Huisbezoek AOW-ers aan banden
OUDERENBOND BLIJ MET VERBOD HUISBEZOEKEN
Rechter verbiedt huisbezoeken SVB aan AOW-ers als daarvoor geen bijzondere aanleiding is
Update 28/3/2007:
Uitkering: huisbezoek straks altijd mogelijk
Update 11/4/2007:
Centrale Raad van Beroep in vier vonnissen:
HUISBEZOEKEN SLECHTS ONDER VOORWAARDEN GEOORLOOFD
Eén van de vier vonnissen van de CRvB:
de letterlijke tekst (vonnis risicoprofiel)
"Ik ga door tot huisbezoeken zijn verboden."


"Huisbezoek AOW-ers aan banden. Ouderenbond blij met verbod huisbezoeken"
Uit de Leeuwarder Courant van zaterdag 17/3/2007 plus:
"Rechter verbiedt huisbezoeken SVB aan AOW-ers als daarvoor geen bijzondere aanleiding is"
Uit het Juridisch Dagblad van 16/3/2007 plus:
"Uitkering: huisbezoek straks altijd mogelijk"
Uit de Leeuwarder Courant van woensdag 28/3/2007 plus:
'Centrale Raad van Beroep in vier vonnissen: Huisbezoeken slechts onder voorwaarden geoorloofd.'
Persbericht CRvB 11/4/2007 plus tekst van een van de vier vonnissen. (vonnis risicoprofielen) plus:
"Ik ga door tot huisbezoeken zijn verboden."
Uit de Leeuwarder Courant van vrijdag 13/4/2007.


Al vaker hebben wij bericht over onaangekondigde huisbezoeken, hoewel het dan vaak ging om mensen met een bijstandsuitkering. Daarover is in het verleden met wisselend succes geprocedeerd. Klik met de muis op 'diverse berichten' of typ via het interne zoekmachientje nummer 2 in: "risicoprofielen" voor meer achtergrondinformatie.

Wat eerder niet lukte of slechts lukte in een specifiek individueel geval m.b.t. de onaangekondigde huisbezoeken bij mensen met een bijstandsuitkering, lukt de ANBO voor AOW-ers nu wel. Ik mag aannemen dat dit een juridische kapstok biedt om nu ook onaangekondigde huisbezoeken bij mensen met een bijstandsuitkering eens onmogelijk te maken.
En voor alle duidelijkheid: het gaat om het onaangekondigd maar bij mensen met een uitkering binnenvallen (ja, je mag weigeren, maar het risico is groot dat een weigering je je uitkering kost!) waartegen geen enkele concrete verdenking bestaat dat ze de uitkeringsinstantie belazeren! De uitkeringsinstantie valt alleen binnen omdat diegene toevallig statistisch behoort tot "een risicoprofiel", bv. omdat je als AOW-er een caravan hebt staan op een camping... Het is hetzelfde soort statistische verband als tussen de stijging van het aantal geboorten in het voorjaar en de komst van de ooievaar...
En dan nog: al sjoemelen alle AOW-ers met een stacaravan op een camping, behalve de heer Jansen, die daar ook een stacaravan heeft staan, is het dan gerechtvaardigd om ook bij Jansen binnen te vallen? Ik vind van niet: een ieder is nog altijd zelf verantwoordelijk voor zijn eigen daden en aan collectieve schuld doen we niet.
De uitvinders van de 'risicoprofielen' hadden indertijd ook wel door dat etiketjes plakken met 'jood', 'homo', 'neger', 'alleenstaande', 'allochtoon', 'marokkaan/turk' enz. te opzichtig zou zijn - bovendien had de minister dit indertijd ook verboden - en daarom gingen ze werken met pseudo-wetenschappelijke roulerende etiketjes...
Je bedenkt een etiketje, bijvoorbeeld 'kamerbewoner' en vervolgens ga je heel specifiek bij die groep fraudeonderzoek doen. Uiteraard vind je altijd wel een aantal mensen die frauderen. Andere groepen onderzoek je vervolgens steekproefsgewijs en ziedaar: het hoeft geen verwondering te wekken dat de groep 'kamerbewoners' meer fraudeert dan andere groepen. Zo ontstonden de 'risicoprofielen' die als rechtvaardiging moesten dienen om bij die groep uitkeringsgerechtigden binnen te vallen.
Na een tijdje herhaal je het bovenstaande maar je onderzoekt nu op dezelfde wijze een andere groep, bijvoorbeeld 'dak- en thuislozen'. En wat vind je dan? Juist, precies hetzelfde als bij die 'kamerbewoners'... Dat bedoel ik met roulerende etiketjes...
Maar goed, er ligt nu dus een vonnis. Maar wellicht dat de SVB nu ihkv haar risicoprofielen 65-plussers die op campings wonen kan bestempelen als 'criminele vereniging'?! Dan kun je toch nog mooi collectief mensen ergens van beschuldigen...
Uit de Leeuwarder Courant van zaterdag 17/3/2007:

VOORPAGINA LC:

Huisbezoek AOW-ers aan banden

DEN HAAG - De Sociale Verzekeringsbank (SVB) moet stoppen met huisbezoeken bij 65-plussers die niet verdacht worden van fraude. Volgens de rechtbank in Den Haag zijn zulke steekproefsgewijze huisbezoeken in strijd met het recht op privacy. De SVB wilde samenwonende ouderen opsporen die elk een AOW-uitkering voor alleenstaanden ontvangen.

BINNENBLAD LC:

OUDERENBOND BLIJ MET VERBOD HUISBEZOEKEN

PvdA: fraudebestrijding in gevaar

DEN HAAG (ANP,GPD) - Ouderenbond ANBO is blij met het rechterlijk verbod op onaangekondigde huisbezoeken bij ouderen. Volgens de ANBO brengen de bezoekjes van sociaal rechercheurs veel angst en grote onrust teweeg bij ouderen.

De ANBO was samen met 77 individuele ouderen naar de rechter gestapt om een eind te eisen aan de huisbezoeken. Die gaf de ouderenbond gisteren gelijk. Huisbezoeken zijn alleen geoorloofd als er een concrete verdenking bestaat, luidt het oordeel. AOW'ers hebben financieel voordeel als ze gaan samenwonen en hun uitkering voor alleenstaanden behouden.

Volgens de ANBO houdt het overgrote deel van de ouderen zich keurig aan de regels. "Bij de ruim duizend van dergelijke huisbezoeken die de SVB sinds juni vorig jaar heeft afgelegd, werden maar twee fraudegevallen opgespoord. Bij de rest was dus niets mis", zegt woordvoerder F. van der Aa.

De Sociale Verzekeringsbank (SVB), die de AOW uitvoert, betreurt de rechterlijke uitspraak in zoverre dat ze de huisbezoeken nu niet meer mag gebruiken als middel om eventuele risicogroepen op te sporen. Het is bijvoorbeeld dankzij die methode dat de SVB erachter kwam dat 65-plussers die op campings wonen, relatief vaak sjoemelen. "Wij zullen ons nu moeten beraden op andere methoden", zegt SVB-woordvoerder A. Volz.

[Zoals gezegd: Probeer het eens op art. 140/141 Wetboek van Strafrecht: de 'criminele vereniging'. Absurd?? Nee, we zijn in Nederland langzamerhand zo diep gezonken dat diverse instanties hier gek genoeg voor zijn...]

Ook Tweede Kamerlid Hans Spekman van de PvdA vreest dat de uitspraak een effectieve fraudebestrijding kan ondergraven. Als voormalig wethouder van Utrecht weet hij dat onaangekondigde huisbezoeken belangrijk zijn. "Een ruimhartig sociaal beleid blijft alleen in stand als het streng, eerlijk en rechtvaardig gebeurt."

[Als ik hem was zou ik de regering verzoeken een week nationale rouw af te kondigen om dit vonnis. Ja, wat vreselijk toch allemaal: nu mag je niet zomaar meer willekeurig binnenvallen bij mensen tegen wie geen enkele concrete verdenking bestaat... Als ik deze sociaal-fascist, want meer is het niet, hoor kletsen, denk ik: wie is er nu gek, hij of ik? Meneer eist het recht op om bij mensen binnen te kunnen vallen louter om het feit dat ze alleenstaande zijn en een AOW-uitkering hebben! Dat is natuurlijk super-verdacht, want per slot bestaan alleenstaanden bij onze gezinsfundamentalistisch gerichte PvdA - en bij de meeste andere partijen - niet echt... IEDEREEN woont immers samen en zo niet openlijk, dan wel stiekum; dat weet toch IEDEREEN... Vraag: wie valt eens binnen bij Hans Spekman? Net zoals ooit twee Leeuwarders de waterleiding bij een Utrechtse wethouder opgroeven, zodat hij - na allerlei rare uitspraken van hem - ook eens kon zien wat het wat om zonder water te zitten...]

Hij legt de kwestie voor aan staatssecretaris Ahmed Aboutaleb van sociale zaken wanneer de Tweede Kamer over een paar weken een debat met hem over handhaving heeft.
Verder heeft de PvdA'er zijn hoop gevestigd op de Centrale Raad van Beroep. Van het hoogste rechtscollege op het gebied van de sociale zekerheid wordt binnenkort een uitspraak verwacht over dezelfde kwestie.

[Persoonlijk ben ik voorstander van óók het afschaffen van huisbezoeken als er wèl een concrete verdenking bestaat. In dat geval lijkt het me beter om de sociale recherche te sturen met een huiszoekingsbevel. Dat klinkt wellicht wat vreemd, maar als de verdenking in de strafrechtsfeer wordt getrokken heb je als verdachte wel meer rechten, waaronder het zwijgrecht. In de sfeer van het bestuursrecht heb je veel minder rechten en juist in dat gebied spelen zich de huisbezoeken af. Ik wil graag helderheid: ben je verdacht van uitkeringsfraude, dan ben je verdacht en heb je er recht op te weten waarvan je wordt verdacht en heb je ook recht op alle rechten die een verdachte gewoon heeft.]


Einde LC-bericht. Commentaar tussen blokhaken [].

Hieronder nogmaals hetzelfde bericht, nu uit het Juridisch Dagblad:


Rechter verbiedt huisbezoeken SVB aan AOW-ers
als daarvoor geen bijzondere aanleiding is

Van een onzer redacteuren

© Het Juridisch Dagblad

vrijdag, 16 maart 2007

Rb ’s-Gravenhage – De voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage heeft vandaag uitspraak gedaan in het kort geding dat de ANBO voor vijftig-plussers en 77 andere eisers hadden aangespannen tegen de Staat en de SVB (Sociale verzekeringsbank) over de huisbezoeken die de SVB aflegt bij Anw’ers en AOW’ers.

Anw’ers ontvangen een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet. AOW’ers ontvangen een uitkering op grond van de Algemene Ouderdomswet. Volgens de ANBO vormen deze huisbezoeken, of ze nu van tevoren aangekondigd zijn of niet, een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de Anw’ers en AOW’ers.

De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de huisbezoeken, wel of niet aangekondigd, als een onaanvaardbare inbreuk op de persoonlijke levensfeer moeten worden beschouwd wanneer het gaat om AOW-ers ten aanzien van wie er geen enkele aanwijzing is dat zij misbruik maken van hun recht op een AOW-uitkering. Hij verbiedt de SVB daarom huisbezoeken bij deze groep AOW’ers af te leggen.

[Dit is duidelijke taal! En naar analogie hiervan lijkt me dat al dan niet aangekondigde huisbezoeken bij mensen met een bijstandsuitkering ten aanzien van wie er geen enkele aanwijzing is dat zij misbruik maken van hun recht op een WWB-uitkering ook als een onaanvaardbare inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer moeten worden beschouwd!]

Voorzover het in dit kort geding ging om huisbezoeken aan Anw’ers is de ANBO volgens de rechter niet-ontvankelijk in haar vordering.

De ANBO had het kort geding aangespannen als belangenbehartiger van AOW’ers en Anw’ers. Wettelijk is bepaald dat een vereniging of stichting alleen onder bepaalde voorwaarden als belangenbehartiger van anderen een vordering kan instellen. Een belangrijke voorwaarde is dat de vereniging met die vordering de belangen behartigt van dezelfde personen als zij volgens haar statuten doet.

In de statuten van de ANBO staat dat de vereniging opkomt voor individuele en collectieve rechten van ouderen. Uit de statuten blijkt echter niet dat de ANBO ook de belangen van nabestaanden behartigt. De ANBO kon daarom in dit kort geding wel optreden als belangenbehartiger van AOW’ers, maar niet als belangenbehartiger van Anw’ers.

LJN: BA0876, Rechtbank 's-Gravenhage, KG 07/121


Einde bericht uit het Juridisch Dagblad. Commentaar tussen blokhaken [].

UPDATE 28/3/2007

Partijgenoot van PvdA-er Hans Spekman is staatssecretaris Ahmed Aboutaleb en deze reageert prompt op het gruwelijke onrecht dat de rechter heeft bepaald dat je niet zomaar zonder enige concrete verdenking mag binnenvallen bij alleenstaande AOW-ers...
Uit de Leeuwarder Courant van woensdag 28/3/2007:


Uitkering: huisbezoek straks altijd mogelijk

DEN HAAG (ANP) - Huisbezoek bij mensen met een uitkering moet altijd mogelijk zijn, ook al is er geen concrete verdenking van fraude. Dat vindt staatssecretaris Ahmed Aboutaleb van sociale zaken.

[Nadat hij in Amsterdam mensen met een bijstandsuitkering heeft geterroriseerd met zijn huisbezoeken-beleid, probeert hij nu heel Nederland zijn opvattingen op te leggen; on-Nederlandse opvattingen over wat een overheid allemaal mag doen. En let wel: hij heeft het over mensen met een uitkering, dus ongeacht welke uitkering dan ook.]

Hij gaat desnoods de wet aanpassen als de rechter van mening blijft dat dit op grond van de huidige wetgeving niet mag. Aboutaleb zei dit hedenochtend in de Tweede Kamer in reactie op een uitspraak van de Haagse rechtbank.
Die stelde dat de Sociale Verzekeringsbank AOW-ers niet 'zomaar' thuis mag controleren op stiekum samenwonen.

[Hij past dus zomaar even de wet aan, want Ahmed is nu eenmaal de baas... Hoeveel psychopaten zitten er onder de grote groep alleenstaande AOW-ers en hoe groot is statistisch gesproken de kans dat de controleur aanbelt bij zo'n persoon? Ik hoop dat die kans dan heel groot is... Precies zoals enige jaren terug die inbreker in een Groninger volksbuurt het niet trof, toen hij bij iemand ging inbreken waarvan achteraf bleek, dat die bewoner (voorzichtig uitgedrukt) niet helemaal okselfris was... Kortom: dat eindigde als in een slechte B-film...]

Aboutaleb heeft voor zijn beleid de steun van een kamermeerderheid van CDA, PvdA, VVD en PVV.

[De linkse oppositiepartijen SP en GroenLinks noemen onaangekondigde huisbezoeken zonder concrete verdenking buitenproportioneel, zo meldde een ander bericht nog. En ik denk dat we met deze regering gewoon van de regen in de drup zijn beland...]


Einde LC-bericht. Commentaar tussen blokhaken [].

UPDATE 11/4/2007

Vlak na bovenstaand vonnis wat strikt genomen over de AOW ging en niet over de bijstand, kwam de Centrale Raad van Beroep te Utrecht met vier vonnissen waaruit duidelijk werd wat wel kan en wat niet kan met betrekking tot onaangekondigde huisbezoeken. Met name puur op basis van een risicoprofiel maar onaangekondigd op huisbezoek gaan en menen dat je bij een weigering om daaraan mee te werken de uitkering wel kunt korten of een aanvraag afwijzen, kan niet meer. Er moet een individuele verdenking of vermoeden bestaan tegen iemand dat hij of zij geen juiste informatie verstrekt maar menen dat dit per definitie wel zo zal zijn omdat je toevallig behoort tot een door de soos ontworpen 'risicoprofiel' kan niet meer. Hieronder het persbericht van de Centrale Raad van Beroep zelf:


Huisbezoeken slechts onder voorwaarden geoorloofd

Op 11 april 2007 heeft de Centrale Raad van Beroep, op dit gebied de hoogste rechterlijke instantie, in vier op de toepassing van de Wet werk en bijstand betrekking hebbende zaken uitspraak gedaan over de aanvaardbaarheid van onaangekondigde huisbezoeken.

De Raad heeft geoordeeld dat huisbezoeken als zodanig een noodzakelijk en adequaat controle-instrument kunnen zijn om de aanspraak op bijstand te kunnen vaststellen. Bij het inzetten ervan moet echter recht worden gedaan aan de in artikel 8 van het EVRM besloten liggende waarborgen voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de bijstandscliënt.
Dit betekent dat aan de bijstandscliënt/bewoner vooraf toestemming moet worden gevraagd voor het binnentreden en dat hem vooraf moet worden medegedeeld dat het eventuele weigeren van toestemming geen directe gevolgen heeft voor de bijstandsverlening.
Slechts wanneer de gemeente op grond van feiten en omstandigheden reden heeft om te twijfelen aan de rechtmatigheid van de bijstandsverlening, behoeft het weigeren van toestemming niet zonder gevolgen te blijven.
De bewijslast dat de bewoner na voorgelicht te zijn over zijn rechten, vrijwillig toestemming heeft gegeven voor het binnentreden, berust op de gemeente.

In de uitspraak in de zaak (LJN BA2436) ging het om een bijstandscliënt die volgens de gemeente tot een bepaalde risicogroep behoorde, namelijk bijstandsontvangers die niet zelfstandig wonen, maar inwonend zijn bij een ander.
De desbetreffende cliënt woonde met haar kinderen in bij haar ouders. Verder stond vast dat hetgeen bij de gemeente over haar bekend was geen aanleiding vormde om te twijfelen aan de juistheid van hetgeen zij eerder aan de gemeente over haar woon- en leefsituatie had vermeld.
Uitsluitend de omstandigheid dat zij tot de groep van de inwonenden behoorde, was voor de gemeente aanleiding om van haar medewerking voor het afleggen van een huisbezoek te verlangen. Die medewerking werd door haar geweigerd, waarna de bijstandsuitkering werd ingetrokken.

De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat het enkele feit dat op de bijstandscliënt een bepaald risicoprofiel van toepassing is, geen redelijke grond vormt om zonder toestemming medewerking te kunnen verlangen voor het afleggen van een huisbezoek. Dat deze medewerking werd geweigerd kan deze cliënt dan ook niet worden tegengeworpen. De op het weigeren van medewerking gevolgde intrekking van de bijstand was dan ook in strijd met de wet.

[Opmerking: Dit behoort ook het einde te betekenen van de Leeuwarder "risicoprofielen" t.w. 'kamerbewoners' en 'dak- en thuislozen'!]

In de uitspraak in de zaak (LJN BA2410) erkent de Centrale Raad van Beroep dat het middel van het afleggen van een huisbezoek om de rechtmatigheid van aanspraken op bijstand te kunnen vaststellen onder omstandigheden een noodzakelijk en adequaat instrument kan zijn. Bij het inzetten ervan moet wel acht worden geslagen op de waarborgen van artikel 8 van het EVRM.

De gemeente is er in die zaak niet in geslaagd aan te tonen dat bij het huisbezoek is voldaan aan de eis van een “informed consent”. De daaruit voortvloeiende inbreuk op het huisrecht van de bijstandscliënt is door de Raad niet gerechtvaardigd geacht omdat er voor het afleggen van het huisbezoek geen aanleiding was; er was geen reden om te twijfelen aan de juistheid of volledigheid van de door de cliënt verstrekte gegevens.

De Centrale Raad van Beroep heeft in die zaak geoordeeld dat de tijdens het huisbezoek aan het licht gekomen gegevens moeten worden bestempeld als onrechtmatig verkregen bewijs.
De resultaten van het huisbezoek moeten bij de beoordeling van (de voortzetting van) het recht op bijstand dan ook buiten beschouwing blijven. Dit om te voorkomen dat aan de waarborgen van artikel 8 EVRM alle kracht zou worden ontnomen. Deze resultaten wel in rechte toelaten zou in dit geval neerkomen op een schending van het beginsel van “fair trial” als bedoeld in artikel 6 van het EVRM. Nu ander bewijs ontbreekt, berust de intrekking en terugvordering van bijstand in dit geval op een onvoldoende draagkrachtige motivering.

Ten slotte heeft de Centrale Raad van Beroep in een tweetal zaken (LJN BA2447 en LJN BA2445) geoordeeld dat de gemeente op grond van objectieve feiten en omstandigheden redelijkerwijs kon twijfelen aan de juistheid van de door de betrokkenen bij hun aanvragen om bijstand over hun woon- en leefsituatie verstrekte inlichtingen. In deze zaken heeft de Raad geoordeeld dat de gemeente terecht heeft verlangd dat medewerking werd verleend aan een onmiddellijk af te leggen huisbezoek. De door betrokkenen opgegeven reden om die medewerking niet te verlenen, heeft de Raad als niet steekhoudend beoordeeld. De beide aanvragen om bijstand zijn in die zaken dan ook terecht afgewezen.

Voor eventuele vragen over dit persbericht kunt u zich wenden tot: mevrouw J.M. Salverda, tel.nr. 030-8502118 of de heer A.J.T. Kok, tel.nr. 030-8502120.

LJ Nummers
BA2436
BA2410
BA2447
BA2445

Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 11 april 2007


Einde tekst persbericht Centrale Raad van Beroep. Commentaar tussen blokhaken [].

Een van de vier vonnissen volgt hieronder, namelijk diegene waar het gaat over een 'risicoprofiel'. Ook de CRvB vindt kennelijk dat je niet maar op voorhand als persoon verdacht kan worden van uitkeringsfraude omdat de gemeente je meent onder een 'risicoprofiel' te moeten classificeren!


LJN: BA2436, Centrale Raad van Beroep , 06/4398 WWB Print uitspraak

Datum uitspraak: 11-04-2007
Datum publicatie: 11-04-2007
Rechtsgebied: Bijstandszaken
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Onaangekondigde huisbezoeken slechts onder voorwaarden geoorloofd.

Uitspraak

06/4398 WWB

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[appellante] (hierna: appellante),

tegen de uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 29 juni 2006, 05/3139 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellante

en

het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn (hierna: College)

Datum uitspraak: 11 april 2007

I. PROCESVERLOOP

Namens appellante heeft mr. L.A. van Kan, advocaat te Alkmaar, hoger beroep ingesteld.

Het College heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 30 januari 2007. Appellante is verschenen, bijgestaan door mr. Van Kan. Het College heeft zich laten vertegenwoordigen door W.T.M. Schwering, werkzaam bij de gemeente Hoorn.

II. OVERWEGINGEN

De Raad gaat uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.

Appellante ontvangt - in ieder geval - vanaf 1 september 1989 een bijstandsuitkering, laatstelijk ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB), naar de norm voor een alleenstaande ouder.

Bij brief van 15 juli 2005 is appellante opgeroepen om in het kader van een rechtmatigheidsonderzoek voor een gesprek op het stadhuis te verschijnen. Haar is verzocht een aantal gegevens over te leggen, te weten haar legitimatiebewijs, het laatste bank- c.q. giroafschrift, de huurovereenkomst dan wel een verklaring van de hoofdbewoner en een bewijs van de betaling van de huur.

Appellante heeft op 21 juli 2005 aan de oproep gehoor gegeven en daarbij de gevraagde gegevens overgelegd. Tijdens dit gesprek is appellant verzocht mee te werken aan een aansluitend aan dit gesprek af te leggen huisbezoek. Appellante heeft daaraan medewerking geweigerd omdat dit te belastend zou zijn voor haar ouders, bij wie zij inwoont en die al op leeftijd zijn en een erg teruggetrokken leven leiden. Hierop is appellante een bedenktijd van 10 minuten gegeven, waarbij haar is meegedeeld dat de bijstand wordt beëindigd indien zij bij haar weigering zou blijven. Appellante heeft in haar weigering volhard en heeft vervolgens een verklaring ondertekend waarin is vermeld dat zij niet wenst mee te werken aan een huisbezoek.

Bij besluit van 25 augustus 2005 heeft het College de bijstand van appellante met ingang van 21 juli 2005 beëindigd (lees: ingetrokken) op de grond dat appellante heeft verzuimd medewerking te verleden aan een huisbezoek

Bij besluit van 31 oktober 2005 heeft het College het bezwaar tegen het besluit van 25 augustus 2005 ongegrond verklaard. Het College heeft daartoe overwogen dat ter ondersteuning van de algemene inlichtingenplicht van artikel 17, eerste lid, van de WWB voor appellante op grond van artikel 17, tweede lid, van de WWB de verplichting geldt om medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de WWB. Het College stelt zich op het standpunt dat de aan een huisbezoek inherente inbreuk op de privacy door middel van het opleggen van een huisbezoek gerechtvaardigd is. Voor de beoordeling van het recht op bijstand is het van belang dat de juiste inlichtingen worden verstrekt over de verblijfplaats. Gegevens over de woonsituatie zijn mede bepalend voor de vraag of, en zo ja in welke mate, bijstand moet worden verleend. Door op 21 juli 2005 geen medewerking te verlenen aan het huisbezoek heeft appellante naar de opvatting van het College niet de informatie verstrekt die noodzakelijk is om het recht op bijstand te kunnen vaststellen. Van een dringende reden die aan de onmiddellijke uitvoering van het huisbezoek in de weg staat, is het College ten slotte niet gebleken.

Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het besluit van 31 oktober 2005 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft daartoe het volgende overwogen:

"De aanleiding voor verweerder om een huisbezoek af te willen leggen bij eiseres is gelegen in het feit dat zij behoort tot de groep van inwonende bijstandscliënten. Naar het oordeel van de rechtbank levert dit een redelijke grond op om van eiseres de medewerking te verlangen teneinde haar woonsituatie nader in ogenschouw te nemen nu deze groep - op basis van ervaringsgegevens - door verweerder wordt beschouwd als een risicogroep. Dat het de bedoeling van de wetgever is geweest dat verweerder zich in het kader van zijn onderzoek naar de rechtmatigheid van verleende bijstandsuitkeringen op dergelijke risicoprofielen mag baseren volgt naar het oordeel van de rechtbank uit de parlementaire geschiedenis van de WWB. In dat verband wijst de rechtbank op de Nota naar aanleiding van het verslag van de Invoeringswet WWB (TK, vergaderjaar 2002-2003, 28 960, nr. 6): "De gemeente heeft altijd ruimte voor een vorm van efficiencyafweging bij haar controle en opsporingsbeleid. Het controle- en opsporingsbeleid van een gemeente onder de WWB onderscheidt zich daarin niet van het controle en opsporingsbeleid bij andere regelingen (incl. de huidige Abw). Zo vormt deze ruimte de ratio van het werken met risicogroepen en risicoprofielen. Een versterkte aandacht voor deze wijze van werken als gevolg van de financiële systematiek van de WWB is dan ook uit oogpunt van de adequate fraudebestrijding niet bezwaarlijk".

De rechtbank overweegt voorts dat het onaangekondigd huisbezoek in dit geval noodzakelijk was nu voor het vaststellen van het recht van eiseres op en de hoogte van bijstand van wezenlijk belang is dat voldoende duidelijkheid bestaat omtrent de woon- en leefsituatie van eiseres, dus of eiseres inderdaad (uitsluitend) met haar drie kinderen inwoont bij haar ouders. Nu verificatie van de door eiseres verstrekte gegevens in dit geval voorts niet anders mogelijk is dan door in de woning vast te stellen of eiseres daar inderdaad (uitsluitend) met haar drie kinderen en haar ouders woonachtig is, is de rechtbank voorts van oordeel dat het doel niet op minder ingrijpende wijze kon worden bereikt. De rechtbank acht de door deze controle en verificatie veroorzaakte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van eisers gerechtvaardigd en onevenredig in verhouding tot het met de controle en verificatie van de verstrekte gegevens nagestreefde doel, te weten de vaststelling of de toekenning van het recht op en de hoogte van de bijstand op basis van de juiste gegevens plaatsvindt. Nu eiseres niet heeft meegewerkt aan een noodzakelijk geacht huisbezoek en zij daarbij door verweerder is gewezen op de mogelijke gevolgen voor het recht op haar uitkering en van een zeer dringende reden die aan de onmiddellijke uitvoering van een onaangekondigd huisbezoek in de weg staat niet is gebleken, is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een schending van de in artikel 17, eerste lid, van de WWB neergelegde inlichtingen- en medewerkingsplicht door eiseres.

Nu door verweerder niet kan worden vastgesteld of eiseres verkeert in de omstandigheden als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de WWB, is de rechtbank van oordeel dat verweerder de bijstandsuitkering in redelijkheid heeft kunnen beëindigen.".

Appellante heeft zich in hoger beroep tegen deze uitspraak gekeerd. Zij heeft - samengevat - aangevoerd dat het College geen aanleiding had om aan de eerdere opgave van haar woonsituatie te twijfelen en dat ten onrechte haar medewerking aan het huisbezoek is geëist op de enkele grond dat appellante tot de categorie inwonenden behoort.

De Raad komt tot de volgende beoordeling.

Artikel 17, eerste lid, van de WWB, bepaalt voor zover hier van belang, dat de belanghebbende aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling doet van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op bijstand. Het tweede lid van dit artikel bepaalt dat de belanghebbende verplicht is aan het college desgevraagd medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de WWB.

Indien de belanghebbende deze inlichtingen-/medewerkingsplicht niet of niet in voldoende mate nakomt, en wanneer als gevolg daarvan niet kan worden vastgesteld of de belanghebbende verkeert in bijstandbehoevende omstandigheden als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de WWB, kan de bijstand met toepassing van artikel 54, derde lid, aanhef en onder a, van de WWB worden ingetrokken.

Uit de gedingstukken blijkt dat het College ervoor heeft gekozen de rechtmatigheid van eerder toegekende bijstandsuitkeringen te controleren aan de hand van zogeheten risicogestuurde rechtmatigheidsonderzoeken, ook wel themacontroles genoemd.
Het College heeft daartoe op basis van opgedane ervaringen bij de uitvoering van de bijstandswetgeving een aantal groepen gedefinieerd, waarbij naar het oordeel van het College sprake is van een verhoogd risico op fraude. Eén van deze groepen is de groep van bijstandontvangers die inwonend zijn. Hiertoe behoort appellante, aangezien zij met haar kinderen bij haar ouders inwoont.

Uit de gedingstukken blijkt, en ter zitting van de Raad is dit namens het College bevestigd, dat er geen concrete aanwijzingen waren dat de feitelijke woon- en leefsituatie van appellante afweek van wat zij daarover aan het College had gemeld.
In een rapportage van 22 augustus 2005 is vermeld dat de uitkering van appellante na het laatstgehouden onderzoek op 15 december 2004 correct is verstrekt. Ter zitting van de Raad is desgevraagd namens het College tevens meegedeeld dat ook de door appellante tijdens het gesprek op 21 juli 2005 verstrekte gegevens geen aanleiding vormden te twijfelen aan de juistheid van hetgeen omtrent haar woon- en leefsituatie eerder was vermeld af anderzins bij het College reeds bekend was.
Slechts de omstandigheid dat appellante behoorde tot de groep van de inwonenden was voor het College aanleiding medewerking aan een huisbezoek te verlangen. Al voor het gesprek van 21 juli 2005 stond voor het College vast dat het, ongeacht de uitkomst hiervan, tot een huisbezoek zou moeten komen.
Appellante was dit echter niet meegedeeld, zij werd hiermee eerst tijdens het gesprek op 21 juli 2005 geconfronteerd.

[Opmerking: met andere woorden: op voorhand verdacht, want u behoort tot een 'foute groep'... Wanneer wordt het nu echt eens bevrijdingsdag?!]

Volgens vaste rechtspraak van de Raad (zie onder meer de uitspraak van 1 mei 2001, LJN ZB9247 alsmede de uitspraak van 3 september 2003, LJN AF3007) kunnen aan het niet meewerken aan een huisbezoek eerst gevolgen worden verbonden (in de vorm van het weigeren, beëindigen of intrekken van de bijstand) indien voor dat huisbezoek in het individuele geval een redelijke grond bestaat.
Deze rechtspraak is tot stand gekomen onder de Algemene bijstandswet (Abw) en de hieraan voorafgaande Algemene Bijstandswet. De Raad ziet geen aanleiding om hierover voor de toepassing van de WWB anders te oordelen. De omstandigheid dat de intrekking van de uitkering en de hierop gebaseerde terugvordering van de bijstand onder de WWB niet langer een verplichting is voor een college maar een bevoegdheid, maakt dit niet anders. Dat gemeenten als gevolg van het vervallen per 1 januari 2004 van de op de Abw gebaseerde Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Abw, Ioaw en Ioaz (Stcrt 1996, 58) meer vrijheid hebben in de wijze waarop de controle van de rechtmatigheid en de doelmatigheid van de verleende bijstand wordt georganiseerd en uitgeoefend leidt de Raad evenmin tot een ander oordeel.

In het geval van appellante waren bij het College ten tijde hier in geding geen objectieve feiten en omstandigheden bekend op grond waarvan redelijkerwijs kon worden getwijfeld aan de juistheid en/of volledigheid van de door appellante over haar woon- en leefsituatie verstrekte inlichtingen.

Anders dan de rechtbank is de Raad dan ook van oordeel dat het College zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat de enkele omstandigheid dat appellant bij haar ouders inwoont, en op haar daarom het risicoprofiel van "inwonenden" van toepassing is, een redelijke grond vormt voor een huisbezoek en dat het voor de uitvoering van de WWB redelijkerwijs nodig was dat appellante daaraan haar medewerking zou verlenen en de medewerkers van het College toegang diende te verschaffen tot de door haar gebruikte ruimtes in de woning van haar ouders.

Dat appellante haar medewerking aan dat huisbezoek heeft geweigerd kan haar dan ook niet worden tegengeworpen.

Hieruit vloeit voort dat het College niet bevoegd was de bijstand met toepassing van artikel 54, derde lid, aanhef en onder a, van de WWB in te trekken. Dit betekent dat het besluit van 31 oktober 2005 in strijd is met de wet. De aangevallen uitspraak moet daarom worden vernietigd. Doende wat de rechtbank zou behoren te doen, zal de Raad het beroep gegrond verklaren en het besluit van 31 oktober 2005 vernietigen. Nu het primaire besluit van 25 augustus 2005 is gebaseerd op dezelfde onhoudbaar gebleken grond ziet de Raad aanleiding dit besluit met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht te herroepen.

De Raad ziet - ten slotte - aanleiding om het College te veroordelen in de kosten van appellante. Deze kosten worden begroot op € 644,-- in bezwaar en op € 644,-- in beroep vermeerderd met € 7,50 voor reiskosten en in hoger beroep op € 644,-- voor verleende rechtsbijstand en € 22,-- voor reiskosten.

III. BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep;

Recht doende:

Vernietigt de aangevallen uitspraak;
Verklaart het beroep gegrond;
Vernietigt het besluit van 31 oktober 2005;
Herroept het besluit van 25 augustus 2005;
Veroordeelt het College in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 1.961,50 te betalen door de gemeente Hoorn aan de griffier van de Raad;
Bepaalt dat de gemeente Hoorn aan appellante het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 142,-- vergoedt.

Deze uitspraak is gedaan door Th.C. van Sloten als voorzitter en R.M. van Male en R.H.M. Roelofs als leden. De beslissing is, in tegenwoordigheid van S. van Ommen als griffier, uitgesproken in het openbaar op 11 april 2007.

(get.) Th.C. van Sloten.

(get.) S. van Ommen.


Einde uitspraak CRvB van 11/4/2007. Commentaar tussen blokhaken. [].

Tenslotte een bericht uit de Leeuwarder Courant van vrijdag 13/4/2007. Het betreft een intervieuw met de Amsterdamse advocaat Peter Kuijper die de strijd heeft aangebonden tegen de onaangekondigde huisbezoeken bij alleenstaande AOW-ers en bij mensen met een bijstandsuitkering:

'Ik ga door tot huisbezoeken zijn verboden'

Twee keer al wist de Amsterdamse advocaat Peter Kuijper lukrake huisbezoeken van overheden aan uitkeringsgerechtigden aan banden te leggen.
Eerst betrof het AOW'ers, maar nu ook bijstandsgerechtigden. "Ik wil niet leven in een politiestaat."

[Eindelijk eens iemand die zegt waar het op staat.]

Een bureau, een stoel, twee kasten en een hondenmand waar steevast de vierjarige labrador Dexter in ligt. Zo ziet het kantoor van de inmiddels gevierde Amsterdamse advocaat Peter Kuijper (37) eruit. Geen dure spullen.
Meer het doe-maar-normaal-type. Toch is het aan hem te danken dat huisbezoeken aan ouderen en bijstandsgerechtigden flink aan banden zijn gelegd.

Is hij een idealist, zo'n linkse rakker die vindt dat mensen met een uitkering moeten worden ontzien? Nou nee. "Natuurlijk vind ik dat mensen die frauderen met een uitkering moeten worden aangepakt. En dat mag wat mij betreft best op een harde manier. Maar niet via huisbezoeken waarbij de overheid zonder enige reden het huis van een burger doorwroet."

[Dat is de kern van de zaak: zonder een concrete reden of aanleiding tegen een bepaalde bijstandsgerechtigde of AOW-er maar binnenvallen, alleen omdat die persoon zou behoren tot een kunstmatig door de overheid bedachte "groep" (risicoprofiel) is een heel gevaarlijke ontwikkeling. Het PEL heeft zich in Leeuwarden vanaf het begin uitgesproken tegen die 'risicoprofielen'. Je kunt simpelweg niet "als groep" bijstandsfraude plegen. Bijstandsfraude pleeg je als individu of je pleegt het niet, zo simpel is het.]

Wanneer hij eenmaal over huisbezoeken begint te praten, is hij niet meerte stoppen. Het recht op privacy is hem heilig. Bewust koos hij voor een leven in Amsterdam, de plek waar je vrij anoniem door het leven kunt gaan. "lk ken mijn buren, maar ik bepaal zelf wie ik in mijn huis uitnodig. Dat is mijn recht."

Preventief fouilleren is nog zo'n punt waar Kuijper zich druk om maakt. "Alleen maar omdat je in zo'n straat loopt moet je je dat laten overkomen, ook terwijl je helemaal niets hebt misdaan. Dat klopt gewoon niet."

[Ook dit heeft wel degelijk te maken met de kwestie: beide zijn signalen dat de overheid op allerlei fronten bezig is met de opbouw van een politiestaat, waarin onze vrijheden een voor een geofferd zullen worden, inclusief elke privacy. "If privacy is outlawed, only outlaws will have privacy" zei ooit Phil Zimmermann, de bedenker van het programma "Pretty Good Privacy" (PGP), het programma waarmee e-mail versleuteld kan worden. Natuurlijk heet het: Wie privacy wil is verdacht en heeft iets te verbergen. Welnu, loop dan zonder kleren op straat, geef je huissleutel aan de politie en hang je huis vol camera's: niets te verbergen toch?!]

Dat overheden ongestoord de persoonlijke levenssfeer aantasten is Kuijper een doorn in het oog. "We hebben een Grondwet. Ook overheden horen zich hieraan te houden. Dat is het verschil tussen een rechtsstaat en een politiestaat. Maar steeds vaker leggen overheden dit naast zich neer. Ik hoorde dat Amsterdam ondanks de recente uitspraak over bijstandsgerechtigden gewoon doorgaat met huisbezoeken. In de hoop dat veel mensen de wet niet kennen en het huisbezoek niet durven te weigeren. Dat is eng."

Net als zijn vader heeft Kuijper een sterk gevoel voor rechtvaardigheid en een grote liefde voor het recht zelf. De Amsterdammer begon zijn arbeidsleven als kok, werkte een tijd als assurantie-adviseur, vervolgde zijn loopbaan bij de vreemdelingenpolitie en is sinds vier jaar advocaat.
"Mijn vader besloot na een hartinfarct ineens rechten te gaan studeren. Hij wilde iets doen waar hij in geloofde. Hij heeft mij de liefde voor het vak bijgebracht. Dit is waar ik me in thuis voel."

Kuijper heeft zich helemaal vastgebeten in de strijd tegen huisbezoeken. Hij wil alle huisbezoeken bij wet laten verbieden. "Uitkeringsfraude is een strafbaar feit. Wie hiervan verdacht wordt zou dezelfde rechten moeten hebben als iedere andere verdachte. Dus alleen een huisbezoek nadat daar door de rechterlijke macht toestemming voor is verleend. Zolang dat niet het geval is, ga ik door." (GPD)

[Ondergetekende is van mening dat in het bestuursrecht dingen worden uitgehaald en de overheid zich zaken permitteert, die in het strafrecht niet zijn toegestaan. Als iemand wordt verdacht van enigerlei vorm van bijvoorbeeld bijstandsfraude dan zou diegene als verdachte moeten worden aangemerkt, met alle rechten die een verdachte heeft bij een verdenking van een strafbaar feit, zoals het recht om te zwijgen. En het zou niet zo moeten zijn dat je je onschuld moet aantonen, maar dat de uitkeringsinstantie gewoon moet bewijzen dat iemand bijstandsfraude pleegt. Dus geen idioterie meer zoals: wij hebben geconstateerd (via informatie van het waterleidingbedrijf) dat u als alleenstaande wel erg veel/weinig water hebt verbruikt en als u daarvoor niet een heel goede verklaring levert, bent u schuldig aan bijstandsfraude. In dit voorbeeld dan respectievelijk: u woont stiekum samen of u woont hier niet echt maar woont elders stiekum samen...]


Einde derde LC-bericht. Commentaar tussen blokhaken. [].