TOCH OZB BETALEN NA AFRONDINGSFOUT


Uit de Leeuwarder Courant van di. 2/4/2002 plus commentaar PEL.


Na de drie OZB-affaires in 2001 (raadpleeg de zoekmachine op de website voor de vele berichten hierover) hebben burgers die bezwaar maakten en de gemeente nog steeds te maken met de nasleep hiervan.
Affaire OZB-2 ontstond toen de gemeente er achter kwam dat er ook nog zoiets bestaat als artikel 220 g van de Gemeentewet. Dat wetsartikel stelt dat het eigenaarsdeel van het OZB-tarief maximaal 125 procent mag zijn van het gebruikersdeel van het OZB-tarief. Als het gebruikerstarief op 100 procent wordt gesteld, dan mag het eigenaarsdeel van het tarief niet hoger zijn dan 125 procent. Uit de Leeuwarder Courant van di. 2/4/2002:

TOCH OZB BETALEN NA AFRONDINGSFOUT

LEEUWARDEN - Leeuwarders, die het eigenarentarief van de onroerendezaakbelasting (ozb) hebben aangevochten wegens een afrondingsfout, moeten toch het leeuwendeel van hun aanslag betalen. De Hoge Raad heeft in een zaak tegen de gemeente Harderwijk de aanslagen alleen met het afrondingsverschil verminderd.
[In Harderwijk was het eigenarentarief ook net iets hoger dan de wet toelaat in relatie met het gebruikerstarief. Een aantal bedrijven daar ging naar de belastingrechter die vervolgens het eigenaarsdeel van hun OZB-aanslag vernietigde. Harderwijk stapte echter naar de Hoge Raad. Kennelijk heeft die nu een uitspraak gedaan.]

De Hoge Raad vindt het te ver gaan om complete aanslagen wegens zo'n geringe fout te vernietigen. Het arrest is een meevaller voor Leeuwarden. De gemeente had vorig jaar het eigenarentarief abusievelijk een cent te hoog vastgesteld.
[Dat lijkt weinig, maar het ging om 1 cent per f5000,- waarde van een woning of een bedrijfspand en maakt nogal wat uit op de totaalopbrengst van een gemeente t.a.v. de OZB.]


Einde LC-bericht. Commentaar tussen [].

Hoe zat het nu precies in 2001? Het ging strikt formeel qua tarief als volgt m.b.t. de woningtarieven OZB.
(Ik laat de bedrijfstarieven hier even rusten.)

1. Raadsbesluit 18/12/2000:

Eigenaarsdeel f13,69/f5000,00 waarde
Gebruikersdeel f10,95/f5000,00 waarde

Hierna ontstond OZB-affaire nr. 1 over onjuiste inschattingen m.b.t. incourante grote bedrijfsobjecten.
Uiterst vreemd was het dat toen al niemand zag DAT AL VANAF DAT RAADSBESLUIT OOK HET EIGENAARSDEEL TE HOOG WAS!

Immers: 125 procent van f10,95 is f13,6875

2. Raadsbesluit 28/5/2001:

Eigenaarsdeel f13,68/f5000,00 waarde
Gebruikersdeel f10,94/f5000,00 waarde

OZB-affaire 1 is eindelijk opgelost, maar:
De ambtenaren en toenmalig wethouder De Haan wisten dat ook dit eigenarentarief te hoog was, maar zwegen, totdat er geen houden meer aan was omdat de kwestie 'Harderwijk' in de pers verscheen. Dit leidde tot OZB-affaire twee.
Immers: 125 procent van f10,94 is f13,675

3. Raadsbesluit 10/9/2001:

Eigenaarsdeel f13,67/f5000,00 waarde
Gebruikersdeel f10,94/f5000,00 waarde

Het eigenaarsdeel zakt 1 cent per f5000,00 waarde en dit Raadsbesluit was eindelijk definitief.

Raadsbesluit 2 en 3 werkten met terugwerkende kracht tot 1/1/2001, zodat Raadsbesluit 2 Raadsbesluit 1 verving en vervolgens Raadsbesluit 3 Raadsbesluit 2.
Afgezien van het feit dat de OZB-tarieven uiterlijk de eerste maanden van het belastingjaar 'kenbaar' moeten zijn voor de burgers, vertikte de gemeente het ook om nieuwe, gecorrigeerde aanslagen te versturen.

Een voorbeeld: Een hele grote bult aanslagen droeg de datum 28/2/2002.
Men kan nu stellen dat alle bezwaarschriften die zich richtten tegen het eigenaarstarief zelf, dus tegen de OZB-aanslag (niet te verwarren met een bezwaarschrift tegen de WOZ-waarde!) hiermee makkelijk afgehandeld kunnen worden. Even het eigenaarstarief laten terugzakken tot maximaal 125 procent en klaar is het.

Zo simpel ligt het m.i. echter in Leeuwarden niet:
Degenen onder al die mensen die een aanslag hadden met datum 28/2/2001 erop, hadden daarop een tarief staan zoals vastgesteld door de Raad op 18/12/2001. Even het eigenaarstarief tikje laten zakken volgens methode Hoge Raad? M.i. niet, want na dat Raadsbesluit kwamen er nog twee Raadsbesluiten overheen, de laatste op 10/9/2001. En zoals zo'n besluit steeds aangeeft:
Met terugwerkende kracht tot 1/1/2001.

De rare situatie treedt nu op dat je tarief en daarmee de hoogte van je OZB-aanslag over 2001 afhankelijk is van de datum op het aanslagbiljet.
Dat zou m.i. niet moeten kunnen.
Tevens is er ook nog zoiets als het kenbaarheidscriterium:
De burger moet uiterlijk de eerste maanden van het jaar qua tarief weten waar hij/zij aan toe is voor dat jaar!
Zo kan het dus gebeuren dat bij een gelijke WOZ-waarde van je woning een verschillend bedrag hoort wat je moet betalen.
Dit zijn de perioden:

Aanslag gedateerd tussen 1/1/2001 en 28/5/2001:
Tarief volgens eerste Raadsbesluit. (Groep 1)
Aanslag gedateerd tussen 28/5/2001 en 10/9/2001:
Tarief volgens tweede Raadsbesluit. (Groep 2)
Aanslag gedateerd tussen 10/9/2001 en 31/12/2001:
Tarief volgens derde en tevens laatste Raadsbesluit.
(Groep 3)

Men kan stellen: Alleen dat laatste Raadsbesluit is geldig, maar degenen die een datum op het aanslagbiljet hadden voor 10/9/2001 kregen geen andere, gecorrigeerde aanslag.
Laten we de HR-correctie nu los, dan zakt het eigenaarstarief van groep 1 en 2 met 1 cent.
Het eigenaarstarief in groep 2 wordt dan gelijk aan dat in groep 3, maar het probleem blijft en wordt nu:

Aanslag gedateerd tussen 1/1/2001 en 28/5/2001:
Tarief volgens eerste Raadsbesluit met correctie HR.
Aanslag gedateerd tussen 28/5/2001 en 31/12/2001 met HR-correctie voor groep 2 en geen correctie voor groep 3:
Tarief gelijk aan laatste Raadsbesluit.

Het probleem dat het te betalen bedrag afhankelijk is van de datum die op de aanslag stond, blijft hiermee bestaan.
De bulk aanslagen die de datum dragen van 28/2/2001 blijven uitgaan van een onjuist tarief, ook met HR-correctie, omdat dat tarief verviel en uiteindelijk werd vervangen door het tarief zoals vastgesteld op 10/9/2001.

Wie bij zijn bezwaarschrift tegen de OZB-waarde nog niet of nog niet geheel heeft betaald (bv. omdat mede schorsing/voorlopige voorziening werd gevraagd en verkregen) zouden zich m.i. op het standpunt moeten stellen dat de aanslag nihil is met betrekking tot het eigenaarsdeel.
Het bijbehorend tarief is gewoon verdwenen doordat het verviel door het definitieve Raadsbesluit waarbij echter geen gecorrigeerde aanslag werd gestuurd.
De kernvraag is: Is een nieuw Raadsbesluit mede van toepassing op eerder verzonden aanslagen die gebaseerd waren op een eerder, maar later niet meer geldig Raadsbesluit qua tarieven?
Redeneer ik wat door in de lijn van de Hoge Raad, dan zou het eigenaarsdeel van de aanslag niet nihil worden, maar dan zou het vermoedelijk gecorrigeerd worden tot het eigenaarstarief zoals vastgesteld door de Raad op 10/9/2001.
Dit zal echter afgewacht moeten worden en moeten blijken uit de uitkomst van zo'n bezwaarprocedure.


secretaris P.E.L.