NOTITIE VOOR GEMEENTERAAD EN VOOR WERKGROEP VERENIGING DE HORZEL OVER WAT EEN GEMEENTE MOET REGELEN I.V.M. DE WET WERK EN BIJSTAND.


VERENIGING PLATFORM EEN- EN TWEEPERSOONSHUISHOUDENS LEEUWARDEN
POSTBUS 2602 8901 AC LEEUWARDEN TELEFOON: 058-2671636
E-mail: root@pel.xs4all.nl Website: http://home.wanadoo.nl/verpel


NOTITIE VOOR GEMEENTERAAD EN VOOR DE WERKGROEP VAN VERENIGING DE HORZEL OVER WAT EEN GEMEENTE MOET REGELEN I.V.M. DE WET WERK EN BIJSTAND.

Leeuwarden, 6/5/2003.

Inhoud: Omschrijving van een aantal zaken die van belang zijn voor de gemeenteraad die een aantal zaken moet beslissen i.v.m. de Wet Werk en Bijstand.

Daar waar wordt verwezen naar wetsartikelen moet men bedenken dat de nummering van die artikelen nog gewijzigd kan worden.

Art. 8 bepaalt dat de gemeenteraad bij verordening regels vaststelt m.b.t. het volgende:

- het aanbieden van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling, zoals bedoeld in
artikel 7, eerste lid, onderdeel a.

- het verlagen van de algemene bijstand als bedoeld in art. 18, tweede lid.

- het verlagen en verhogen van de bijstandsnorm als bedoeld in art. 30


ARTIKEL 7, eerste lid, onderdeel a:

Burgemeester en wethouders zijn verantwoordelijk voor het aanbieden van voorzieningen, waaronder begrepen sociale activering, gericht op de arbeidsinschakeling van uitkeringsgerechtigden, niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet.

ARTIKEL 18, tweede lid:

Indien de belanghebbende naar het oordeel van burgemeester en wethouders onvoldoende besef van verantwoordelijkheid betoont voor de voorziening in het bestaan of de door hen aan hem opgelegde verplichtingen niet of onvoldoende nakomt, verlagen burgemeester en wethouders overeenkomstig de verordening, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, de algemene bijstand. Van een verlaging wordt afgezien, indien elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt.

ARTIKEL 30 Verordening:

1. In de verordening, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, stelt de gemeenteraad vast voor welke categorieen de bijstandsnorm wordt verhoogd of verlaagd en op grond van welke criteria de hoogte van die verhoging of verlaging wordt bepaald.

N.B.: Belangrijk is dat lid 2 van artikel 30 stelt dat 'de toeslag' als gevolg van het niet kunnen delen van de kosten met een ander, voor een alleenstaande en voor een alleenstaande ouder met zijn ten laste komende kinderen in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft, wordt bepaald op het maximale bedrag qua 'toeslag'.
Normbedrag: Respectievelijk 50 WML en 70 WML. Toeslag maximaal 20 WML. WML = Wettelijk Minimum Loon.

Kortingen op deze norm of op de toeslag kunnen uitsluitend worden gegeven i.v.m. de woonsituatie, bij schoolverlaters en bij alleenstaanden van 21 of 22 jaar. De Raad kan dus voor allerlei andere situaties geen kortingen gaan verzinnen.

Bij gezinnen is alleen sprake van een normbedrag (100 procent WML) waarop gekort kan worden als geheel of gedeeltelijk de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan met een ander gedeeld kunnen worden.


Art. 25 regelt de verhoging van de landelijke norm met een toeslag van maximaal 20% WML voor alleenstaanden en alleenstaande ouders.
Dit is een cruciaal artikel aangezien de toeslag op elk bedrag binnen dat maximum kan worden vastgesteld, mits het aansluit bij het niveau van de noodzakelijke bestaanskosten.
Een potentiële bron van ellende natuurlijk. Het wetsartikel geeft B&W de mogelijkheid om alle alleenstaanden en alleenstaande ouders zonder nader onderscheid de maximale toeslag toe te kennen. Wij pleiten er voor van deze mogelijkheid gebruik te maken.


N.B.: Als een alleenstaande of alleenstaande ouder de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan NIET kan delen met een ander, zijn B. en W. verplicht diegene(n) de maximale toeslag te geven.
Dit, op basis van artikel 30 lid 2 van het wetsontwerp.


Art. 26 geeft B&W de mogelijkheid om bij gehuwden de norm (bij gehuwden is er geen sprake van een toeslag) van 100% WML (Wettelijk Minimum Loon) lager vast te stellen indien ze de kosten met een ander kunnen delen. Evenals in art. 25 kunnen B&W besluiten om ook hier zonder nader onderscheid de maximale toeslag toe kennen.


ARTIKEL 26 Gehuwden

Burgemeester en wethouders kunnen de bijstandsnorm, bedoeld in artikel 20, eerste lid, onderdelen b en c, en tweede lid, onderdelen b en c, en artikel 21, onderdeel c, verlagen voorzover de belanghebbenden lagere algemene kosten van het bestaan hebben dan waarin de bijstandsnorm voorziet als gevolg van het geheel of gedeeltelijk kunnen delen van deze kosten met een ander.

N.B.: Met gehuwd wordt gelijkgesteld in deze wet:
Iemand die als partner is geregistreerd en een ongehuwde die met een ander een gezamenlijke huishouding voert. Uitzondering bij de laatste situatie:
Als iemand een gezamenlijke huishouding voert met een bloedverwant in de eerste graad. Bijvoorbeeld ouder en kind of twee broers of zusters.


Art. 27 behandelt een verlaging vanwege het ontbreken van bepaalde woonlasten (denk bijv. aan krakers).
Ook in dat geval zijn B&W niet verplicht om een verlaging toe te passen.
Over bovengenoemde situaties moet de gemeenteraad in een verordening categorale regels vastleggen. Je kunt vast wel raden wat wij graag opgenomen zouden zien.
Let wel: alleen over de drie hiervoor genoemde situaties kan de Raad categorale regels vastleggen in een verordening.


ARTIKEL 27 Woonsituatie

Burgemeester en wethouders kunnen de bijstandsNORM, bedoeld in de artikelen 20 en 21, of de TOESLAG, bedoeld in artikel 25, lager vaststellen voorzover de belanghebbende lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de bijstandsnorm of de toeslag voorziet als gevolg van zijn woonsituatie.

N.B.: In kraaksituaties is in het verleden wel aangevoerd dat betrokkenen wel degelijk (aantoonbaar) kosten hadden gemaakt, bv. voor aansluiting en gebruik elektra, het kopen van (dure) butagasflessen (geen gasaansluiting), gebruik water, het moeten stoken van een houtkachel en het wind- en waterdicht houden van het pand. Of de kosten dan echt veel lager uitvallen dan een (goedkopere) huurwoning, staat nog maar te bezien.
Indien aantoonbaar kosten zijn gemaakt, maar B. en W. zouden toch besluiten de gehele toeslag te laten vervallen, zou men dit m.i. kunnen opvatten als 'misbruik van bevoegdheid':
De bijstandswetgeving is niet bedoeld om mensen te dwingen kraaksituaties te beëindigen.


Essentieel is ook art.18 waarin de afstemming tussen de hoogte van de bijstand en de opgelegde verplichtingen geregeld wordt. Zoals je weet moeten B&W aan de uitkeringsgerechtigde in een beschikking zijn/haar individuele verplichtingen meedelen. Wanneer de uitkeringsgerechtigde zich naar de mening van B&W niet aan deze verplichtingen houdt, zijn zij gehouden de uitkering te verlagen. Daarvoor dient de gemeenteraad in een verordening criteria vast te leggen. De Raad moet dus bepalen op welke overtreding welke straf staat.
Daarmee heeft de Raad echter ook een zeer belangrijk machtsmiddel in handen, want zij mogen tot op bepaalde hoogte bepalen wat strafbaar is en welke sanctie toegepast moet worden!


ARTIKEL 18 Afstemming

1. Burgemeester en wethouders stemmen de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen af op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de belanghebbende.

2. Indien de belanghebbende naar het oordeel van burgemeester en wethouders onvoldoende besef van verantwoordelijkheid betoont voor de voorziening in het bestaan of de door hen aan hem opgelegde verplichtingen niet of onvoldoende nakomt, verlagen burgemeester en wethouders overeenkomstig de verordening, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, de algemene bijstand.
Van een verlaging wordt afgezien, indien elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt.

3. Burgemeester en wethouders heroverwegen een besluit als bedoeld in het tweede lid binnen een door hen te bepalen termijn die ten hoogste drie maanden bedraagt.

4. Bij de toepassing van het eerste lid, wordt onder belanghebbende mede verstaan het gezin.

N.B.: We hebben begrepen dat de huidige Wet Boeten en Maatregelen komt te vervallen omdat dat soort sancties straks in de nieuwe Wet Werk en Bijstand zelf wordt geregeld (via de gemeentelijke verordening) via (tijdelijke) verlaging van de uitkering zelf.


Het zal duidelijk zijn dat er nog veel meer belangrijke punten zijn (afschaffing categorale bijzondere bijstand bijv.), maar dit zijn de onderwerpen waar een gemeenteraad nog dit jaar mee te maken krijgt.


N.B.: Zoals het er nu voorstaat begrepen we dat ergens in september de Wet Werk en Bijstand in de Leeuwarder gemeenteraad aan de orde zal komen.

Tenslotte: In de nieuwe wet is de kwestie van een eenouder gezin met een kind wat nog thuiswoont maar 18 jaar wordt, net als nu, niet geregeld.

Ook de kwestie van de 'sociale activering' en het 'verplichte' vrijwilligerswerk zit ons hoog. Vereniging P.E.L. is tegen gedwongen onbetaald werk zonder dat daar loon en een arbeidsovereenkomst tegenover staat, ongeacht of nu gezegd wordt dat dit werk leidt tot betaald werk of niet.


Deel van omschrijvende tekst: Bewerkte brief voorzitter PEL.
Wetsartikelen en nadere opmerkingen: Secretaris PEL.