociale Zaken.]
Besluiten die niet getoetst lijken te zijn aan wet en/of beleid. En
hoewel zij vermoedelijk niet bevoegd zijn om besluiten te nemen ontkom
ik niet aan de indruk dat er wel degelijk instructies worden gegeven aan
dit personeel: Afpoeieren!
[Indien dergelijke instructies bestaan, zijn dat ongetwijfeld mondelinge
instructies waarvan het bestaan heel lastig hard is te maken. Maar het
kan m.i. ook zijn, dat de ambtenaar zo autonoom is, dat hij/zij zijn
eigen koninkrijkje bestiert en de een amper weet wat de ander doet.]
Rechten van cliënten worden hiermee met voeten getreden, een goeie gang
van zaken wordt ernstig belemmerd en een korrekte afhandeling van
aanvragen zijn in het geding. Dit alles kan m.i. niet anders dan
willekeur in de hand werken.
[De gevolgen van willekeur en chaos zijn ontmoediging terzake van
pogingen om van door de Raad ingestelde regelingen gebruik te maken. De
soos heeft wat dat betreft een hoog gokkast-gehalte...
Wellicht is het
beter als cliënten van de soos aanvragen opvatten als een gokspel en
bezwaarschriften als een spelletje poker?]
[Dit slaat m.i. op de mentaliteit en beroepshouding van sommige
ambtenaren: Elke cliënt is in principe een fraudeur. Dat leidt tot een
situatie waarin mensen voortdurend moeten bewijzen dat ze *niet*
frauderen.
De diepere oorzaak is m.i. het hele politieke klimaat rond de
uitkeringen in het algemeen en de hetzes die vooral landelijk gevoerd
worden. Elke cliënt is echter een individuele cliënt:
Ieder is
verantwoordelijk voor eigen doen en laten en als tien mensen in de
bijstand frauderen, dan hoeft nummer elf daar geen enkele boodschap aan
te hebben! Ook fraude is individueel. Overigens wordt niet uitgelegd
hoe, waar en wanneer welke ambtenaren dan fraude gesuggereerd zouden
hebben in het geval van betrokkene. Concreet worden en gewoon man en
paard noemen is m.i. de beste weg.]
Ook U geachte Commissieleden, net zo min als de heer O. Herder levert enige sou in vanwege die fraude. Met welk recht en rede zou ik er dan onder gebukt moeten gaan? Enkel en alleen omdat ik een beroep doe op Bijstand Bijzondere Kosten? Ik pleeg die fraude niet!
Tijdens het Debat tegen de Armoede in februari j.l. werd duidelijk dat er wel degelijk problemen zijn bij Sociale Zaken.
Dat deze puinhoop mijn gezondheid in ernstige mate aantast hoef ik U
hopelijk niet uit te leggen. Nogmaals ik ben cliënt geen jurist.
Wilt U weten welk een puinhoop Sociale Zaken maakt van haar werk, mijn
dossiers kunt U bij mij inzien. Ik stel ze ter beschikking opdat U zich
op de hoogte kunt stellen van de feiten zodat U niet meer hoeft te
zeggen er is niets aan de hand.
[De Commissie Welzijn heeft daarover tot nu toe niets gezegd of gesteld,
simpelweg omdat ze m.i. veelal weinig hoort van de cliënten van SZ.]
Tot slot: Hoe kan een cliënt van Sociale Zaken cliënt zijn? Met RESPECT!
Als ik jurist was of een kruiwagen had, dan zou deze ellende mij zeker
niet zijn overkomen! Dat heet, zonder omhaal van woorden en ronduit
WILLEKEUR. Het is maar dat U het weet. De ongevraagde rotzooi en
vernederingen staan tot Uw beschikking.
[Wat heet 'vernederingen'? Nogmaals: Wees concreet en noem datum, tijd,
plaats en ambtenaar. Dit blijft zonder dat vrij ongrijpbaar. En als er
sprake is van onheuse behandeling door een ambtenaar: Dien ofwel een
klacht in ofwel behandel hem/haar precies zo terug als hij/zij jouw
behandelt.]
Betrokkene hield tevens het volgende inspraakverhaal tijdens de vergadering van de Commissie Welzijn:
Evaluatie Declaratieregeling.
Mijn ervaringen.
Op 9 oktober 2001 geef ik het ingevulde formulier met bijlage af bij de
balie van het Stadskantoor. Er zit een bon bij van de sauna, inclusief
de Spa, thee, etc. En een copie van mijn betaling aan de bibliotheek. Ik
hoop dat het genoeg is.
[Dit is dus de Declaratieregeling Minima.]
Op 29 januari 2002 geef ik een briefje af aan de balie. Het is dan al bijna 4 maanden later en heb nog niets vernomen. Is er misschien iets mis? Twee dagen later ligt er een beschikking in de bus.
Er zal EUR 41,30 overgemaakt worden. Voor het restantbedrag kan ik
opnieuw een aanvraag doen. Wel v¢¢r 1 april a.s. Het restantbedrag zou
dan EUR 4,08 zijn.
[Dit heldert niets op: De twee bedragen samen zijn precies EUR 45,38 is
f100,- en het maximale bedrag wat men kan declareren.
Dat bedrag wordt
overigens met terugwerkende kracht tot 1/1/2002 verhoogd met 15 procent,
evenals het bedrag van de vouchers (tegoedbonnen), waarbij de
tegoedbonnen nog 10 procent over het nieuwe totaalbedrag heen mogen
schieten qua waarde. Dit, omdat je nooit precies met een aangevraagd
pakketje bonnen op 100 procent uit komt van het maximale bedrag.
Wat hier met name onduidelijk is: Het totaalbedrag van de ingeleverde
bonnen. Lever je bv. voor EUR 30,00 in, dan kun je voor het restbedrag
van EUR 45,38 min EUR 30,00 nog bonnen declareren.]
Ik geloofde mijn ogen niet. Ik bel met de gemeente en vraag of het echt de bedoeling is dat ik voor dat bedrag een aanvraaag doe. Ja was het antwoord. Op mijn vraag of deze gang van zaken toch niet wat belachelijk was, reageerde mevrouw dat ze dat ook wel vond, maar dat was het beleid. Ja en als dat zo is dan ben je natuurlijk uitgepraat.
Enkele dagen later ontvang ik mijn brief van 29-1-2002 retour met een
begeleidend schrijven en een aanvraagformulier. De brief vermeld dat ik
de kruisjes nog moet invullen, de nodige bijlagen moeten erbij, en op
30-1-2002 was een bedrag overgemaakt van EUR 45,30. En voor het
restantbedrag kon ik alsnog een aanvraag doen. Wel binnen 14 dagen want
anders kon ik er (vrij vertaald) naar fluiten. Het restantbedrag zou op
dat moment dan EUR 0,08 zijn.
[Dat verschil qua uitbetalingsbedrag zal wel weer krakkemikkigheid van
de soos zijn, maar anderzijds houd ik het er op dat het totaalbedrag van
de declaraties gewoon niet helemaal het volle bedrag geweest is.
Kennelijk wordt gemeend dat de soos dat dan ook moet uitbetalen, maar zo
is het niet, want waar ligt de grens?
Stel dat ik voor EUR 25.00
declareer maar zeg: Raar van de soos dat zij me niet EUR 45,38
uitbetalen. M.i. wringt hier de schoen.]
Ik schrijf een bezwaarschrift. Niet alleen om in de chaos wat
duidelijkheid te krijgen, ook omdat ik 4 maanden wachten op antwoord
ronduit onbeschoft vind. Volgens de heer H. Boonstra, voorlichter van
Sociale Zaken, kon ik er eigenlijk geen bezwaarschrift op indienen,
wel een klacht. Ik vond dat hij gelijk had.
[Formeel kun je natuurlijk wel bezwaar maken, maar feitelijk heeft m.i.
Boonstra gelijk: M.i. is de afhandelingstermijn iets voor een klacht.]
Toch kwam er snel een reactie. Mevr. Thijsseling moest een verweerschrift schrijven en de laatste brief van Sociale Zaken en mijn retour gezonden brief van 29-1-2002 waren niet in haar administratie. Of ik wel op de voorgestelde tijd wilde komen en dee brieven mee wilde nemen anders kon zij geen verweerschrift schrijven. Op het voorgestelde tijdstip kon ik niet. Telefonisch probeer ik met mevr. Thijsseling een andere afspraak te maken.
Ik vraag haar waarom ik eigenlijk moet komen. Als het haar gaat om die
twee brieven, ik kan en wil ze best even afgeven aan de balie. Op mijn
vraag waarom kreeg ik geen antwoord, ik moest komen.
[Dit is typisch de soos: Sommigen denken daar dat ze SoPo's zijn:
Oom of
tante agent nodigen je uit op het bureau te komen en dan heb je maar te
komen, vinden ze.
Maar zo is het niet: Het ging er m.i. in dit geval om,
de betrokkene onder druk te zetten en te bewegen de klacht in te
trekken. En dan word je even ontboden nietwaar? Voortaan zeggen: Die
brieven stuur ik je wel; ik doe ze wel op de post. Of: Ik ben niet
verantwoordelijk voor jullie rotzooi; zoek het zelf maar uit.
Het is ook
volslagen idioot: De tegenpartij die de soos moet gaan helpen bij het
opstellen van het verweerschrift...
Ofwel: Je kunt ook zeggen: Red je
r... er maar mee!]
Ik voelde nattigheid. Niet waarom. Ik maak duidelijk dat ik het niet
vertrouw. Ik heb het gevoel dat ik met een tegenstander te maken heb.
Mevr. Thijsseling reageert zeer heftig:
"Dat was nu niet zo, maar dat
kon het wel worden!"
[Correcte antwoord m.i.: "Kom maar op!"]
Ik schakel de heer Boonstra in. Op zijn voorstel zeg ik de afspraak af.
Mevr. Thijsseling reageerde zeer boos op mijn afzegging.
[Op dat punt, afgaande op dit verhaal, had men van mij de wind van voren
kunnen krijgen: Er was immers geen enkele reden tot boosheid. De zoek
geraakte brieven waren immers toegezegd aan de soos en verder ben je
vrij om te komen of niet te komen.]
Dank zij de heer Boonstra hebben wij uiteindelijk de zaken naar behoren kunnen regelen. Het bezwaaarschrift is ingetrokken en de ontbrekende brieven zijn op 26 maart 2002 door mij afgegeven aan de Balie.
Op 15 april j.l. belt mevr. Thijsseling mij dat zij de beloofde brieven
nog niet ontvangen heeft. Of ik nog ziek ben?
Ik vraag haar of ze mij wil laten weten of ze wel of niet terecht zijn.
[Hier hield het verhaal op. Het zal ongetwijfeld worden vervolgd...]