Inspraakverhaal Komitee Vrouwen en Bijstand, 9 maart 2004, commissie Welzijn, m.b.t bouwstenen kaderdiscussie Werk en Inkomen: Reďntegratie, Handhaving.


Wij ontvingen de tekst van het inspraakverhaal van het Komitee Vrouwen en Bijstand t.b.v. de vergadering van de commissie Welzijn op 9/3/2004 i.v.m. de discussie over twee onderdelen van de Wet Werk en Bijstand, nl. het reïntegratiebeleid en het handhavingsbeleid, ofwel de sancties die de gemeente kan opleggen aan mensen met een bijstandsuitkering. De discussie in de commissie Welzijn moet het materiaal leveren om twee van de in totaal vijf verordeningen te maken die een gemeenteraad moet vaststellen in verband met deze wet. In de wet Werk en Bijstand kunnen de gemeenten meer zelf regelen dan onder de oude Algemene Bijstandswet. Dit is zowel kans als bedreiging. Hieronder volgt de complete tekst van het inspraakverhaal van het Komitee Vrouwen en Bijstand:


Inspraak Komitee vrouwen en bijstand, 9 maart 2004, commissie Welzijn, m.b.t bouwstenen kaderdiscussie Werk en Inkomen: Reïntegratie, Handhaving.

Geachte dames en heren,

De laatste tijd zien we op de televisie een toenemende programmering van de zogenaamde reality series waarin twee personen met elkaar van leven wisselen voor zover dit mogelijk is. Ik wacht nog steeds op de serie waarin een beleidsmaker van de Wet Werk en Bijstand zijn leven verruilt met dat van een bijstandsgerechtigde. En dan niet voor een weekje, nee, het liefs voor een dik jaar!

Die wens bekroop mij ook bij het lezen van de bijgevoegde memo, opgesteld door de heren Cazemier en van Kolck. Het lijkt alsof het met de reïntegratiepraktijken in Leeuwarden goed gesteld is. Cliënten krijgen de mogelijkheid om op het hoogst mogelijke niveau weer werk te krijgen, zij worden betrokken bij de keuze van het reïntegratiebedrijf, en ze kunnen zelfs indien gewenst een keuze maken bij welk reďntegratiebedrijf ze geplaatst wensen te worden.
Zouden deze heren ook zo'n positief berichtende memo hebben geschreven als zij al jaren in de bijstand zaten en zij verplicht werden mee te werken aan dezelfde reïntegratietrajecten ?
In het afgelopen jaar werd slechts 1 klacht ontvangen.
Dit verbaast mij omdat men in de wandelgangen vaak negatieve zaken hoort over de reïntegratiepraktijken. En waarom u daar dan niets van hoort? Ik denk omdat de mensen bang zijn om dat weinige wat ze nog hebben te verliezen, of omdat ze murw zijn geworden van al die jaren bijstand en de moed niet meer hebben om weer in de verdediging te gaan…

Ja, en dan die reïntegratie verordening die er moet komen en waar u zich nu allemaal het hoofd over breekt…
Moet het werkelijk allemaal nog ingewikkelder? Krijgt de sociale dienst nog meer te zeggen over mensen met een bijstandsuitkering? Of de reïntegratiebedrijven… Het lijkt alsof de autonomie van het individu steeds meer wordt aangetast, evenals de integriteit van het individu.

Onlangs bleek uit een onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau dat van de circa 1,5 miljoen mensen met een WW-, WAO- of bijstandsuitkering er hooguit nog 375.000 weer kunnen werken. De rest is volledig arbeidsongeschikt, ontheven van de sollicitatieplicht of wegens persoonlijke belemmeringen 'onbemiddelbaar' op de arbeidsmarkt.
Volgens de onderzoekers heeft het weinig zin nog veel tijd en geld te steken in het weer aan het werk helpen van deze uitkeringsgerechtigden.
Nu de economie achteruitgaat, verwacht het SCP niet veel meer van pogingen tot reïntegratie. De onderzoekers vinden dan ook dat de politiek niet langer veel moeite moet doen om mensen die al langere tijd een uitkering hebben, weer aan het werk te helpen.
"Er moet vooral geďnvesteerd worden in mensen die net werkloos zijn geworden, om te voorkomen dat zij langere tijd afhankelijk worden van een uitkering."

En wat wordt er gedaan? Hoe slechter het gaat met de economie, hoe hoger men de eisen stelt om überhaupt nog voor een uitkering in aanmerking te komen. Hoe was de kreet van Balkenende ook al weer? Mee doen, minder regels, meer werk? Het lijkt er langzamerhand op dat het credo is geworden: Minder werk, minder regels en minder rechten.

Daarom beste mensen, vragen wij u om de reïntegratie verordening simpel te houden en op te stellen met zo min mogelijk regels.
En dan doel ik hiermee op het niet verplichten van werken met behoud van uitkering. Geen verplichte sociale activering voor een aantal fase vier cliënten, een duidelijk rustplan voor diegenen die echt niet kunnen werken, een duidelijk sanctiebeleid waarin objectief staat wanneer iemand een sanctie krijgt opgelegd, en waar geen plaats is voor willekeur.
Wij zijn van mening dat degenen die geen arbeid kunnen verrichten, omdat ze ongeacht hun uitkering in feite arbeidsongeschikt zijn, een meerjaren rustprogramma krijgen. Alleen als zij dat zelf willen, kan hun een reïntegratietraject worden aangeboden of kunnen zij vrijwilligerswerk doen. Als zij dat niet willen omdat zij dat niet aan denken te kunnen, zijn er geen sancties mogelijk. En als iemand wel probeert om vrijwilligerswerk te doen en het niet meldt aan zijn contactpersoon dan vinden wij ook dat hier geen sanctie op hoeft te staan.
Heeft u er wel eens bij stil gestaan dat het laatste al een drempel kan zijn om überhaupt vrijwilligerwerk te gaan doen? Want wat als het niets wordt? Of wat als men het bij de sociale dienst niet ziet zitten?
Dat zou dan alweer een aantasting zijn van de autonomie en integriteit van de cliënt.
Tevens willen wij u met klem adviseren om in de verordening op te nemen dat men geen gebruik zal maken van artikel 55 van de WWB.
Hierbij kan de gemeente een cliënt de verplichting opleggen om een medische behandeling te ondergaan. En misschien interpreteer ik een stuk tekst uit de memo verkeerd… ik wil u mijn visie hierop niet onthouden. Ik citeer letterlijk van onderaan blad twee:
"Bij fase 4 cliënten is vaak meer persoongerichte ondersteuning nodig of hulp bij het oplossen van problemen die de reïntegratie in de maatschappij bemoeilijken."

Het komt er naar mijn mening op neer dat men bepaalde cliënten dus wel degelijk de verplichting kan opleggen een bepaalde behandeling te ondergaan. En hierbij denk ik vooral aan de psychische componenten die mee kunnen spelen bij mensen die niet aan het arbeidsproces kunnen deelnemen. In mijn ogen komt het er dus op neer dat deze mensen verplicht zijn een therapie te volgen en zich volledig in moeten zetten bij deze therapie want anders zal er een korting volgen op de uitkering, of in het ergste geval intrekking van de gehele uitkering. Naar mijn mening kan men niet een behandeling verplichten aan een individu.
In de wet BOPZ is opgenomen dat men in bepaalde gevallen gedwongen mag worden opgenomen, maar deze is gebonden aan een strikte wetgevingen. En als iemand dan verplicht is opgenomen kan hij nog niet verplicht worden deel te nemen aan een behandeling. Het lijkt me angstig te weten dat u ermee in wil stemmen dat de gemeente dan wel kan dwingen iemand een medische behandeling te ondergaan.

Ik zou u hierbij dan ook een voorstel willen doen, en dat voorstel is dat u de reïntegratie verordening zult opstellen met het gegeven in uw achterhoofd dat u zelf degene bent waar u over beslist. U moet er toch niet aan denken gedwongen te worden een medische behandeling te ondergaan? Of te werk worden gesteld bij de plantsoenendienst? Uw hele hebben en houden op tafel te leggen bij de zoveelste medewerker van de sociale dienst?

De wet werk en bijstand verbindt aan het recht op uitkering zes soorten verplichtingen. Ter herinnering wil ik ze toch nog even noemen:

* Het tonen van voldoende besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan.
* De plicht tot arbeidsinschakeling te onderscheiden in het aannemen van naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid, en gebruik te maken van de aangeboden voorziening gericht op ondersteuning bij arbeidsinschakeling.
* De informatieplicht
* De medewerkingplicht
* De identificatieplicht
* Eventueel aanvullende verplichtingen, zoals bijvoorbeeld het onder behandeling stellen van een deskundige voor het oplossen van problemen die arbeidsinschakeling in de weg staan.

Als u vanavond gaat slapen, lees dan deze bladen nog eens door en bedenk hoe het zou zijn als u in de schoenen zou staan van die bijstandsgerechtigde in fase vier. De cliënt die morgen een afspraak heeft met de contactpersoon van de sociale dienst met betrekking tot de sollicitatieplicht en daarbij behorende reïntegratieverplichting. Stelt u het zich eens voor dat u wordt verweten dat "men" vindt dat u te weinig inzet heeft laten zien om aan het werk te komen… Dat "men" zegt dat de pijn waar u over klaagt wel mee zal vallen. Dat de GGD arts geen aanwijsbare oorzaak heeft kunnen vinden en men daardoor denkt dat u op deze manier probeert om onder uw reïntegratieverplichting uit te komen.
Of dat men denkt dat uw pijnklachten psychisch zijn en u hierdoor voor de keuze wordt gesteld tussen een verplichte behandeling bij de GGZ of indien u geen behandeling wenst een korting op uw uitkering…
Bedenk dat u dan zal moeten dansen naar de pijpen van anderen omdat u van hun oordeel afhankelijk bent.
Dan zult u waarschijnlijk ervaren dat de rechten van iemand die een aanvraag doet voor een bijstanduitkering anders zijn dan de rechten van de werkende mens…
Een bijstandsgerechtigde is namelijk altijd schuldig... totdat bewezen is dat er echt sprake is van ziekte en onmacht en niet kunnen werken.

Terwijl volgens het wetboek van strafrecht iemand onschuldig is totdat het tegendeel wordt bewezen.


Einde tekst inspraakverhaal KVeB